De provincies Noord-Brabant en Utrecht sluiten verhoging van de opcenten niet uit als dit nodig is om de gestelde ambities in de nieuwe collegeprogramma’s te kunnen realiseren. Zij zijn de enige twee van de elf provincies die een mogelijke verhoging in hun bestuursakkoord hebben vastgelegd. Gelderland is de enige provincie die de motorrijtuigenbelasting verlaagt.

Dat blijkt uit de elf bestuursakkoorden die voor 2019-2023 zijn gesloten. Zuid-Holland is de enige provincie die nog geen college en daarmee nog geen bestuursakkoord heeft.

Plannen en ambities

In ieder geval indexeert de provincie Utrecht vanaf 2020 de opcenten jaarlijks. ‘Als dit onvoldoende ruimte geeft om onze plannen en ambities waar te maken, dan komt verhoging van de provinciale opcenten van de motorrijtuigenbelasting in beeld, tot maximaal het landelijk gemiddelde in 2018 (plus de bovengenoemde jaarlijkse indexering)’, aldus GS in hun bestuursakkoord. Ook het Brabantse college van GS sluit aanpassing van de motorrijtuigenbelasting niet uit voor de realisatie van de in het bestuursakkoord neergelegde ambities.

Energietransitie

Gelderland is de enige provincie die de motorrijtuigenbelasting verlaagt; met vijf miljoen euro in 2020. ‘Inwoners worden immers ook op andere manieren, zoals energietransitie, in hun portemonnee geraakt’, vinden GS. Wel wordt inflatiecorrectie toegepast. In Friesland komt binnenkort een einde aan de verlaging van de opcenten. ‘De afgelopen periode verlaagden we onze opcenten tijdelijk sterk, om zo de koopkracht van Friezen te ondersteunen in een periode van economisch herstel. Maar ook om onze positie als een van de duurste provincies in dit opzicht te verlaten. Het is niet mogelijk die verlaging ook de komende jaren in dezelfde omvang door te voeren’, stellen GS in hun bestuursakkoord. Wel wordt de helft van de verlaging vanaf 2020 blijvend in plaats van tijdelijk. ‘Desalniettemin zal de gewone Fries of Friezin een stijging van zijn of haar opcenten ervaren ten opzichte van de afgelopen jaren.’ Als ‘goedmakertje’ wordt vanaf 2020 de automatische inflatiecorrectie vier jaar buiten werking gesteld. Dat kost de provincie structureel 4,3 miljoen euro.