'De minister voor Rechtsbescherming maakt een puinhoop van de rechtshulp. Zijn plannen zijn een rommeltje en missen iedere onderbouwing. En wat hij moet doen laat hij na, namelijk zorgen voor redelijke vergoedingen voor sociaal advocaten. Dat is een minister voor Rechtsbescherming onwaardig', aldus SP-Kamerlid Michiel van Nispen in een debat met minister Dekker. 'De toegang tot het recht staat op het spel maar het interesseert de minister niks. Voor wie zit hij hier? Niet voor de rechtzoekenden, niet voor de sociaal advocaten. Hij lijkt hier te zitten voor de belangen van de commerciële verzekeraars, want koste wat het kost wil hij de advocaat wegduwen uit de rechtshulp.'

Van Nispen confronteerde de minister met het onderzoek dat de SP zelf deed onder sociaal advocaten. Daaruit bleek dat 70% van de advocaten overweegt te stoppen met dit werk, meer dan de helft ziet en vreest verdere klassenjustitie in Nederland, 97% maakt zich zorgen over de plannen van de minister, die gemiddeld een 2,8 krijgt als rapportcijfer. Van Nispen overhandigde het dikke rapport inclusief honderden opmerkingen van bezorgde advocaten aan de minister. 'Ik wil dat de minister niet zijn papieren werkelijkheid als uitgangspunt leest, maar deze noodkreten uit de praktijk ook echt leest. Het gaat hier over de toegang tot het recht, het fundament van onze rechtsstaat.'

Opnieuw riep de SP de minister op om zelf met een noodplan voor de rechtsstaat te komen. Als sociaal advocaten afhaken blijven rechtzoekenden met hun problemen in de kou staan.  De Advocatenorde schrijft daarover in een indringende brief aan de Kamer: 'Als mensen het geloof in de overheid, hun werkgever, hun verhuurder, hun partner of hun buren zijn verloren, laat die mensen dan nog het geloof in het recht behouden. Het recht en onze rechtsstaat vormen een verbindend element waar we zuinig op moeten zijn.'

Ook presenteerde de SP een eigen plan. Van Nispen wil niet wachten tot het jaar 2024 zoals de minister voorstelt en nu al geld vrijmaken voor de sociaal advocaten. 'Ik vraag slechts 1% van het geld dat over was en in 2019 door de overheid niet is uitgegeven. Met dat geld kunnen we de sociaal advocaten betalen voor wat zij verdienen. Want als mensen hun recht niet meer kunnen halen, dan zal onrecht blijven bestaan.'