Toelichting:

Uit de beleidsregels parkeernormen volgt een parkeereis van 31 plaatsen voor bewoners. Aangezien de nieuwbouw aan de Corantijnstraat binnen 500 meter ligt van wijken waar geen betaald parkeren is staat het parkeerbeleid het niet toe om van deze parkeereis af te wijken. Alleen bij zwaarwegende gevallen kan het bevoegd gezag (het college) hiervoor dispensatie verlenen. Indieners zijn van oordeel dat dit hier niet het geval is.

Volgens het college zou sprake zijn van zwaarwegende gevallen omdat de business case in gevaar zou komen als de corporatie deze parkeerplaatsen op eigen terrein zou moeten aanleggen. Het bouwplan zou daardoor niet uitgevoerd kunnen worden. Daarbij schermt het college met anekdotische voorbeelden waarbij de kosten €80.000,- per parkeerplaats waren. Deze argumentatie slaagt niet.

Op de eerste plaats gaat het college uit van ondergrondse parkeerplaatsen. De kosten daarvan zijn veel hoger dan het aanleggen van parkeerplaatsen op maaiveld-niveau. Gezien de parkeereis 31 plaatsen is, is het ook mogelijk om de parkeerplaatsen (grotendeels) op de begane grond aan te leggen met daarbovenop de woningen.

Op de tweede plaats is er als gevolg van de draconische verhoging van de parkeertarieven in 2021 en de uitbreiding van betaald parkeren in 2023 een zeer groot overschot in de reserve parkeren ontstaan. Dit overschot is zo hoog dat bij aanvang van de huidige coalitie, het college heeft voorgenomen om 17 miljoen euro parkeergeld uit te geven aan de autoluwe Binnenstad in plaats van aan parkeren. Dat is eigenlijk in strijd met de afspraak dat parkeren een gesloten systeem is. Door de reserve parkeren alsnog in te zetten voor het aanleggen van parkeerplaatsen kan de eventuele onrendabele top worden opgevangen.

Met dit amendement wordt daarom 1) de bepaling waarmee afgeweken kan worden van de beleidsregels parkeren (artikel 10.1c) geschrapt uit het bestemmingsplan en 2) het college opdracht gegeven om met de corporatie in overleg te treden over de kostenverdeling voor het aanleggen van de 31 parkeerplaatsen. Indien hierdoor een onrendabele top ontstaat, dan dient de gemeente de rekening hiervan op zich te nemen. Daarmee komt de business case van de corporatie niet in gevaar, blijft het groen gespaard en wordt parkeergeld weer uitgegeven aan waarvoor het bedoeld is: parkeren.