De Partij voor de Dieren wil een jachtverbod in een straal van 100 km rond het leefgebied van het wolvenpaar met jongen op de Veluwe. Het verbod moet voortaan gelden in natuurgebieden tijdens de zoogperiode van de wolf om concurrentiestrijd en belangenconflicten tussen wolven en jagers te voorkomen. Ook vraagt de komst van de wolf om een heroverweging van de inzet van afschot van dieren om populaties te 'beheren.' De wolf kan als toppredator de natuurlijke balans tussen populaties helpen behouden. Dat schrijft de partij in Kamervragen aan de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Nederlandse jagers hebben vanaf 1 juli toestemming om op grote schaal biggen van wilde zwijnen te schieten, ook in het leefgebied van de wolf op de Veluwe. Jagers gaven zelf eerder al aan dat er een belangenconflict bestaat tussen hen en toppredatoren zoals de wolf en vroegen zelfs een vergoeding voor schade die de wolf toebrengt aan ‘jachtwildpopulaties.’ “In plaats van het territorium van de wolven met rust te laten en zich wijselijk en wettelijk gezien noodzakelijkerwijs terug te trekken, gaat de jacht 's nachts door met nachtkijkers en geluiddempers,” zegt Kamerlid Femke Merel van Kooten. “Dit terwijl er nu nog een jagersargument sneuvelt, namelijk dat de mens als beheerder van de natuur de plaats moet innemen van de natuurlijke vijand van het wilde zwijn. De wolf is hier in Nederland. Laten we dat vooral zo houden en de dieren laten leven voor een werkelijk natuurlijk evenwicht." Ook in het debat over de Aanvullingswet Natuur bij de Omgevingswet vraagt Femke Merel van Kooten aandacht voor de zwijnenjacht en de wolf. Lees haar betoog hier .