Nieuws van politieke partijen in Nederland inzichtelijk

7 documenten

GroenLinks en ChristenUnie dienen initiatiefwet in tegen hatecrimes

ChristenUnie ChristenUnie GroenLinks Nederland 29-06-2020 10:14

Door Webredactie op 29 juni 2020 om 12:11

GroenLinks en ChristenUnie dienen initiatiefwet in tegen hatecrimes

Gert-Jan Segers dient samen met GroenLinks-Kamerlid Kathalijne Buitenweg vandaag een wetsvoorstel in om de strafmaat voor hatecrimes te verhogen. Met de nieuwe wet wordt de maximale straf voor misdrijven met een discriminatoir motief verhoogd.

Gert-Jan Segers: “De bescherming van minderheden is de lakmoesproef voor iedere samenleving. En dus moeten we opstaan tegen geweld gericht op joden, op homo’s, op mensen die vanwege hun huidskleur te maken krijgen met racisme. We willen dat hatecrimes zwaarder gestraft kunnen worden en geven daarmee het signaal dat we het zwaar opnemen als je iemand bedreigt of aanvalt omdát iemand homo, jood of zwart is. Door dit soort discriminatoir geweld doe je namelijk niet alleen een persoon iets aan, maar bedreig je indirect een hele groep mensen die over hun schouder moeten kijken of zij misschien de volgende zijn.”

Voorbeelden

Hatecrimes komen veelvuldig voor. Zoals de mishandeling van een man uit Almelo vanwege zijn huidskleur. Of van de mannen die in Arnhem hand in hand liepen. Zoals de veelvuldige vernielingen bij het Amsterdams joodse restaurant HaCarmel. En de bekladding van gebedshuizen met haatdragende slogans.

Deze strafbare feiten hebben een extra grote impact op slachtoffers omdat ze voortkomen uit haat om wie ze zijn. Daarmee raakt het ook de rest van de samenleving. Want ook andere mensen die zich met hen identificeren kunnen zich hierdoor met rede bedreigd voelen. Dat zet de bijl aan de wortel van de rechtsstaat die iedereen in staat hoort te stellen om zonder geweld en angst het eigen leven vorm te geven.

Kathalijne Buitenweg (Tweede Kamerlid namens GroenLinks): “Ons strafrecht dient slachtoffers recht te doen en de norm van gelijkwaardigheid te bevestigen. We falen op beide fronten als een discriminerend motief in de rechtszaal niet eens aan de orde komt.”

Onderzoek

Onderzoek wijst uit dat het discriminatieaspect nu gaande het strafproces meestal uit beeld verdwijnt. Maar een bestraffing van hatecrimes alsof het ‘gewone’ vernieling of ‘gewone’ mishandeling is, doet geen recht aan slachtoffers. Omdat de discriminatoire drijfveer bij delicten vaak onbenoemd blijft ontstaat bij slachtoffers de gedachte dat het niet als belangrijk geacht wordt. Gevolg: slachtoffers doen geen aangifte van wat hen is overkomen.

Het initiatiefwetsvoorstel tegen hatecrimes dat vandaag wordt ingediend neemt het discriminatieaspect als wettelijke strafverzwaringsgrond op in het Wetboek van Strafrecht. Als een strafbaar feit met een discriminatoir oogmerk wordt begaan, dan kan de daarop gestelde gevangenisstraf of hechtenis met een derde worden verhoogd.

Uit onderzoek van het WODC blijkt dat het al vaak misgaat bij de aangifte. Discriminatie wordt door de politie vaak niet geregistreerd en komt daardoor niet bij het Openbaar Ministerie terecht. In 2019 zijn er slechts 47 veroordelingen geweest in zaken met een discriminatieaspect, blijkt uit het overzicht discriminatiecijfers van het Openbaar Ministerie.

GroenLinks en ChristenUnie dienen initiatiefwet in tegen hatecrimes | GroenLinks

GroenLinks GroenLinks ChristenUnie Nederland 29-06-2020 00:00

Kamerleden Kathalijne Buitenweg van GroenLinks en Gert-Jan Segers van de ChristenUnie dienen vandaag hun wetsvoorstel in om de strafmaat voor hatecrimes te verhogen. Met de nieuwe wet wordt de maximale straf voor misdrijven met een discriminatoir motief verhoogd.  

Kathalijne Buitenweg (GroenLinks): “Ons strafrecht dient slachtoffers recht te doen en de norm van gelijkwaardigheid te bevestigen. We falen op beide fronten als een discriminerend motief in de rechtszaal niet eens aan de orde komt.”

Gert-Jan Segers (ChristenUnie): “De bescherming van minderheden is de lakmoesproef voor iedere samenleving. En dus moeten we opstaan tegen geweld gericht op joden, op homo’s, op mensen die vanwege hun huidskleur te maken krijgen met racisme.”

Voorbeelden

Hatecrimes komen veelvuldig voor. Zoals de mishandeling van een man uit Almelo vanwege zijn huidskleur. Of van de mannen die in Arnhem hand in hand liepen. Zoals de veelvuldige vernielingen bij het Amsterdams joodse restaurant HaCarmel. En de bekladding van gebedshuizen met haatdragende slogans.

Deze strafbare feiten hebben een extra grote impact op slachtoffers omdat ze voortkomen uit haat om wie ze zijn. Daarmee raakt het ook de rest van de samenleving. Want ook andere mensen die zich met hen identificeren kunnen zich hierdoor met rede bedreigd voelen. Dat zet de bijl aan de wortel van de rechtsstaat die iedereen in staat hoort te stellen om zonder geweld en angst het eigen leven vorm te geven.

Segers: “We willen dat hatecrimes zwaarder gestraft kunnen worden en geven daarmee het signaal dat we het zwaar opnemen als je iemand bedreigt of aanvalt omdát iemand homo, jood of zwart is. Door dit soort discriminatoir geweld doe je namelijk niet alleen een persoon iets aan, maar bedreig je indirect een hele groep mensen die over hun schouder moeten kijken of zij misschien de volgende zijn.” 

Onderzoek

Onderzoek wijst uit dat het discriminatieaspect nu gaande het strafproces meestal uit beeld verdwijnt. Maar een bestraffing van hatecrimes alsof het ‘gewone’ vernieling of ‘gewone’ mishandeling is, doet geen recht aan slachtoffers. Omdat de discriminatoire drijfveer bij delicten vaak onbenoemd blijft ontstaat bij slachtoffers de gedachte dat het niet als belangrijk geacht wordt. Gevolg: slachtoffers doen geen aangifte van wat hen is overkomen.

Het initiatiefwetsvoorstel tegen hatecrimes dat vandaag wordt ingediend neemt het discriminatieaspect als wettelijke strafverzwaringsgrond op in het Wetboek van Strafrecht. Als een strafbaar feit met een discriminatoir oogmerk wordt begaan, dan kan de daarop gestelde gevangenisstraf of hechtenis met een derde worden verhoogd. 

Uit onderzoek van het WODC blijkt dat het al vaak misgaat bij de aangifte. Discriminatie wordt door de politie vaak niet geregistreerd en komt daardoor niet bij het Openbaar Ministerie terecht. In 2019 zijn er slechts 47 veroordelingen geweest in zaken met een discriminatieaspect, blijkt uit het overzicht discriminatiecijfers van het Openbaar Ministerie.

15 miljoen extra voor zedenpolitie | GroenLinks

GroenLinks GroenLinks Nederland 20-09-2019 00:00

Een voorstel van GroenLinks om 15 miljoen extra uit te trekken voor de zedenpolitie kon donderdag op Kamerbrede steun rekenen.  Daarmee wordt de zedenrecherche met 10% uitgebreid, worden 22 speciale rechercheurs aangesteld om de meer gecompliceerde zaken te onderzoeken, komt er extra geld voor forensisch onderzoek en het opleiden van de rechercheurs.

“Ik ben ontzettend blij dat er substantieel meer rechercheurs bijkomen om zedenzaken aan te pakken”, aldus Tweede Kamerlid Kathalijne Buitenweg.

Door onderbezetting bij de politie duurt het maanden, soms zelfs een jaar, voordat de politie een onderzoek start en de vermoedelijke dader wordt verhoord. Volgens het tv-programma Nieuwsuur blijven er jaarlijks zeker 350 zaken lang op de plank liggen bij de zedenpolitie. Daarbij gaat het ook om verkrachtingszaken.

Onnodige vertraging in opsporingszaken moet zoveel mogelijk voorkomen worden, zeker bij zoiets ingrijpend als zedenzaken, vindt GroenLinks.

Buitenweg: “Ik heb verschillende slachtoffers gesproken die hierdoor extra getraumatiseerd zijn. Ze voelen zich in de steek gelatendoor de overheid. Ook voor politiemensen zelf is het ontzettend frustrerend als zij onvoldoende tijd kunnen besteden aan deze zaken die zo’n enorme impact op mensen hebben. Het geeft aan dat het geld goed besteed zal worden.”

Kamer steunt voorstel GroenLinks voor maximumtermijn bij zedenmisdrijven | GroenLinks

GroenLinks GroenLinks Nederland 05-09-2019 00:00

De Tweede Kamer steunt een voorstel van GroenLinks voor een maximumtermijn in zedenzaken. De politie moet deze zaken voortaan binnen een maand in behandeling nemen. Dit stelt Tweede Kamerlid Kathalijne Buitenweg vandaag tijdens het politiedebat. Buitenweg kreeg afgelopen zomer meerdere mails van verkrachtingsslachtoffers die maandenlang moeten wachten tot hun aangifte wordt opgepakt. Uit onderzoek blijkt dat dit geen uitzondering is: 350 zedenzaken per jaar blijven maanden tot soms zelfs een jaar op de plank liggen.

Buitenweg: “Wat deze slachtoffers hebben doorgemaakt, is afschuwelijk. De politie moet alles op alles zetten om hen zo goed mogelijk te ondersteunen. Dit helpt bij het verwerkingsproces én zorgt voor betere kansen op opsporing van de dader. Dat zedenzaken maanden op de plank blijven liggen, is Nederland onwaardig. Daarom doe ik vandaag het voorstel dat de politie verplicht om slachtoffers van zedenmisdrijven snel te helpen.”

Uit onderzoek van Nieuwsuur blijkt dat per jaar ruim 350 zedenzaken te lang op de plank blijven liggen. De politie meldt dat dit door drukte en onderbezetting komt. Advocaten stellen dat ook de prioritering bij de politie en het openbaar ministerie een oorzaak is van de vertragingen. In de mails die Buitenweg ontving, vertelde een slachtoffer dat zij te horen kreeg dat haar zaak geen prioriteit had.

GroenLinks doet daarom het voorstel om aangiften van zedenmisdrijven voortaan uiterlijk binnen een maand op te pakken en dit zo nodig wettelijk te verplichten. Een zaak kan dan binnen enkele maanden rond zijn.

Buitenweg: ”Het primaire probleem ligt natuurlijk bij de enorme werkdruk en onderbezetting bij de rechercheteams. Ik roep dit kabinet op hier werk van te maken. Tegelijkertijd mag werkdruk nooit een reden zijn om zedenslachtoffer maandenlang in onzekerheid te laten.”

Initiatiefnota GroenLinks: meer macht naar de professional | GroenLinks

GroenLinks GroenLinks Nederland 01-07-2019 00:00

Kathalijne Buitenweg, Corinne Ellemeet, Paul Smeulders en Lisa Westerveld, allen Tweede Kamerleden van GroenLinks, bepleiten een betere machtsbalans tussen de bestuurders en medewerkers bij de politie, in zorginstellingen en op scholen. Daarom dienen zij vandaag de initiatiefnota “Samen de baas” in bij De Tweede Kamer. Daarin staan voorstellen die professionals meer grip geven op hun eigen werk.  

De nota is het resultaat van gesprekken met duizenden mensen uit de publieke sector die GroenLinks de afgelopen twee jaar voerde  tijdens kantinetours. “Van onderwijzers tot jeugdzorgwerkers, van (wijk)agenten tot verzorgenden, allemaal zeggen ze hetzelfde: ‘de menselijke maat ontbreekt in publieke instellingen’”, zegt Tweede Kamerlid Paul Smeulders.

Al eerder constateerde GroenLinks-partijleider Jesse Klaver dat het crisis is in de publieke sector. De werkdruk van medewerkers is toegenomen, het werkplezier is afgenomen en de verantwoordingslast is groot. Volgens het CBS is het ziekteverzuim het hoogste in de  publieke sector en dat is mede vanwege de hoge werkdruk.

Wanneer toezichthouders en bestuurders hun werk niet goed doen, zijn de maatschappelijke gevolgen groot, getuige misstanden het afgelopen decennium bij bijvoorbeeld VMBO Maastricht, ROC Leiden, Vestia, InHolland, Orbis en Rochdale. Tien jaar geleden kregen de IJsselmeerziekenhuizen miljoenen euro noodsteun uitgekeerd, terwijl ze uiteindelijk failliet verklaard moesten worden. De kosten voor falend bestuur komen uiteindelijk voor rekening van de belastingbetaler, de dienstafnemers, de verzekerden of de andere organisaties in de sector, zegt de Wetenschappelijke Raad voor Regeringsbeleid hierover.

Minister voor Zeggenschap Kamerleden Kathalijne Buitenweg, Corinne Ellemeet, Paul Smeulders en Lisa Westerveld sloegen de handen ineen rond een belangrijk aspect van de crisis: het gebrek aan inspraak en  zeggenschap bij mensen op de werkvloer. Zij concluderen dat de professionals de kennis in huis hebben om de juiste afwegingen te maken en meer ruimte en vertrouwen moeten krijgen.

Om het belang van zeggenschap aan te geven, wil GroenLinks dat de minister van Sociale Zaken & Werkgelegenheid stelselverantwoordelijke wordt voor zeggenschap in de publieke sector. Als het aan GroenLinks ligt krijgen professionals meer inspraak bijvoorbeeld door hen de helft van de toezichthouders rechtstreeks  te laten benoemen. Ook burgers moeten kunnen meepraten door hen agenderingsrecht te verlenen. Zij moeten het recht krijgen om het bestuur van een publieke instelling te bevragen over een voorgenomen besluit.

En om de trend van schaalvergroting tegen te gaan - alleen al politiekorpsen zijn in 30 jaar maar liefst 22 keer groter geworden en in het voortgezet onderwijs is het aantal leerlingen sinds 1980 met 255% gegroeid - bepleit GroenLinks een plafond voor de grootte van instellingen en wil ze de-fuseren stimuleren. “Publieke instellingen moeten de menselijke maat hanteren. Groter is niet altijd efficiënter, goedkoper en beter”, zegt Paul Smeulders.

Waarom ik partij ben in een rechtszaak tegen het vakantieregister | GroenLinks

GroenLinks GroenLinks VVD PvdA Nederland 16-05-2019 00:00

Deze week is een rechtszaak aangespannen tegen Duitsland, Oostenrijk en verschillende luchtvaartmaatschappijen wegens het opslaan, verwerken en delen van veel te veel passagiersgegevens, waaronder creditcardnummers. Naar alle waarschijnlijkheid is de Europese PNR-richtlijn, ook wel het vakantieregister, strijdig met het Europees Grondrechtenhandvest. Om die reden heeft GroenLinks in de Tweede Kamer gevraagd om een rechterlijke uitspraak. Nu dat politiek niet gelukt is, sluit Kathalijne Buitenweg zich als burger aan bij de rechtszaak. Lees hieronder waarom zij dit doet.

Chantage

Ruim 13 jaar geleden voerde ik samen met een aantal collega Europarlementariërs en Bits for Freedom actie bij de luchthaven Zaventem. We hadden een acteur ingehuurd, die mensen het hemd van hun lijf te vroeg. Naar hun bestemming, met wie ze vlogen, wat het nummer van hun creditcard was en meer. Het doel was om hen bewust te maken van het feit dat al deze informatie verzameld werd door luchtvaartmaatschappijen, en vervolgens doorgestuurd naar de Verenigde Staten, zonder dat daar een wettelijke basis voor was. En ook zonder dat duidelijk was wat de toenmalige regering-Bush ermee ging doen.

De gegevensoverdracht werd door de Europese regeringen oogluikend toegestaan, uit angst voor Amerikaanse repercussies. Europa werd gechanteerd.

Nederlands verzet

Inmiddels is er wel een wettelijke basis: een richtlijn, die in 2016 is vastgesteld en in 2018 in nationale wetgeving moest zijn omgezet. Nederland heeft zich hier lang tegen verzet. De toenmalige regeringspartijen VVD en PvdA dreigden zelfs naar het Europees Hof van Justitie te stappen. Volgens hun waren nut en noodzaak van de richtlijn niet aangetoond, en gelijk hadden ze. Want we hebben al de nodige afspraken staan om te kunnen kijken of iemand’s naam of paspoortnummer op een opsporingslijst voorkomt. Maar liefst 39 soorten gegevens mogen allang gedeeld worden om te kijken of een passagier een risico voor het land van bestemming vormt. De nieuwe richtlijn, de Passenger Name Record (PNR)-richtlijn, gaat verder. Die maakt het mogelijk dat alle gegevens, inclusief betaalgegevens, emailadressen en informatie over medepassagiers jarenlang beschikbaar zijn en blijven om mensen te profileren. Ook als ze het land al lang uit zijn.

Canada

De Europese lidstaten spraken af om de PNR-richtlijn binnen twee jaar in nationale wetgeving om te zetten. Voor mei 2018 moest het zijn afgerond. Ondertussen speelde een rechtszaak over een PNR-verdrag tussen de EU en Canada. Volgens de Raad van State bevat dit verdrag op belangrijke onderdelen vrijwel identieke bepalingen als in de PNR-richtlijn staan. Ook dat verdrag maakte de opslag van veel passagiersgegevens voor lange tijd mogelijk, en voor andere doelen dan grenscontrole alleen. In 2017 oordeelde het Europees Hof van Justitie dat die bepalingen te ver gingen. Als mensen al vertrokken zijn uit een land, vormden ze ook geen risico meer. Er was daarom geen reden meer om informatie over hen te verwerken. Het verdrag werd ongeldig verklaard, wegens strijdigheid met het Europees Grondrechtenhandvest, en het daarin vastgelegde recht op privacy.

Dilemma

Het oordeel van het Hof bracht de Tweede Kamer afgelopen jaar flink in de problemen. Het leidde er mede toe dat de deadline niet gehaald werd, en pas in 2019 gestemd werd over de nationale wet die dit “vakantieregister” (dixit Dijkhoff) zou opzetten. We worstelden ermee dat de Tweede Kamer aan de ene kant verplicht is om een Europese richtlijn in nationale wetgeving om te zetten. Maar aan de andere kant zijn we ook verplicht om niet te handelen in strijd met het Europees Grondrechtenhandvest. En gezien de uitspraak van het Europees Hof, die dateert ná het afspreken van de PNR-richtlijn, is er grote kans dat die laatste ook strijdig is met het Grondrechtenhandvest. Om precies dezelfde redenen als waarom de afspraak met Canada ongeldig is verklaard.

Proefproces

Een meerderheid in de Tweede Kamer heeft ervoor gekozen om in te stemmen met het vakantieregister. GroenLinks, en enkele andere partijen, hebben aangedrongen op een toetsing door het Hof. Daar kregen we de handen niet voor op elkaar. Ik heb daarom nu een ongebruikelijke stap gezet. Ik heb me aangesloten bij een rechtszaak tegen de PNR-richtlijn. Zodat het Europees Hof van Justitie snel de kans krijgt om de richtlijn te toetsen, en we niet eerst jarenlang inbreuk plegen op de rechten van mensen zoals die beschermd zijn door het Grondrechtenhandvest.

De rechtszaak wordt aangespannen door de Duitse burgerrechtenorganisatie “Freiheitsrechte”. Om klagende partij te zijn heb ik een ticket gekocht (die ik later kan annuleren), en betaald met mijn creditcard. De vraag die voorligt is of die informatie jarenlang opgeslagen en verwerkt mag worden. Doel is om een uitspraak van het Europees Hof van Justitie af te dwingen. Zie voor meer informatie de website www.nopnr.eu.

Ik houd jullie op de hoogte van het antwoord.

Kamer steunt voorstel GroenLinks en PvdA voor extra controle op contante betalingen | GroenLinks

GroenLinks GroenLinks PvdA Nederland 14-03-2019 00:00

Criminaliteit moet worden aangepakt door contante betalingen voortaan al vanaf 5.000 euro te controleren. Een Kamermeerderheid steunt vandaag een voorstel van GroenLinks en de PvdA hiertoe. De grens moet ten minste worden gehalveerd, van 10.000 euro naar 5.000 euro. Zo wordt het moeilijker voor criminelen om zwart geld uit te geven.

GroenLinks-Tweede Kamerlid Kathalijne Buitenweg: “Ik denk dat maar weinig mensen een bedrag boven de 5.000 euro cash betalen. Met een lagere grens wordt het uitgeven van zwart geld moeilijker. Zo kan ondermijning effectiever worden tegengegaan. “
 
PvdA-Tweede Kamerlid Attje Kuiken: “Je wil zeker zijn dat misdaad niet loont. En laten we eerlijk zijn: gewone mensen lopen niet met grote sommen cash over straat. Zeker nu elektronisch betalen vrijwel overal kan, is het nauwelijks uit te leggen waarom iemand meer dan 5.000 euro op zak zou moeten hebben.  Als we dat bedrag verlagen maken we het geharde criminelen weer een beetje moeilijker.”
 
Volgens GroenLinks en de PvdA biedt de huidige Wet ter voorkoming van witwassen en financiering van terrorisme (WWFT) te veel ruimte aan criminelen om cash geld uit te geven in de formele economie. Daarom moet de grens omlaag van 10.000 naar hoogstens 5.000 euro.
 
De Kamerleden hekelen de opstelling van de minister. Minister Grapperhaus wil, zo stelt hij in de media, criminele organisaties met een ‘juridische bulldozer kapot rijden’. Maar deze stoere taal helpt niet om de ondermijning van onze rechtsstaat tegen te gaan. Buitenweg: “Uiteindelijk komt het neer op taai handhaven en zorgvuldige wetgeving.”