In de laatste raadsvergadering voor het zomerreces, dinsdag 5 juli, is onze gemeenteraad in meerderheid opgekomen voor de boeren in onze gemeente. CDA Krimpenerwaard ondersteunt een door ChristenUnie Krimpenerwaard opgestelde motie die oproept om als gemeente in gesprek met de Provincie Zuid-Holland drie doelen te bereiken: gemaakte afspraken met zelfrealisatoren dienen te worden gerespecteerd; de voorgestelde 47%-reductie van het beruchte ‘kaartje’ moet fors omlaag; geen onteigening voor stikstofreductie. De motie is aangenomen met 22 stemmen vóór (VGBK, SGP, ChristenUnie, Lokaal op 1, Leefbaar Krimpenerwaard en CDA) en 5 tégen (PvdA-Groenlinks en Pro Krimpenerwaard). Het CDA Krimpenerwaard is de verkiezingen ingegaan met de stelling dat onze boeren belangrijk zijn voor de voedselvoorziening en daarnaast de beheerder van ons polderlandschap. In het recente verleden zijn er in de Krimpenerwaard al verschillende stappen samen met de boeren gezet om de agrarische sector verder te verduurzamen. Het CDA Krimpenerwaard is dan ook zeer kritisch over de onlangs gepresenteerde stikstofplannen waarin wordt gesteld dat onze boeren nogmaals met zo’n 47% moeten inkrimpen. Zij krijgen dus het deksel op de neus terwijl ze in een eerder stadium al de bereidheid hadden om zich in te zetten voor verduurzaming in de landbouw. Daarnaast is er grote zorg over de NNN-gebieden, waarvoor modelmatig met een reductie van 95% werd gerekend. Dat is niet realistisch en niet rechtvaardig. Gebiedsgericht maatwerk rondom deze gebieden is reeds toegezegd door de minister, maar het tekent de wijze waarop de plannen zijn gepresenteerd. Ook in de Krimpenerwaard zijn er jarenlang gesprekken gevoerd met de agrarische sector over inrichtingsplannen, zelfrealisatie en natuurbeheer. Die gesprekken zijn in de afgelopen jaren afgerond en gemaakte afspraken dienen te worden gerespecteerd. Naast deze onverkwikkelijke uitwerking van de plannen maakt het CDA Krimpenerwaard zich zorgen over de voedselvoorziening en de beheer van het landschap in zijn algemeenheid. Het beleid op dit vlak wordt landelijk bepaald, maar als dit op deze manier wordt doorgezet dan verwacht het CDA dat onze voedselketen steeds verder onder druk komt te staan. Mede doordat we steeds meer afhankelijk worden van voedsel uit het buitenland en daar geen export meer tegenover hebben staan. Ook de prijzen die inwoners moeten betalen zullen gaan stijgen. Voorstanders van het voorgestelde stikstofbeleid zeggen wel dat mensen maar wat meer moeten gaan betalen, maar de inflatie laat ons nu al zien dat dit niet opgaat voor mensen die minder te besteden hebben. Het landschapsbeheer is de afgelopen eeuwen door de boeren gedaan, en daardoor kennen we in de Krimpenerwaard geen wilde natuur, maar een gecultiveerd landschap. CDA Krimpenerwaard is geen voorstander om dit beheer uit handen te nemen van agrariërs, want dit kan verstrekkende gevolgen hebben voor de ons zo geliefde polder. Het CDA Krimpenerwaard wil dan ook dat er sámen met de boeren -en zeker ook met andere sectoren- naar oplossingen voor de stikstofproblematiek wordt gekeken. Het CDA Krimpenerwaard wil dan ook dat er sámen met de boeren -en zeker ook met andere sectoren- naar oplossingen voor de stikstofproblematiek wordt gekeken. Hierbij moet de rekening niet eenzijdig bij het platteland worden gelegd, maar ook bij de industrie en de burgers in de grote steden. Ook vindt het CDA Krimpenerwaard dat hierbij volop moet worden ingezet op innovatie. Hier zijn de agrariërs de afgelopen decennia uitermate effectief in gebleken. Daarnaast vindt het CDA Krimpenerwaard dat er ook over landsgrenzen heen moet worden gekeken, want stikstof houdt zich niet aan grenzen. Duitsland bijvoorbeeld is een land van veel grotere oppervlakte dan Nederland, met gebieden waar van oudsher al minder stikstofuitstoot voorkomt. Dit betekent dat er daar minder strenge regels gehanteerd worden, terwijl stikstof uit de grensregio ook ons land binnenkomt.CDA Krimpenerwaard vindt ook dat er verder moet gekeken worden dan naar stikstof alleen. Er zijn namelijk veel factoren die invloed kunnen hebben op de staat van de natuur. De Kritische Depositie Waarde (KDW) is op dit moment de enige indicator, maar geeft slechts in beperkte mate de kwaliteit van de natuur weer. Tenslotte zijn het aantal Natura 2000-gebieden niet in evenwicht met de strijd om de schaarse ruimte in Nederland. Mede doordat in Nederland snippers natuur (voor zo ver we over échte natuur kunnen spreken) als Natura200-gebied zijn aangemerkt zijn we in de huidige situatie terecht gekomen. Bij de bepaling van de Natura 2000-gebieden heeft naar de mening van het CDA Krimpenerwaard dan ook geen openbare, transparante brede maatschappelijke kosten-batenanalyse plaatsgevonden. Hierdoor komt het voor dat er drie weilanden naast elkaar natuur worden genoemd zonder dat de afweging hiervoor voor iedereen duidelijk is. De gevolgen waarvan we nu de wrange vruchten plukken hebben we ons als Nederland dan ook grotendeels zelf aangedaan. Kortom, CDA Krimpenerwaard heeft veel moeite met het landelijk beleid zoals dit nu wordt vormgegeven en heeft grote zorgen voor onze agrarische sector en uiteindelijk ook voor de gevolgen van dit beleid voor ons allemaal.