Sinds 1900 kent Nederland de leerplichtwet. Deze wet verplicht kinderen tot 18 jaar zonder startkwalificatie tot het volgen van onderwijs op school. Dit werkt als een aan/uit knop: je volgt alles, of niets. Voor een groeiende groep kinderen zorgt deze wet voor problemen. Ze zijn bijvoorbeeld langdurig ziek, kampen met een angststoornis of lopen vast door hun hoogbegaafdheid.

Scholen hebben te weinig ruimte voor het bieden van maatwerk aan deze kinderen. Ze komen thuis te zitten waardoor ouders het risico lopen op hoge boetes. Dit dwingt ze tot het aanvragen van een vrijstelling van de leerplicht. Als die vrijstelling er eenmaal is, draagt geen enkele partij meer verantwoordelijkheid voor het bieden van onderwijs aan het kind. Dat betekent in feite dat we kinderen opgeven. Al het perspectief verdwijnt.

Dat doet veel met kinderen. Ik heb de verhalen gehoord. Het is alsof we de tijd voor deze kinderen stilzetten. Hun ontwikkeling stopt, het zelfvertrouwen daalt, ze missen hun leraar en klasgenoten en zitten hele dagen thuis zonder dat ze geprikkeld worden om zichzelf te ontplooien. Wanneer een kind geen onderwijs kan volgen, zorgt dat voor veel frustratie en verdriet. Ouders voelen zich machteloos.