Omdat de ons omringende gemeenten de precariobelasting (een belasting voor het gebruik van gemeentegrond) zouden invoeren en omdat nutsbedrijven (zoals Vitens) die verhoging ongetwijfeld zouden doorberekenen aan de inwoners, besloot de Wageningse gemeenteraad in 2015 om ook de precariobelasting in te voeren. Wat twee jaar later niet aan de gemeenteraad werd verteld, was dat Veenendaal en Ede uiteindelijk besloten de precariobelasting niet in te voeren en dat Rhenen besloot de precariobelasting af te schaffen en het aan de inwoners volledig terug te betalen. Toen echt duidelijk werd dat die belasting inderdaad door Vitens doorberekend (€75,15) zou worden aan de inwoners van Wageningen, heeft de Stadspartij een motie ingediend om de precariobelasting helemaal af te schaffen. Die motie werd toen verworpen. In januari van dit jaar heeft de Stadspartij diezelfde motie uit 2017 weer ingediend, maar hij werd weer verworpen. De Stadspartij gaat nog één poging doen om de precariobelasting af te schaffen en niet alleen uitkeringsgerechtigden te compenseren. We gaan het college voorstellen om de € 75,15 (met aftrek van de gemaakte kosten) aan alle huishouden terug te betalen. Dat zou betekenen dat elk huishouden in Wageningen ongeveer € 65,- terug krijgt. Altijd beter dan niets denken we dan maar.