Frits Veerman, de man die de spionage onthulde die Pakistan aan een atoombom hielp, krijgt eerherstel. Zo blijkt uit onderzoek dat het Huis voor klokkenluiders vandaag presenteerde. Volgens het huis is hier sprake van een ‘ernstige maatschappelijke misstand’. Met de kennis die een Pakistaanse atoomspion bij onder meer Urenco in Almelo wist te stelen kon Pakistan in 1998 een atoombom maken. Deze kennis is waarschijnlijk ook gedeeld met andere landen, waaronder Noord-Korea. Frits Veerman meldde deze spionage bij zijn baas en ook bij de geheime diensten. Daarna werd Veerman zélf gevangen genomen, geïntimideerd en ontslagen. Zijn leven lang heeft Veerman de gevolgen van deze terechte melding van spionage ondervonden.

Kamerlid Ronald van Raak is blij dat Veerman na 45 jaar eindelijk erkenning krijgt: ‘Deze zaak laat zien hoe in ons land de rechtsstaat buitenspel is gezet en hoe de rechten van een Nederlandse staatsburger zijn geschonden, om een spionagezaak in de doofpot te stoppen.’ Het Kamerlid is ruim twaalf bezig met deze zaak. Toch ziet hij de uitspraak van het Huis voor klokkenluiders slechts als een eerste stap: ‘Nu moeten we deze zaak ook inhoudelijk onderzoeken. Waarom heeft ons land Pakistan aan een atoombom geholpen? Wie heeft hiertoe politiek het besluit toe genomen?’ Van Raak wil ook weten wie besloten heeft om de spion te laten lopen en Veerman aan te pakken: ‘De waarheid in dit staatsmisdrijf moet boven komen.’