Het heeft even geduurd, maar na twee jaar is het onderzoek Bijstand op Maat afgerond. Aan dit onderzoek hebben bijna 900 Groningers meegedaan die een bijstandsuitkering ontvangen.

GroenLinks-wethouder Mattias Gijsbertsen heeft indertijd hard voor dit onderzoek moeten knokken bij staatssecretaris Klijnsma, omdat de huidige wetgeving weinig ruimte biedt voor vrijheid in het 'bijstandsregime'. De deelnemers werden opgedeeld in verschillende groepen met elk een andere aanpak, om zo na te gaan wat het beste voor hen werkt. 

Zo was er een groep die méér mocht bijverdienen, een groep die helemaal geen verplichtingen had en een groep die intensief en individueel begeleid werd. Met name de laatste groep heeft het goed gedaan. Het is geen verrassing, maar wanneer mensen meer persoonlijke aandacht krijgen en er goed naar hun situatie gekeken wordt, kan dat hen enorm verder helpen.

Hoe logisch dit ook klinkt, het reguliere bijstandsbeleid lijkt hier allesbehalve op. Mensen moeten veelvuldig te solliciteren, ook op functies die veel te laag of juist te hoog gegrepen zijn, en op de hulp en aandacht die ze ontvangen is de afgelopen jaren veel bezuinigd.

Voor GroenLinks is het daarom duidelijk dat de gemeente er alles aan moet doen een zo persoonlijk mogelijke benadering mogelijk te maken waarbij we niet kijken naar wat er moet, maar wat iemand wil, kan en nodig heeft. Dat vraagt van coaches en begeleiders dat ze een persoonlijke vertrouwensband op kunnen zetten die zonodig langdurig kan worden vastgehouden. Voor de gemeente betekent dit het absoluut minimaliseren van wisselingen van begeleiders door bijvoorbeeld meer in te zetten op langdurige arbeidsrelaties. Een leerpunt dat in onze ogen ook van grote betekenis is voor terreinen als WMO- en Jeugdzorg.