Nieuws van GroenLinks over D66 inzichtelijk

2560 documenten

Aan de slag met een autoluwe binnenstad | Leeuwarden

GroenLinks GroenLinks ChristenUnie D66 PvdA Partij voor de Dieren Leeuwarden 11-09-2020 00:00

In de anderhalvemetersamenleving is het gebruik van de openbare ruimte wezenlijk veranderd.  Aan de ene kant zijn er minder autobewegingen en wordt het openbaar vervoer minder gebruikt. Aan de andere kant hebben de toenemende aantallen voetgangers en fietsers meer ruimte nodig om veilig afstand te houden. Dit speelt met name in de binnenstad van Leeuwarden, waar de publieke ruimte schaars is. Wat PAL GroenLinks betreft is nu dan ook het uitgelezen moment om extra stappen te zetten om de binnenstad van Leeuwarden versneld autoluw te maken.

 

Een autoluwe stad is een gezonde en aantrekkelijke stad

Steeds meer steden kiezen voor een autoluwe binnenstad en dat is ook helemaal niet gek, want eigenlijk zijn er vooral voordelen aan verbonden. Minder autoverkeer draagt bij aan de volksgezondheid. De leefomgeving is prettiger, groener en schoner door minder uitstoot van uitlaatgassen en fijnstof. Sowieso is het gezonder om de auto te laten staan en de fiets of benenwagen te nemen waar mogelijk. Daarnaast bevordert een autoluwe binnenstad ook de verkeersveiligheid: er zijn nou eenmaal minder verkeersongelukken als er minder auto’s rijden.

Een autoluwe binnenstad houdt meer publieke ruimte over voor terrassen, wandelaars en openbaar groen. Dit heeft ook positieve gevolgen voor winkeliers en horeca. Twee jaar geleden werd onder andere de Gran Vía - de grootste winkelstraat van Madrid - autoluw gemaakt tijdens de decembermaand en dat leidde tot een omzetstijging van maar liefst 9.5%.

 

Nieuwe manier van kijken door corona

Door de coronacrisis wordt anders naar de inrichting van de publieke ruimte gekeken. Grote Europese steden als Berlijn, Brussel, Parijs en Milaan kozen er enkele maanden geleden al voor om de rode loper uit te rollen voor fietsers en voetgangers. Zo werden stadscentra omgetoverd tot woonerven, zijn stille autowegen in gebruik genomen als (tijdelijke) fietspaden en zijn er plannen aangekondigd voor uitgebreide fietsnetwerken. Bestuurders van deze steden hebben al aangekondigd dat deze maatregelen om de steden fietsvriendelijker te maken niet weer onderaan de stapel belanden als de coronacrisis voorbij is.

Ook op nationaal niveau zijn er de nodige ontwikkelingen. Onder andere de gemeenteraden van Amersfoort, Amsterdam en Haarlem hebben al stappen gezet richting een autoluwe binnenstad en een groot deel van de binnenstad van Delft en Groningen is al geruime tijd autoluw. Partij voor de Dieren en PAL GroenLinks stelden voor de zomer al schriftelijke vragen over de maatregelen die het college treft om de publieke ruimte in Leeuwarden beter te verdelen tussen voetgangers, fietsers en auto’s.

 

Eerste stappen in Leeuwarden

Ook in de gemeente Leeuwarden zijn de eerste stappen richting een autoluwe binnenstad al gezet. Eerder dit jaar stemde een meerderheid van de Leeuwarder gemeenteraad in met een motie van PAL GroenLinks, D66, PvdA en de Christenunie om de binnenstad voor 2035 zo autoluw mogelijk te maken. Er wordt inmiddels hard gewerkt om het Gouverneursplein, Hofplein, Raadhuisplein en de Eewal en Wortelhaven autoluw te maken en er zijn ook al plannen in de maak voor de Korfmakersstraat.

 

Meer kansen

Wat PAL GroenLinks betreft zijn er nog wel meer mogelijkheden om de stad autoluwer en aantrekkelijker in te richten. Wat te denken van de Voorstreek, de Kelders, de Tuinen, de Tweebaksmarkt en het Ruiterskwartier? Op veel van deze straten is doorgaand autoverkeer nog steeds mogelijk. Wij zouden liever zien dat er geen sluiproutes meer mogelijk zijn, dat er alleen auto’s worden toegelaten voor mensen die in de binnenstad wonen en dat het aantal parkeerplaatsen wordt teruggedrongen ten bate van ruimte voor voetgangers, terrassen en openbaar groen.

Kamper samenleving mag zich buigen over toekomst jaarwisseling | Kampen

GroenLinks GroenLinks D66 Kampen 11-09-2020 00:00

Er moet een nieuwe visie komen op de oud-en-nieuwviering in Kampen, daartoe besloot de gemeenteraad donderdagavond op initiatief van D66 en GroenLinks.

Vorige week werd de jaarwisseling geëvalueerd in de commissie Bestuur en Middelen. Volgens de fracties van D66 en GroenLinks is het na twee jaar experimenteren tijd duidelijkheid te geven over de toekomst van de jaarwisselingsviering in Kampen.

Beide partijen zien dat er nu geen breed gedragen toekomstbeeld is voor de viering van oud-en-nieuw in Kampen. Dit zorgt voor een jaarlijks terugkerende discussie over overlast en het behoud van tradities.

Unieke tradities

Volgens D66-fractievoorzitter Gerben Wijnja hebben we unieke tradities in Kampen. ‘Als we niet werken aan draagvlak, gaan tradities als melkbusschieten op termijn verloren’ vreest Wijnja. ‘Dat zou jammer zijn, maar we moeten wel recht doen aan alle inwoners.’

Overlast beperken

‘Aan dat draagvlak moeten we echt gaan werken’, vult mede-initiatiefnemer, GroenLinks-raadslid Edwin Burgman aan. ‘GroenLinks had afgelopen jaarwisseling een meldpunt vuurwerkoverlast. Daar kwamen veel klachten binnen. De mensen die overlast ervaren voelen zich nu vaak niet gehoord. Wat ons betreft moet er meer aandacht zijn voor het beperken van die overlast.’

Veiligheid

De motie die door de gehele raad werd ondersteund vraagt de burgemeester om in 2021 met een nieuwe jaarwisselingsvisie te komen. Die visie moet er komen via een participatietraject met inwoners en maatschappelijke organisaties. In de visie moet onder meer aandacht zijn voor het behoud van tradities, veiligheid en beperking van overlast voor milieu, mens en (huis)dieren.

Een wijntje drinken met; Hans Marskamp | Assen

GroenLinks GroenLinks D66 CDA PvdA Assen 09-09-2020 00:00

Voor dit gesprek ben ik te gast bij Hans thuis, en kunnen we erg prettig in de schaduw van de bomen in de tuin zitten, het is een zeer warme dag, bijna 30 graden. De honden lopen wat snuffelend langs mij heen, in de tuin verderop scharrelen wat kippetjes rond en ook de kat komt even snuffelen.

Hans, fijn dat je wilde meewerken aan dit interview,

Je bent nu inmiddels 12 jaar raadslid voor GroenLinks Assen?

Niet 12 jaar als raadslid actief maar wel al 12 jaar actief in Assen voor GroenLinks. Eerst 4 jaar als raadslid, toen 4 jaar plaatsvervangend raadslid en nu weer een nieuwe periode als raadslid, daarvoor was ik al een tijdje aangehaakt bij de fractie.

 

Hoe ben je in de gemeente politiek terecht gekomen?

Wij zijn in 2008 naar Assen verhuisd, daarvoor hebben we 10 jaar in Exloerveen gewoond. In Exloerveen ben ik politiek actief geworden, er werd daar een werkgroep GL opgericht, want GL was nog niet actief daar. Daar heb ik toen bij aangehaakt, we hebben eerst 4 jaar de plaatselijke politiek gevolgd daar, en toen de verkiezingen kwamen moest er iemand als nr 1 op de lijst. Niemand van de werkgroep voelde zich daartoe echt geroepen, maar uiteindelijk werd ik de lijsttrekker en kwam ik als ‘eenpitter’ nieuw in de raad. Op een gegeven moment verhuisden we naar Loon en moest ik daar uit de raad. In Assen ben ik al vrij snel bij de fractie terecht gekomen, eigenlijk omdat de gemeente toen een fietsbrug vlakbij onze woning wilde verwijderen waar zwaluwen onder zaten te broeden. Toen heb ik contact gezocht met de GL fractie, of die er nog wat aan konden doen. Vanaf toen ben ik vaker aangeschoven bij de fractie en raadsvergaderingen. Toen de verkiezingen in Assen kwamen gaf Ger Meijer - de toenmalige fractievoorzitter - aan te willen stoppen. Ik heb mij toen opgegeven voor de kandidatenlijst en omdat ik al politieke ervaring had kwam ik op plek 2 achter Laura. We haalden toen 2 zetels en kwam ik direct in de raad. Als je kijkt naar intrinsieke motivering, zat ik altijd al wel aan de linkerkant van het spectrum, ik was erg begaan met natuur en milieu en dan kom je algauw bij GL terecht.

Stel dat GL bij een volgende verkiezing zo groot wordt dat we 2 wethouders mogen aanstellen zou jij dan wethouder willen worden?

Als 2de misschien wel, alleen zie ik dat (denk ik) niet zitten. Als ik zie wat Karin allemaal doet. Wethouder is echt heel iets anders als raadslid zijn, je moet soms ook echt op je strepen kunnen staan en ik weet niet of ik daar echt een type voor ben. Ik heb nu een baan van 40u en dan zeker meer als 60u. Aan de andere kant, als ik mijn huidige baan en raadslidmaatschap bij elkaar optel, dan zit ik ook wel aan die 60 uur.

Wat doe je voor werk naast raadslid zijn?

Ik werk bij een planschade-adviesburo als juridisch planschade adviseur en taxateur. Wij beoordelen planschades, dus als een bestemmingsplan verandert en dit is nadelig voor iemand, omdat er bijvoorbeeld ineens nieuwe woningen vlakbij jouw woning komen  te staan en daarbij gaat de waarde van je woning achteruit, dan kijken wij of er echt schade is, of het juridisch klopt en hoeveel schade er is. Het kantoor zit in Rotterdam maar ik werk vanuit huis in vooral Groningen Friesland en Drenthe.

Heeft je werk ook raakvlakken met het Groene en Linkse?

 Mijn kennis en ervaring op het gebied van ruimtelijke ordening komt soms wel goed van pas, maar voor de rest, word je wel geacht je politieke kleur geen rol te laten spelen in de advisering als het gaat om bv windmolens. Ik kan dat wel goed van elkaar scheiden.

Als er binnen GL Assen mensen zijn die twijfelen om zich kandidaat te stellen voor de volgende gemeenteraadsverkiezingen, wat zou je dan tegen ze zeggen om ze te motiveren?

 

        Hartstikke leuk! Doen!

Gemeente politiek is leuk, je moet er aardigheid in hebben, het staat heel dicht bij de mensen, het gaat om heel concrete dingen van lantaarnpalen tot beleidsnota’s, Je hebt veel contact met inwoners die je benaderen voor van alles en nogwat, dat vind ik erg leuk, om die mensen te helpen, te woord te staan. Het debat in de raad vind ik ook leuk, om daar inbreng in te hebben, je hebt direct invloed in je eigen gemeente. Dus als je daarin raakvlakken ziet, en denkt dat lijkt mij ook leuk dan zeker doen!

De invloed van GL is ook groter geworden in de 12 jaar dat je raadslid bent?

Ja nu op 4 zetels, dat is natuurlijk ongekend, dat waren er altijd 2 of 1. En nu dus 4 en dan ook in het college. Je merkt wel als je in het college zit dat het een heel andere positie is als wanneer je in de oppositie zit. Ook qua invloed maar ook hoe je in de raad functioneert.

Je hebt een andere balans moeten vinden daarin?

Ja, in de oppositie kun je roepen wat je wil om je standpunt te verkondigen, bij wijze van spreken. In de coalitie moet je soms ook wel eens rekening houden met het collegestandpunt of wat je met elkaar hebt afgesproken in het coalitieakkoord, dus meer rekening houden met elkaar. Elkaar niet verrassen is een woord wat veel genoemd wordt in coalitie verband.

Het lijkt mij dan wel lastig, wanneer laat je echt je GL geluid horen en wanneer moet je even een stap opzij doen om de afspraken niet te schaden?

Je probeert natuurlijk al wel in het collegeprogramma en coalitieakkoord je GL punten te hebben binnengehaald en ik denk dat we er wel een groot aantal dingen in te hebben staan waar we goed mee uit de voeten kunnen o.a. op gebied van duurzaamheid. Daar zit Karin (Dekker) natuurlijk ook bovenop, die heeft dat in haar portefeuille Binnenkort komt de verduurzaming van de pacht in de raad, dat hebben we vorige periode al aangezwengeld, en daar komt dan nu een beleidsnota over hoe de gemeente wil omgaan met haar pachters. Dat zijn leuke dingen die we als GL hebben bereikt.

Als je terugkijkt op de afgelopen 12 jaar, waar ben je dan het meest trots op, wat je met GL bereikt hebt?

Dat we nu met 4 in de raad zitten, dat was wel een enorme opsteker, we hadden wel op winst gerekend maar 4 hadden we niet direct verwacht. We hebben het in Assen bovenmatig goed gedaan. En de werkgroep duurzaamheid, die hadden we in de vorige periode, dat was een werkgroep die niet direct politiek gedreven was maar met allemaal mensen die iets hebben met duurzaamheid, zowel uit de coalitie als oppositie, iemand van de PvdA, D66 en CU en ik dan van GL. Met die werkgroep hebben we best veel voor elkaar gekregen, raadsavonden georganiseerd, iets met zonnepanelen. Dat was een heel vruchtbare samenwerking. Daar is wel een basis gelegd voor het duurzame beleid van Assen.

En zijn er zo terugkijkend ook zaken waarvan je denkt, als ik dat van te voren had geweten, of met de kennis van nu dan zou ik dat anders aanpakken?

Ik kan zo niet iets concreets benoemen, maar bijvoorbeeld bij het indienen van een motie die er net niet doorkomt  dat ik dan achteraf iets meer had kunnen lobbyen bij de anderen, meer samenwerking had kunnen opzoeken.  

Ben je als je puur naar jezelf kijkt, meer Groen of meer Links?

Als je groen ziet als meer voor duurzaamheid e.d. en links meer het sociale van GL, dan heb ik wel wat met het links maar inhoudelijk zit ik daar veel minder goed in en dan leun ik meer op Summer en Laura die daar veel meer inzitten ook vanuit hun eigen vakgebied en achtergrond. Ik vind het sociale heel belangrijk maar mijn voorliefde ligt dat wel meer bij de duurzaamheid en dus het groene.

Heb je dat van huis uit meegekregen?

Nee, nou ja wat is van huis uit meegekregen, ik ben opgegroeid op een boerderij in een CDA gezin en die waren niet echt groen. Als ik nu mijn broers spreek en we hebben het bv over de herenboeren dan hoor ik vooral, kan niet, lukt niet, wordt niks. Mijn broer die nu de boerderij doet vindt het ook heel normaal om allerlei “gewasbeschermingsmiddelen” te gebruiken. Wel grappig trouwens dat ik vanuit die achtergrond wel veel interesse heb in de landbouw en alles wat daar speelt maar dan vanuit de groene hoek.

 

Vanuit het vorige “Een wijntje drinken met” heb ik van Bram ook nog een vraag voor je meegekregen: Als je geen beperkingen zou hebben qua geld en beslissingsbevoegdheid, wat zou dan het eerst zijn wat je in Assen zou aanpakken?

Dan zouden we een volledig klimaatneutraal Assen hebben.

 

Van wie zou jij wel wat meer willen weten? Met andere woorden, met wie zou ik de volgende keer een wijntje moeten gaan drinken? 

Moeilijke vraag, als ik een keuze moet maken dan zou ik zeggen Sam Pormes. Omdat hij een zeer uitgesproken mening heeft over veel zaken.  

Hans, bedankt voor dit leuke gesprek, ik hoop dat jullie als lezers dit ook een leuk gesprek vonden.

HULP VOOR VLUCHTELINGEN-KINDEREN | Borger-Odoorn

GroenLinks GroenLinks VVD D66 ChristenUnie CDA Borger-Odoorn 08-09-2020 00:00

GroenLinks sluit zich aan bij Coalition of the Willing.

GroenLinks, Leefbaar Borger-Odoorn, D66, ChristenUnie en Gemeentebelangen dienden in de afgelopen raad een motie in om ook onze gemeente Borger-Odoorn te laten aansluiten bij de Coalition of the Willing. Een coalitie van inmiddels ruim 165 Nederlandse gemeenten die onze regering oproepen om 500 alleenstaande minderjarige kinderen in Griekse vluchtelingenkampen op te vangen. Kinderen die nu in erbarmelijke omstandigheden moeten zien te overleven.

De motie werd aangenomen. Dit ondanks de tegenstemmen van VVD en CDA die hier als regeringspartijen op landelijk niveau ook niets aan doen.

Betere bescherming bezoekers abortuskliniek | Rotterdam

GroenLinks GroenLinks D66 Rotterdam 03-09-2020 00:00

Demonstranten bij de abortuskliniek in Rotterdam mogen individuele bezoekers van de kliniek niet langer direct aanspreken. Dat laat burgemeester Aboutaleb weten in de beantwoording van schriftelijke vragen van GroenLinks, D66 en Leefbaar Rotterdam. Als demonstranten zich hier niet aan houden kan er handhavend tegen worden opgetreden. 

Een bezoek aan een abortuskliniek is voor veel vrouwen vaak een ingrijpende gebeurtenis. GroenLinks vindt dat alle vrouwen een abortuskliniek op een veilige manier moet kunnen bezoeken zonder te worden geïntimideerd door demonstranten. In de praktijk blijkt dat deze demonstranten zich regelmatig niet aan de regels houden en vrouwen aanspreken op de parkeerplaats bij de kliniek. Deze zomer oordeelde de rechter dat het aanspreken van individuele bezoekers niet onder het demonstratierecht valt. Dat was voor GroenLinks, D66 en Leefbaar Rotterdam de aanleiding om aan de burgemeester te verzoeken zijn aanpak op dit punt te wijzigen. 

Fractievoorzitter Lies Roest is blij met deze nieuwe stap. ‘De uitspraak van de rechter geeft gemeenten meer mogelijkheden om op te treden tegen intimidatie bij abortusklinieken. Ik ben blij dat Rotterdam deze schrijnende situatie serieus neemt en voortaan in de communicatie voorafgaand aan demonstraties laat weten dat individuele bezoekers niet aangesproken mogen worden. Zo kunnen we meer betekenen voor deze vrouwen en hen beter beschermen.’

Momenteel werkt de gemeente al met een zogenoemde bufferzone. Alleen op die aangewezen plek mag gedemonstreerd worden. Mochten de demonstranten zich hier in de praktijk niet aanhouden, dan wordt er gehandhaafd. 

Open brief aan de CEO's van Nederlandse financiële instellingen | GroenLinks

GroenLinks GroenLinks D66 ChristenUnie CDA Nederland 02-09-2020 00:00

Vandaag debatteert de Tweede Kamer over de verduuzaming van de financiële sector. Vier Kamerleden van vier verschillende partijen schreven daarover een opiniestuk. 

Ook deze zomer was er een van uitersten. Nog nooit werden zoveel tropische dagen achter elkaar geteld. De weekgemiddelde maximumtemperatuur was het hoogste sinds de start van de metingen in 1901 en de neerslagtekorten liepen net als in 2018 in sommige regio’s op tot boven de 300 millimeter. Het agrarische verdienmodel voor dit jaar loopt, door onder meer een combinatie van droogte, hitte en soms beperkte irrigatiemogelijkheden, een flinke knauw op.

Zo is de klimaatschade aan de omzet van boeren dit jaar exemplarisch voor iets waar toezichthouders ons sinds enkele jaren voor waarschuwen: financiële risico’s door gebrekkige verduurzaming. Dat is een tweeledig gevaar. Enerzijds zullen klimaatverandering en biodiversiteitsverlies schade toebrengen aan verdienmodellen. Denk aan een boer die niet langer aan zijn kredietverplichtingen kan voldoen door langdurige droogte. Anderzijds lijden financiële instellingen verliezen als ze gebrekkig anticiperen op de aanstaande verduurzamingstransitie, door te blijven investeren in technologieën die uitgefaseerd worden.

Voor uw instellingen is dit verhaal gelukkig niet nieuw. Verschillende banken, pensioenfondsen en verzekeraars experimenteren met meetmethoden om duurzaamheidsrisico’s in kaart te brengen en rapporteren hierover. Daarnaast committeert de gehele financiële sector zich aan het Klimaatakkoord, waarmee ze belooft een bijdrage te leveren aan Parijs. Ook toezichthouders zitten bepaald niet stil. Nederland loopt op dit gebied dan ook internationaal voorop. 

Er is desalniettemin geen aanleiding om achterover te leunen. De blik op wat er al gebeurt, moet niet afleiden van de visie op waar we naartoe moeten. Dat eindpunt ligt immers nog ver weg. Zo ging in 2018 80%-95% van de nieuwe energie-financieringen die uw sector aanging naar de fossiele industrie. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat uw instellingen onvoldoende grondig rapporteren over hun materiële duurzaamheidsrisico’s. En hoewel het Klimaatakkoordcommitment ‘een bijdrage’ expliciteert, brengt ons dat nog niet zomaar bij de daadwerkelijke reductie in 2030 die nodig is om Parijs te halen.

Het beheersen van duurzaamheidsrisico’s is niet enkel aan de sector zelf, maar zeker ook een politieke verantwoordelijkheid. Met de politiek als hoeder van het klimaatbeleid, en als aanjager en ondersteuner voor de financiële sector. Die eerste verantwoordelijkheid is genomen met de klimaatwet en het klimaatakkoord. Die laatste verantwoordelijkheid kan nu scherper ingevuld worden. Daar doen wij voorstellen toe in onze initiatiefnota over de verduurzaming van de financiële sector, waarover we vandaag met de Tweede Kamer en het kabinet in debat gaan. Jullie zijn uitgenodigd in de toekomst het gesprek tussen sector en politiek samen verder te brengen.

Wij roepen u op uw beurt op om uw ambities en commitment sneller om te zetten in actie. Kom met concrete plannen om de CO2-impact van uw portefeuille in 2030 met 55% terug te dringen. Geef inzicht in het ‘klimaatpad’ van uw huidige portefeuille. Wacht niet tot 2022 met het publiekelijk maken van reductiedoelstellingen als dat niet nodig is. Zet waar mogelijk uw middelen in om kennis te delen en achterblijvers aan te sporen. En gebruik ons duwtje in de rug om grondiger over duurzaamheidsrisico’s te rapporteren. Alleen zo brengen we de verduurzaming van de financiële sector in de juiste versnelling.

Bart Snels (GroenLinks), Joost Sneller (D66), Eppo Bruins (ChristenUnie) & Evert-Jan Slootweg (CDA)  

 

Open brief aan de CEO's van Nederlandse financiële instellingen | GroenLinks

GroenLinks GroenLinks D66 ChristenUnie CDA Rotterdam Pernis 02-09-2020 00:00

Vandaag debatteert de Tweede Kamer over de verduuzaming van de financiële sector. Vier Kamerleden van vier verschillende partijen schreven daarover een opiniestuk. 

Ook deze zomer was er een van uitersten. Nog nooit werden zoveel tropische dagen achter elkaar geteld. De weekgemiddelde maximumtemperatuur was het hoogste sinds de start van de metingen in 1901 en de neerslagtekorten liepen net als in 2018 in sommige regio’s op tot boven de 300 millimeter. Het agrarische verdienmodel voor dit jaar loopt, door onder meer een combinatie van droogte, hitte en soms beperkte irrigatiemogelijkheden, een flinke knauw op.

Zo is de klimaatschade aan de omzet van boeren dit jaar exemplarisch voor iets waar toezichthouders ons sinds enkele jaren voor waarschuwen: financiële risico’s door gebrekkige verduurzaming. Dat is een tweeledig gevaar. Enerzijds zullen klimaatverandering en biodiversiteitsverlies schade toebrengen aan verdienmodellen. Denk aan een boer die niet langer aan zijn kredietverplichtingen kan voldoen door langdurige droogte. Anderzijds lijden financiële instellingen verliezen als ze gebrekkig anticiperen op de aanstaande verduurzamingstransitie, door te blijven investeren in technologieën die uitgefaseerd worden.

Voor uw instellingen is dit verhaal gelukkig niet nieuw. Verschillende banken, pensioenfondsen en verzekeraars experimenteren met meetmethoden om duurzaamheidsrisico’s in kaart te brengen en rapporteren hierover. Daarnaast committeert de gehele financiële sector zich aan het Klimaatakkoord, waarmee ze belooft een bijdrage te leveren aan Parijs. Ook toezichthouders zitten bepaald niet stil. Nederland loopt op dit gebied dan ook internationaal voorop. 

Er is desalniettemin geen aanleiding om achterover te leunen. De blik op wat er al gebeurt, moet niet afleiden van de visie op waar we naartoe moeten. Dat eindpunt ligt immers nog ver weg. Zo ging in 2018 80%-95% van de nieuwe energie-financieringen die uw sector aanging naar de fossiele industrie. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat uw instellingen onvoldoende grondig rapporteren over hun materiële duurzaamheidsrisico’s. En hoewel het Klimaatakkoordcommitment ‘een bijdrage’ expliciteert, brengt ons dat nog niet zomaar bij de daadwerkelijke reductie in 2030 die nodig is om Parijs te halen.

Het beheersen van duurzaamheidsrisico’s is niet enkel aan de sector zelf, maar zeker ook een politieke verantwoordelijkheid. Met de politiek als hoeder van het klimaatbeleid, en als aanjager en ondersteuner voor de financiële sector. Die eerste verantwoordelijkheid is genomen met de klimaatwet en het klimaatakkoord. Die laatste verantwoordelijkheid kan nu scherper ingevuld worden. Daar doen wij voorstellen toe in onze initiatiefnota over de verduurzaming van de financiële sector, waarover we vandaag met de Tweede Kamer en het kabinet in debat gaan. Jullie zijn uitgenodigd in de toekomst het gesprek tussen sector en politiek samen verder te brengen.

Wij roepen u op uw beurt op om uw ambities en commitment sneller om te zetten in actie. Kom met concrete plannen om de CO2-impact van uw portefeuille in 2030 met 55% terug te dringen. Geef inzicht in het ‘klimaatpad’ van uw huidige portefeuille. Wacht niet tot 2022 met het publiekelijk maken van reductiedoelstellingen als dat niet nodig is. Zet waar mogelijk uw middelen in om kennis te delen en achterblijvers aan te sporen. En gebruik ons duwtje in de rug om grondiger over duurzaamheidsrisico’s te rapporteren. Alleen zo brengen we de verduurzaming van de financiële sector in de juiste versnelling.

Bart Snels (GroenLinks), Joost Sneller (D66), Eppo Bruins (ChristenUnie) & Evert-Jan Slootweg (CDA)  

 

Open brief aan de CEO's van Nederlandse financiële instellingen | GroenLinks

GroenLinks GroenLinks D66 ChristenUnie CDA Rotterdam Rozenburg 02-09-2020 00:00

Vandaag debatteert de Tweede Kamer over de verduuzaming van de financiële sector. Vier Kamerleden van vier verschillende partijen schreven daarover een opiniestuk. 

Ook deze zomer was er een van uitersten. Nog nooit werden zoveel tropische dagen achter elkaar geteld. De weekgemiddelde maximumtemperatuur was het hoogste sinds de start van de metingen in 1901 en de neerslagtekorten liepen net als in 2018 in sommige regio’s op tot boven de 300 millimeter. Het agrarische verdienmodel voor dit jaar loopt, door onder meer een combinatie van droogte, hitte en soms beperkte irrigatiemogelijkheden, een flinke knauw op.

Zo is de klimaatschade aan de omzet van boeren dit jaar exemplarisch voor iets waar toezichthouders ons sinds enkele jaren voor waarschuwen: financiële risico’s door gebrekkige verduurzaming. Dat is een tweeledig gevaar. Enerzijds zullen klimaatverandering en biodiversiteitsverlies schade toebrengen aan verdienmodellen. Denk aan een boer die niet langer aan zijn kredietverplichtingen kan voldoen door langdurige droogte. Anderzijds lijden financiële instellingen verliezen als ze gebrekkig anticiperen op de aanstaande verduurzamingstransitie, door te blijven investeren in technologieën die uitgefaseerd worden.

Voor uw instellingen is dit verhaal gelukkig niet nieuw. Verschillende banken, pensioenfondsen en verzekeraars experimenteren met meetmethoden om duurzaamheidsrisico’s in kaart te brengen en rapporteren hierover. Daarnaast committeert de gehele financiële sector zich aan het Klimaatakkoord, waarmee ze belooft een bijdrage te leveren aan Parijs. Ook toezichthouders zitten bepaald niet stil. Nederland loopt op dit gebied dan ook internationaal voorop. 

Er is desalniettemin geen aanleiding om achterover te leunen. De blik op wat er al gebeurt, moet niet afleiden van de visie op waar we naartoe moeten. Dat eindpunt ligt immers nog ver weg. Zo ging in 2018 80%-95% van de nieuwe energie-financieringen die uw sector aanging naar de fossiele industrie. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat uw instellingen onvoldoende grondig rapporteren over hun materiële duurzaamheidsrisico’s. En hoewel het Klimaatakkoordcommitment ‘een bijdrage’ expliciteert, brengt ons dat nog niet zomaar bij de daadwerkelijke reductie in 2030 die nodig is om Parijs te halen.

Het beheersen van duurzaamheidsrisico’s is niet enkel aan de sector zelf, maar zeker ook een politieke verantwoordelijkheid. Met de politiek als hoeder van het klimaatbeleid, en als aanjager en ondersteuner voor de financiële sector. Die eerste verantwoordelijkheid is genomen met de klimaatwet en het klimaatakkoord. Die laatste verantwoordelijkheid kan nu scherper ingevuld worden. Daar doen wij voorstellen toe in onze initiatiefnota over de verduurzaming van de financiële sector, waarover we vandaag met de Tweede Kamer en het kabinet in debat gaan. Jullie zijn uitgenodigd in de toekomst het gesprek tussen sector en politiek samen verder te brengen.

Wij roepen u op uw beurt op om uw ambities en commitment sneller om te zetten in actie. Kom met concrete plannen om de CO2-impact van uw portefeuille in 2030 met 55% terug te dringen. Geef inzicht in het ‘klimaatpad’ van uw huidige portefeuille. Wacht niet tot 2022 met het publiekelijk maken van reductiedoelstellingen als dat niet nodig is. Zet waar mogelijk uw middelen in om kennis te delen en achterblijvers aan te sporen. En gebruik ons duwtje in de rug om grondiger over duurzaamheidsrisico’s te rapporteren. Alleen zo brengen we de verduurzaming van de financiële sector in de juiste versnelling.

Bart Snels (GroenLinks), Joost Sneller (D66), Eppo Bruins (ChristenUnie) & Evert-Jan Slootweg (CDA)  

 

Open brief aan de CEO's van Nederlandse financiële instellingen | GroenLinks

GroenLinks GroenLinks D66 ChristenUnie CDA Zeewolde 02-09-2020 00:00

Vandaag debatteert de Tweede Kamer over de verduuzaming van de financiële sector. Vier Kamerleden van vier verschillende partijen schreven daarover een opiniestuk. 

Ook deze zomer was er een van uitersten. Nog nooit werden zoveel tropische dagen achter elkaar geteld. De weekgemiddelde maximumtemperatuur was het hoogste sinds de start van de metingen in 1901 en de neerslagtekorten liepen net als in 2018 in sommige regio’s op tot boven de 300 millimeter. Het agrarische verdienmodel voor dit jaar loopt, door onder meer een combinatie van droogte, hitte en soms beperkte irrigatiemogelijkheden, een flinke knauw op.

Zo is de klimaatschade aan de omzet van boeren dit jaar exemplarisch voor iets waar toezichthouders ons sinds enkele jaren voor waarschuwen: financiële risico’s door gebrekkige verduurzaming. Dat is een tweeledig gevaar. Enerzijds zullen klimaatverandering en biodiversiteitsverlies schade toebrengen aan verdienmodellen. Denk aan een boer die niet langer aan zijn kredietverplichtingen kan voldoen door langdurige droogte. Anderzijds lijden financiële instellingen verliezen als ze gebrekkig anticiperen op de aanstaande verduurzamingstransitie, door te blijven investeren in technologieën die uitgefaseerd worden.

Voor uw instellingen is dit verhaal gelukkig niet nieuw. Verschillende banken, pensioenfondsen en verzekeraars experimenteren met meetmethoden om duurzaamheidsrisico’s in kaart te brengen en rapporteren hierover. Daarnaast committeert de gehele financiële sector zich aan het Klimaatakkoord, waarmee ze belooft een bijdrage te leveren aan Parijs. Ook toezichthouders zitten bepaald niet stil. Nederland loopt op dit gebied dan ook internationaal voorop. 

Er is desalniettemin geen aanleiding om achterover te leunen. De blik op wat er al gebeurt, moet niet afleiden van de visie op waar we naartoe moeten. Dat eindpunt ligt immers nog ver weg. Zo ging in 2018 80%-95% van de nieuwe energie-financieringen die uw sector aanging naar de fossiele industrie. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat uw instellingen onvoldoende grondig rapporteren over hun materiële duurzaamheidsrisico’s. En hoewel het Klimaatakkoordcommitment ‘een bijdrage’ expliciteert, brengt ons dat nog niet zomaar bij de daadwerkelijke reductie in 2030 die nodig is om Parijs te halen.

Het beheersen van duurzaamheidsrisico’s is niet enkel aan de sector zelf, maar zeker ook een politieke verantwoordelijkheid. Met de politiek als hoeder van het klimaatbeleid, en als aanjager en ondersteuner voor de financiële sector. Die eerste verantwoordelijkheid is genomen met de klimaatwet en het klimaatakkoord. Die laatste verantwoordelijkheid kan nu scherper ingevuld worden. Daar doen wij voorstellen toe in onze initiatiefnota over de verduurzaming van de financiële sector, waarover we vandaag met de Tweede Kamer en het kabinet in debat gaan. Jullie zijn uitgenodigd in de toekomst het gesprek tussen sector en politiek samen verder te brengen.

Wij roepen u op uw beurt op om uw ambities en commitment sneller om te zetten in actie. Kom met concrete plannen om de CO2-impact van uw portefeuille in 2030 met 55% terug te dringen. Geef inzicht in het ‘klimaatpad’ van uw huidige portefeuille. Wacht niet tot 2022 met het publiekelijk maken van reductiedoelstellingen als dat niet nodig is. Zet waar mogelijk uw middelen in om kennis te delen en achterblijvers aan te sporen. En gebruik ons duwtje in de rug om grondiger over duurzaamheidsrisico’s te rapporteren. Alleen zo brengen we de verduurzaming van de financiële sector in de juiste versnelling.

Bart Snels (GroenLinks), Joost Sneller (D66), Eppo Bruins (ChristenUnie) & Evert-Jan Slootweg (CDA)  

 

Open brief aan de CEO's van Nederlandse financiële instellingen | GroenLinks

GroenLinks GroenLinks D66 ChristenUnie CDA Rotterdam Delfshaven 02-09-2020 00:00

Vandaag debatteert de Tweede Kamer over de verduuzaming van de financiële sector. Vier Kamerleden van vier verschillende partijen schreven daarover een opiniestuk. 

Ook deze zomer was er een van uitersten. Nog nooit werden zoveel tropische dagen achter elkaar geteld. De weekgemiddelde maximumtemperatuur was het hoogste sinds de start van de metingen in 1901 en de neerslagtekorten liepen net als in 2018 in sommige regio’s op tot boven de 300 millimeter. Het agrarische verdienmodel voor dit jaar loopt, door onder meer een combinatie van droogte, hitte en soms beperkte irrigatiemogelijkheden, een flinke knauw op.

Zo is de klimaatschade aan de omzet van boeren dit jaar exemplarisch voor iets waar toezichthouders ons sinds enkele jaren voor waarschuwen: financiële risico’s door gebrekkige verduurzaming. Dat is een tweeledig gevaar. Enerzijds zullen klimaatverandering en biodiversiteitsverlies schade toebrengen aan verdienmodellen. Denk aan een boer die niet langer aan zijn kredietverplichtingen kan voldoen door langdurige droogte. Anderzijds lijden financiële instellingen verliezen als ze gebrekkig anticiperen op de aanstaande verduurzamingstransitie, door te blijven investeren in technologieën die uitgefaseerd worden.

Voor uw instellingen is dit verhaal gelukkig niet nieuw. Verschillende banken, pensioenfondsen en verzekeraars experimenteren met meetmethoden om duurzaamheidsrisico’s in kaart te brengen en rapporteren hierover. Daarnaast committeert de gehele financiële sector zich aan het Klimaatakkoord, waarmee ze belooft een bijdrage te leveren aan Parijs. Ook toezichthouders zitten bepaald niet stil. Nederland loopt op dit gebied dan ook internationaal voorop. 

Er is desalniettemin geen aanleiding om achterover te leunen. De blik op wat er al gebeurt, moet niet afleiden van de visie op waar we naartoe moeten. Dat eindpunt ligt immers nog ver weg. Zo ging in 2018 80%-95% van de nieuwe energie-financieringen die uw sector aanging naar de fossiele industrie. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat uw instellingen onvoldoende grondig rapporteren over hun materiële duurzaamheidsrisico’s. En hoewel het Klimaatakkoordcommitment ‘een bijdrage’ expliciteert, brengt ons dat nog niet zomaar bij de daadwerkelijke reductie in 2030 die nodig is om Parijs te halen.

Het beheersen van duurzaamheidsrisico’s is niet enkel aan de sector zelf, maar zeker ook een politieke verantwoordelijkheid. Met de politiek als hoeder van het klimaatbeleid, en als aanjager en ondersteuner voor de financiële sector. Die eerste verantwoordelijkheid is genomen met de klimaatwet en het klimaatakkoord. Die laatste verantwoordelijkheid kan nu scherper ingevuld worden. Daar doen wij voorstellen toe in onze initiatiefnota over de verduurzaming van de financiële sector, waarover we vandaag met de Tweede Kamer en het kabinet in debat gaan. Jullie zijn uitgenodigd in de toekomst het gesprek tussen sector en politiek samen verder te brengen.

Wij roepen u op uw beurt op om uw ambities en commitment sneller om te zetten in actie. Kom met concrete plannen om de CO2-impact van uw portefeuille in 2030 met 55% terug te dringen. Geef inzicht in het ‘klimaatpad’ van uw huidige portefeuille. Wacht niet tot 2022 met het publiekelijk maken van reductiedoelstellingen als dat niet nodig is. Zet waar mogelijk uw middelen in om kennis te delen en achterblijvers aan te sporen. En gebruik ons duwtje in de rug om grondiger over duurzaamheidsrisico’s te rapporteren. Alleen zo brengen we de verduurzaming van de financiële sector in de juiste versnelling.

Bart Snels (GroenLinks), Joost Sneller (D66), Eppo Bruins (ChristenUnie) & Evert-Jan Slootweg (CDA)  

 

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.