Nieuws van ChristenUnie in Nederland over GroenLinks inzichtelijk

8 documenten

Aandacht voor wat echt telt (bijdrage Algemene Politieke Beschouwingen)

ChristenUnie ChristenUnie GroenLinks CDA Nederland 16-09-2020 21:18

Door Gert-Jan Segers op 16 september 2020 om 22:23

Aandacht voor wat echt telt (bijdrage Algemene Politieke Beschouwingen)

Bronnie Ware was een palliatief verpleegkundige in Australië. Jarenlang heeft zij gesproken met mensen die op hun sterfbed lagen. Zij luisterde naar hun verhalen. En na een tijdje, toen ze veel verhalen had gehoord, ontdekte ze patronen in die verhalen. En ze schreef ze op. Ze noemde de zaken waar stervende mensen het meeste spijt van hadden.

Alle mannen van die generatie, het ging toen om mannen, hadden spijt dat ze zo hard hadden gewerkt en daarmee veel van hun geliefden en hun kinderen hadden gemist.

Iedereen miste zijn of haar vrienden aan het sterfbed en had er verdriet over dat vriendschappen waren verwaterd.

En de meeste mensen hadden te veel geluisterd naar wat andere mensen van hen verwachten en waren daardoor niet trouw gebleven aan hun idealen. En aan wat ze écht belangrijk vonden.

Op ons sterfbed telt niet wat we hebben gepresteerd, niet hoeveel we hebben verdiend, niet wat columnisten van ons vinden, laat staan wat peilingen van ons vinden. Wat telt als we het meest kwetsbaar zijn, is dat er iemand is die onze hand vasthoudt. Dat er liefde is.

Eigenlijk weten we dit ook allemaal. Vriendschappen en relaties maken gelukkig en eenzaamheid is gif. Het is ingebakken in de schepping: je wordt en bent mens in relatie tot anderen.

En toch zijn grote politieke keuzes in ons land ingegeven alsof we vooral een individu zijn, zelfredzaam, onafhankelijk van anderen. Alsof we alleen maar rationeel en weloverwogen onze keuzes maken.

We weten dat het niet waar is, maar toch gaan grote politieke keuzes ervan uit dat vooral betaald werk ons gelukkig maakt en dat we zoveel mogelijk moeten verdienen. Het individualisme heeft de laatste decennia de toon gezet en er is een vorm van liberalisme die ervan uitgaat gaat dat we een homo economicus zijn. Terwijl we weten – of in ieder geval kunnen weten – dat het gewoon niet waar is.

De coronacrisis is niet ons sterfbed. Er is leven na deze crisis. Maar in deze crisis stond wel alles even helemaal stil. Of bijna alles. Veel viel ons uit handen. En daardoor leren we juist in deze tijd scherper te kijken. We zien beter wat niet deugt, wat niet werkt en we zien beter wat écht telt.

En wat we zien, is niet nieuw. Het zijn de verhalen die ik al hoorde van jongeren bij de totstandkoming van Coalitie-Y.

Stel je voor. Een jong stel. Ontmoet elkaar tijdens de studententijd. Boordevol idealen en hoop voor de toekomst. Vier studiejaren later zitten ze allebei opgezadeld met een enorme studieschuld. En als ze werk vinden, is er weinig kans op een vast contract. Ze verdienen genoeg om rond te komen, maar te weinig om echt iets op te bouwen. Ze verdienen te weinig om een huis te kopen, maar kunnen niet betaalbaar huren. Het ontbreekt hen aan zekerheid om keuzes voor de toekomst te kunnen maken. De kinderwens wordt even geparkeerd.

De minister-president zal deze verhalen herkennen, hij praat met jongeren van Coalitie-Y. Hij heeft de handschoen opgepakt en daar ben ik hem dankbaar voor. Hij zit geregeld met collega’s om de tafel met mensen van Coalitie-Y.

De verhalen van deze jongeren komen niet voort uit een soort natuurtoestand, maar komen voort uit politieke keuzes in ons belastingstelsel, op de arbeidsmarkt, de woningmarkt. Tussen ons en nieuw levensgeluk, tussen ons en de zorg voor elkaar, staan wetten en praktische bezwaren. En die wetten en praktische bezwaren komen uit deze Kamer.

De coronacrisis heeft nog scherper laten zien wat niet deugt. We zien dat ZZP’ers als eerste geholpen moesten worden. Zij zijn als eerste kinderen van de rekening van deze crisis en moeten middenin deze crisis op het sociaal minimum zien te overleven.

We hadden in ons land in de vorige eeuw lang een eerlijk sociaal contract met elkaar. We kregen allemaal de kans om te leren, we werkten hard, de overheid beschermde tegen uitbuiting, verdeelde de welvaart eerlijk en winsten van bedrijven vertaalden zich in hogere lonen. Werkgevers en werknemers vonden elkaar in eerlijke overeenkomsten en er waren bedrijven zoals het oude Philips. Ik heb er al eerder aan gerefereerd. Collega Dijkhoff heeft daar een prachtig beeld van geschetst, vorig jaar bij de Algemene Politieke Beschouwingen. Een goede werkgever die goed zorgde voor werknemers zoals zijn opa, een studiefonds voor hun kinderen zoals zijn moeder en een sportvereniging waar de mooiste voetbalclub van Nederland uit voortkomt. Maar dit sociaal contract is verbroken.

Het heeft geleid tot een generatie van stagnatie. Onze economie is de afgelopen 40 jaar sterk gegroeid en de Rabobank berekende dat 60% daarvan bij bedrijven terecht is gekomen, 40% bij de overheid, maar dat gezinnen al veertig jaar lang ongeveer hetzelfde besteedbare inkomen hebben. En dat is niet rechtvaardig.

We zijn in de afgelopen vier decennia iets kwijtgeraakt. Ons mensbeeld gaat mank. We lopen op één been. Wij zijn geen homo economicus. Wij zijn mensen die gedijen bij vriendschap, liefde, zorg voor elkaar, en zijn bestemd voor bloei. Is dit een open deur?! Laten we er dan alsjeblieft heel snel doorheen lopen en niet langer buiten blijven staan! Want wat nu nodig is, is beleid dat recht doet aan wie wij zijn. Wat nu nodig is, zijn nieuwe keuzes. En we kunnen ons laten aanmoedigen door wat Nelson Mandela ooit zei: Moge onze keuzes onze hoop reflecteren – en niet onze angst!

Ja, we kunnen bang zijn voor economische krimp en opnieuw alle kaarten op de groei van ons BBP zetten. We kunnen bang zijn voor mensen die anders zijn dan wij en onze grenzen gesloten houden. We kunnen bang zijn voor het verliezen van grote bedrijven en onze belastingen kunstmatig laag houden.

Maar we kunnen ook kiezen voor beleid dat niet onze angsten reflecteert maar onze hoop. En kiezen voor wat echt telt.

Het eerste dat echt telt is ‘zorg voor elkaar’.

Als ik vanuit hier, langs de Hofvijver, naar de Korte Voorhout loop, zie ik een welvarend land. Maar als ik de uitgang neem bij Lange Poten naar de Schilderswijk wandel, de wijk waar mijn zus op een basisschool werkt, dan houd ik mijn hart vast. Het is één stad, maar het zijn twee werelden. Het zijn twee wijken, vlakbij elkaar, en toch oneindig ver van elkaar verwijderd, door een breuklijn in deze stad.

En zo lopen er meer breuklijnen door ons land. En de coronacrisis maakt de breuklijnen alleen nog maar extra zichtbaar.

Tussen mensen zonder schulden en mensen met schulden.

Tussen gezinnen met een goed inkomen en mensen die nauwelijks kunnen rondkomen.

Tussen jongeren met wie het goed gaat en jongeren die vastlopen.

Tussen de Randstad die groeit en regio’s die krimpen.

En als we in deze crisis iets hebben geleerd, dan is het wel dat het aankomt op die zorg voor elkaar. Dat is wat ons mens maakt en dat is wat ons land zo mooi maakt.

Dat heeft in deze coronacrisis letterlijk handen en voeten gekregen door het fantastische werk van ons zorgpersoneel. Het is goed dat het kabinet werk gaat maken van betere werkomstandigheden, zodat mensen plezier in hun werk in de zorg houden. Het is goed dat er ook bonussen worden uitgekeerd, dit jaar en volgend jaar.

Maar er is wel meer nodig. En ik hoor graag van het kabinet hoe het het onderzoek daarnaar vormgeeft en hoe dat kan bijdragen aan betere waardering, meer zeggenschap en grotere arbeidsvreugde van het zorgpersoneel.

Het is mooi om te zien dat kabinet ook andere hoopvolle keuzes maakt.

Het verlaagt de lasten voor burgers en met het noodpakket helpt het mensen hun baan te behouden en dat is hoopvol.

Het kabinet trekt 150 miljoen uit voor hulp aan mensen met problematische schulden. En dat is hoopvol in een jungle waarin schulden handelswaar zijn geworden, waardoor mensen alleen maar dieper in de misère belanden. Ik wil het kabinet vragen om een waarborgfonds te starten waarmee schulden kunnen worden afgekocht en hierbij het overleg te zoeken met organisaties als Schuldhulpmaatje.

Het kabinet trekt ook extra geld uit, 150 miljoen, voor gezinnen met een laag inkomen, het verlengt de verhoging van het budget voor Jeugdzorg en dat is hoopvol voor jongeren voor wie het leven soms zwaar is.

En ik wil het kabinet aanmoedigen om hoopvolle stappen te blijven zetten. Zorg voor elkaar betekent ook samen verantwoordelijkheid dragen.

Bijvoorbeeld voor Noord-Nederland. Een regio met krimp en met Groningen als een provincie met breuklijnen. Letterlijk, scheuren in huizen, maar ook mentaal is er iets kapot gegaan daar. Daar is mentale hulp nodig, snel herstel en versterking van hun huizen. Maar er zijn ook banen nodig. Ik wil het kabinet vragen om de middelen die het ontvangt uit het Europese Just Transition Fund te investeren in Noord-Nederland. In werkgelegenheid in de energietransitie, zodat het koploper wordt in bijvoorbeeld de ontwikkeling van groene waterstof. Dat zou hoopvol zijn.

Samen verantwoordelijkheid dragen is ook nodig als het gaat om het Europees migratiebeleid. Daar zijn geen gemakkelijke antwoorden. Er wordt naar oplossingen gezocht, ook in Europa. Als er Europees een appèl wordt gedaan op ons, op Nederland, om mee te werken aan de herverdeling van vluchtelingen, dan wil ik het kabinet vragen daar serieus het gesprek over aan te gaan. En dan met een warm hart keuzes te maken.

Ik zei het al. Wat echt telt, is zorg voor elkaar.

En wat in de tweede plaats echt telt, is dat we ons niet moet blindstaren op de groei van het BBP, maar ons sterk moeten maken voor bloei van de samenleving.

Bij de presentatie van het groeifonds hoorde ik de minister van Financiën, minister Hoekstra, zeggen dat investeringen uit dit fonds moeten leiden tot groei van het BBP. Ik weet dat de doelstellingen van het fonds veel breder en rijker zijn, maar ik wil graag waken dat ook bij dit fonds er een fixatie komt op het Bruto Binnenlands Product.

In het boek Fantoomgroei, dat volgens mij nu zo’n beetje iedereen gelezen heeft, komen de schrijvers Noten en Heijne met een sprekend voorbeeld hoe die fixatie ons op het verkeerde been kan zetten. De olieramp in de Golf van Mexico was een ecologische ramp, maar bleek goed voor het BBP.

Dichter bij huis. Als ik minder ga werken om voor mijn moeder te zorgen is dat slecht voor het BBP, maar als ik een pakje sigaretten koop, is dat goed voor het BBP. Met andere woorden: we hebben een vreemde manier van meten of het goed met ons gaat.

Als ik iemand op straat tegenkom en vraag hoe het gaat, zou het vreemd zijn als diegene zegt: 60.000 euro.

Door de manier waarop we onze welvaart meten, weten we vaak wel de prijs, maar niet altijd de waarde van iets.

Ik wil het kabinet vragen hoe we het brede welvaartsbegrip dat we steeds beter kunnen hanteren ook kunnen inzetten bij de bepaling van de waarde van het groeifonds. Ik hoop dat de minister van Financiën die vraag heeft meegekregen. Misschien was hij al in overleg met de minister van Economische Zaken.

Daarnaast zou ik het kabinet ook willen vragen wat de lessen zijn als het gaat om onze afhankelijkheid van de wereldmarkt. De coronacrisis liet ons zien dat we voor onze mondkapjes afhankelijk waren van verre landen met wispelturig voorkeursbeleid.

Wat de ChristenUnie-fractie betreft is dit het moment om een brede analyse te maken van wat we als land echt nodig hebben, voor onze veiligheid, onze gezondheid, ons voedsel. Samen met het CDA doen we het voorstel om te komen tot een Planbureau voor de Veiligheid. Juist omdat we bij wat van waarde is niet afhankelijk willen zijn van een wereldmarkt waarin alleen de prijs telt.

Wat echt telt is dat we gaan voor bloei en niet alleen maar voor groei.

Wat echt telt is dat we zorgen voor elkaar.

Maar wat ook echt telt is dat we kiezen voor de schepping.

De feiten hoef ik niet te herhalen. De aarde wordt warmer en op steeds meer plekken extreem droog of juist extreem nat. De stijging van de zeespiegel versnelt, wat ook ons land in toenemende mate kan bedreigen. En jaarlijks verdwijnt er een oppervlakte van vier keer Nederland aan bos – veertig voetbalvelden per minuut. Netto.

Willen we goede rentmeesters zijn, dan moeten we door met de energietransitie.

Wij willen investeren in schone energie en niet langer afhankelijk zijn van olie uit het Midden-Oosten. Wij willen stoppen met gaswinning in Groningen en niet afhankelijk zijn van Rusland. Maar dat zijn wat abstracties en vaak ver van ons bed. Om die energietransitie dichter bij huis te brengen, moeten we komen tot een Nationaal Isolatieprogramma voor huizen, zodat energieverbruik verminderd wordt en kosten op de lange termijn worden bespaard. Inzetten op datgene dat waardevol is en de schepping op waarde schat – dat is rentmeesterschap. Samen met GroenLinks willen we het kabinet vragen om op korte termijn met een plan te komen voor isolatie, een nationaal, grootschalig en toegankelijk isolatieplan.

Vroeger of later blikken we terug. Net als die Australiërs met Bronnie Ware aan hun bed. En dan bedenken we waar we spijt van hebben. Waarin we tekort zijn geschoten. Wat mooi was, wat de moeite waard was, waar we dankbaar voor zijn.

Dit is de laatste begroting van dit kabinet en we gaan ongetwijfeld terugblikken.

Dit is de laatste Algemene Politieke Beschouwingen van veel Kamerleden en die gaan terugblikken op hun politieke loopbaan in dit Huis.

Nog even en dan kunnen we deze coronacrisis achter ons laten en blikken we terug op deze ongekende tijd.

En ooit komen we allemaal zelf in de herfst van ons leven en gaan we ook persoonlijk de balans opmaken.

En wat ik hoop is dat we in al die rollen die we hebben, bij de belangrijke keuzes die we maken en in het leven dat we leven, dat we trouw blijven aan onze idealen en het goede doen.

Mogen onze keuzes onze hoop reflecteren – en niet onze angst. Laten we kiezen voor wat echt telt. En ik wens daarbij het kabinet en de Kamer de zegen van God toe.

En als je dat nou niet zoveel zegt, dan nog één beeld. Ik hoorde het Malieveld langskomen, wat regelmatig volstond met boze mensen. Vlak voor het zomerreces, vlak voor de zomer, stond het ook vol met mensen die aan het bidden waren. Voor jullie allemaal, voor ons. En ook al geloof je niet, weet je gezegend.

GroenLinks en ChristenUnie dienen initiatiefwet in tegen hatecrimes

ChristenUnie ChristenUnie GroenLinks Nederland 29-06-2020 10:14

Door Webredactie op 29 juni 2020 om 12:11

GroenLinks en ChristenUnie dienen initiatiefwet in tegen hatecrimes

Gert-Jan Segers dient samen met GroenLinks-Kamerlid Kathalijne Buitenweg vandaag een wetsvoorstel in om de strafmaat voor hatecrimes te verhogen. Met de nieuwe wet wordt de maximale straf voor misdrijven met een discriminatoir motief verhoogd.

Gert-Jan Segers: “De bescherming van minderheden is de lakmoesproef voor iedere samenleving. En dus moeten we opstaan tegen geweld gericht op joden, op homo’s, op mensen die vanwege hun huidskleur te maken krijgen met racisme. We willen dat hatecrimes zwaarder gestraft kunnen worden en geven daarmee het signaal dat we het zwaar opnemen als je iemand bedreigt of aanvalt omdát iemand homo, jood of zwart is. Door dit soort discriminatoir geweld doe je namelijk niet alleen een persoon iets aan, maar bedreig je indirect een hele groep mensen die over hun schouder moeten kijken of zij misschien de volgende zijn.”

Voorbeelden

Hatecrimes komen veelvuldig voor. Zoals de mishandeling van een man uit Almelo vanwege zijn huidskleur. Of van de mannen die in Arnhem hand in hand liepen. Zoals de veelvuldige vernielingen bij het Amsterdams joodse restaurant HaCarmel. En de bekladding van gebedshuizen met haatdragende slogans.

Deze strafbare feiten hebben een extra grote impact op slachtoffers omdat ze voortkomen uit haat om wie ze zijn. Daarmee raakt het ook de rest van de samenleving. Want ook andere mensen die zich met hen identificeren kunnen zich hierdoor met rede bedreigd voelen. Dat zet de bijl aan de wortel van de rechtsstaat die iedereen in staat hoort te stellen om zonder geweld en angst het eigen leven vorm te geven.

Kathalijne Buitenweg (Tweede Kamerlid namens GroenLinks): “Ons strafrecht dient slachtoffers recht te doen en de norm van gelijkwaardigheid te bevestigen. We falen op beide fronten als een discriminerend motief in de rechtszaal niet eens aan de orde komt.”

Onderzoek

Onderzoek wijst uit dat het discriminatieaspect nu gaande het strafproces meestal uit beeld verdwijnt. Maar een bestraffing van hatecrimes alsof het ‘gewone’ vernieling of ‘gewone’ mishandeling is, doet geen recht aan slachtoffers. Omdat de discriminatoire drijfveer bij delicten vaak onbenoemd blijft ontstaat bij slachtoffers de gedachte dat het niet als belangrijk geacht wordt. Gevolg: slachtoffers doen geen aangifte van wat hen is overkomen.

Het initiatiefwetsvoorstel tegen hatecrimes dat vandaag wordt ingediend neemt het discriminatieaspect als wettelijke strafverzwaringsgrond op in het Wetboek van Strafrecht. Als een strafbaar feit met een discriminatoir oogmerk wordt begaan, dan kan de daarop gestelde gevangenisstraf of hechtenis met een derde worden verhoogd.

Uit onderzoek van het WODC blijkt dat het al vaak misgaat bij de aangifte. Discriminatie wordt door de politie vaak niet geregistreerd en komt daardoor niet bij het Openbaar Ministerie terecht. In 2019 zijn er slechts 47 veroordelingen geweest in zaken met een discriminatieaspect, blijkt uit het overzicht discriminatiecijfers van het Openbaar Ministerie.

Dring slavernij terug door wetgeving voor bedrijven

ChristenUnie ChristenUnie GroenLinks PvdA Nederland 17-06-2020 11:44

Door Joël Voordewind op 17 juni 2020 om 10:30

Dring slavernij terug door wetgeving voor bedrijven

Illegale houtkap, moderne slavernij, ernstige milieuvervuiling en kinderarbeid. Het zijn enkele voorbeelden van praktijken die nog altijd plaatsvinden in de productieketens van bedrijven. Tot nu toe bleef de Nederlandse aanpak grotendeels beperkt tot vrijwillige maatregelen. Alles wijst erop dat er nu wetgeving moet komen.

De cijfers zijn duizelingwekkend. Er leven meer dan veertig miljoen mensen in moderne slavernij. Meer dan 150 miljoen kinderen moeten werken als kindarbeider. De ontbossing in de Amazone is erger dan ooit.

Veel bedrijven hebben niet eens weet van de uitbuiting, milieuschade en slavernij die in hun ketens plaatsvinden. Productieketens zijn immers zo opgeknipt en versnipperd, dat iets simpels als een spijkerbroek een wereldreis maakt van 24.000 kilometer langs talloze leveranciers en producenten. De kostprijs voor bedrijven is op deze manier zo klein mogelijk, maar het zijn de meest kwetsbaren op de wereld die daarvoor de prijs moeten betalen.

Eerlijk speelveld

Tot nog toe heeft de Nederlandse overheid met vrijwillige maatregelen en convenanten geprobeerd maatschappelijk verantwoord ondernemen te versterken en te verbeteren. Maar de vrijwillige maatregelen waartoe Nederland zich tot nu toe in zijn beleid beperkt, lijken veel te weinig effect te hebben. In het regeerakkoord is afgesproken dat we wachten op de definitieve evaluatie, maar alles wijst er inmiddels op dat er wetgeving nodig is om misstanden aan te pakken en te voorkomen. Na de evaluatie mag het kabinet niet langer treuzelen en moet het in actie komen.

Zelfs bedrijven vragen om wetgeving. Want alle goede initiatieven en convenanten ten spijt, bedrijven die wel hun productieketens actief verduurzamen, uitbuiting bestrijden en eerlijke prijzen betalen, worden geconfronteerd met bedrijven die dit niet doen. Enkel omdat het niet verplicht is. Dat is oneerlijk.

Met een wettelijke ondergrens voor verantwoord ondernemen komt er voor alle bedrijven een gelijk en eerlijk speelveld, waarbij de meest kwetsbaren niet de prijs hoeven te betalen. Andere landen, zoals het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk, zijn ons al voorgegaan. Nu is het belangrijk dat ook eindelijk Nederlandse bedrijven worden verplicht om actief in hun keten misstanden op te sporen en op te lossen.

Dienstbaar

Gelukkig zijn er ook veel bedrijven die hun beste beentje voor zetten en op dit moment werk maken van afspraken die al zijn gemaakt in verschillende sectoren. Als je echter bedenkt dat slechts 35 procent van de grote bedrijven in Nederland de OESO-richtlijnen over maatschappelijk verantwoord ondernemen onderschrijven, terwijl het doel voor 2023 90 procent is, besef je dat er nog veel moet gebeuren.

In wetgeving moet je regelen dat élk bedrijf verantwoordelijk is voor wat er gebeurt in de eigen productieketens, waarin je juist ook die bedrijven steunt die wel willen maar tegen concurrentie oplopen van andere bedrijven die afspraken nu niet navolgen. Ondernemerschap is iets moois, maar moet dienstbaar zijn aan mens en natuur, hier en elders in de wereld.

Rechtvaardiger

Vandaag komen wij als ChristenUnie, samen met PvdA, SP en GroenLinks, alvast met de schetsen voor de nieuwe wet. In de initiatiefnota zetten wij uiteen hoe deze wetgeving voor internationaal maatschappelijk ondernemen eruit moet zien. Na de evaluatie wil de ChristenUnie dat de minister met wetgeving komt. Anders zal de partij, mogelijk weer met andere partijen, zelf een initiatiefwet indienen.

Zo maken we de wereldeconomie een stukje eerlijker en rechtvaardiger. En voorkomen we dat wij profiteren van producten, bedrijven mooie winsten maken, maar de allerarmsten de rekening betalen.

Dit opinie-artikel verscheen eerder in het Reformatorisch Dagblad.

ChristenUnie en GroenLinks: voorkom huisuitzettingen nu en in de toekomst

ChristenUnie ChristenUnie GroenLinks Nederland 16-04-2020 08:32

Door Webredactie op 16 april 2020 om 10:24

ChristenUnie en GroenLinks: voorkom huisuitzettingen nu en in de toekomst

Iedereen heeft recht op woonruimte. De financiële problemen die de coronacrisis veroorzaakt, mogen nooit leiden tot huisuitzettingen. Ook niet als straks na deze crisis vanwege de recessie mensen minder geld hebben om huur te betalen. Dat voorstel doen GroenLinks en ChristenUnie. Vandaag stemt de Tweede Kamer over het voorstel.

Door de coronacrisis en de maatregelen dalen de inkomens. Sommige mensen hebben acuut hun baan verloren. Daardoor hebben veel mensen moeite de maandelijkse huur te betalen. De Tweede Kamer boog zich gisteren over spoedwetgeving die huisuitzettingen bij tijdelijk huurcontracten moet voorkomen.

Dat is niet genoeg, vinden ChristenUnie en GroenLinks. Zij willen dat het kabinet in overleg met betrokken partijen, zoals woningcorporaties en andere verhuurders, vaart maakt met een structurele aanpak tegen huisuitzettingen.

Carla Dik-Faber (ChristenUnie): "De economische gevolgen van de coronacrisis zijn groot. Zolang deze crisis duurt worden mensen niet uit hun huis gezet, maar ook daarna zullen de problemen niet voorbij zijn. Financiële problemen mogen er nooit toe leiden dat mensen uit hun huis worden gezet. Daarom is het belangrijk dat de regering hiervoor met een structurele oplossing komt, zodat geen enkele huurder vanwege financiële moeilijkheden dakloos wordt.”

Paul Smeulders (GroenLinks): “Al vóór deze crisis was het voor veel mensen al moeilijk betaalbare woonruimte te vinden. Vaak zijn woonlasten voor huishoudens buitenproportioneel hoog. De corona-crisis en de economisch gevolgen hiervan, raken veel mensen in hun portemonnee. We moeten voorkomen dat hierdoor mensen op straat komen te staan."

De geborgenheid in onze samenleving

ChristenUnie ChristenUnie GroenLinks D66 Nederland 30-01-2020 14:04

Door Carla Dik-Faber op 30 januari 2020 om 14:47

De geborgenheid in onze samenleving

In de nadagen van je leven komen vaak heel veel vragen bij elkaar. Vragen over zorg en afhankelijkheid, over eenzaamheid en zingeving. Over loslaten, gemis en gebrek aan verbondenheid met anderen.

We weten dat er in ons land een groep mensen is met het gevoel dat hun leven ‘voltooid’ is. Ze zijn niet ernstig ziek en ze hebben niet te maken met uitzichtloos lijden en ze kunnen dus ook geen beroep doen op de bestaande euthanasiewet. Maar tegelijkertijd hebben zij, zoals dat heet, wel een actieve doodswens en een wens tot levensbeëindiging. Eerder werd dat wel ‘voltooid leven’ genoemd.

Dat is een pijnlijk besef. Achter deze groep gaan vele individuele verhalen schuil en het is goed dat we vandaag door onderzoek naar dat ‘voltooid leven’ meer te weten zijn gekomen over deze mensen en de zorgen die zij hebben. Het is goed dat we door dat onderzoek, maar ook via verhalen in de mediaen uit gesprekken in onze eigen omgeving meer over hen horen.

Dan blijkt dat er veel misverstanden over deze mensen bestaan. In het maatschappelijke en politieke debat worden de mensen om wie het gaat wel eens afgeschilderd als autonome burgers die na een geslaagd leven graag regie hebben over hun eigen dood, over ‘voltooid leven’.

Vandaag blijkt opnieuw dat de praktijk weerbarstiger is. De term ‘voltooid leven’ geeft volgens het onderzoek zelfs een te romantische voorstelling van zaken. De onderzoekers hebben geen 70+’er gevonden die zonder te lijden, toch dat gevoel van een ‘voltooid leven’ heeft. En een opvallend groot deel (28%) van de mensen met een wens tot levensbeëindiging heeft deze doodswens al hun hele leven – niet pas sinds ze oud zijn en hun leven ‘voltooid’ is.

Wie zijn zij wel?

De werkelijkheid is dus gelaagder, diffuser, vaak zelfs tegenstrijdig. Ouderen (het onderzoek gaat uit van 55+’ers) met een stervenswens hebben meestal ook een wens tot leven, die voor vier van de vijf ouderen net zo zwaar of zelfs zwaarder weegt dan de wens om te sterven. Hun doodswens kan toenemen of afnemen, afhankelijk van de situatie. En vaak zijn er aanwijsbare redenen waarom de gedachte aan de dood er is: gepieker, gezondheidsproblemen en het gevoel anderen tot last te zijn. Soms zijn er financiële of andere zorgen die de doodswens versterken.

Mensen met een actieve doodswens zijn, kortom, heel verschillende mensen. Mensen met gevoelens, met twijfels en zorgen, met vaak een wens naar een ánder leven. Dat zij een doodswens hebben, is dan vooral omdat zij dít leven niet willen.

Indringend appèl

Als we weten dat veel van deze mensen vooral een wens naar een ánder leven hebben, dan staan we voor de vraag hoe we deze mensen het beste kunnen ondersteunen. Het onderzoek van vandaag is in die zin niet alleen een inzicht gevend rapport om beter begrip te krijgen van de nood achter de doodswens van ouderen die niet ernstig ziek zijn, maar is ook een indringend appèl aan politiek, aan samenleving en aan iedere Nederlander – ieder met zijn eigen verantwoordelijkheid – om werkelijk om te zien naar de naaste. Om bij te dragen aan een samenleving waarin voor iedereen een betekenisvolle plaats is.

En ik besef al te goed dat we niet in staat zullen blijken om alle gedachten aan de dood of al het lijden dat daarachter zit weg te nemen. Ik heb van dichtbij gezien hoe mensen kunnen lijden aan het leven en weet hoe machteloos je je soms kunt voelen.

Tegelijkertijd is er veel dat we wél kunnen doen: goede zorg leveren, eenzaamheid tegengaan, ouderen en ouderdom meer waarderen, zorgen voor goede leef- en woonomstandigheden voor ouderen, meer begeleiding bij vragen over zingeving.

We – als samenleving – zullen met elkaar de uitdaging moeten aangaan om er voor de ander te zijn. Want als we weten dat een stervenswens niet eenduidig is, dan ligt hier onze gezamenlijke verantwoordelijkheid.

Geen makkelijke oplossingen – zoals een pil

Niet dat dat makkelijk is. Het onderzoek van vandaag maakt dan ook duidelijk dat we de vraag achter voltooid leven nooit kunnen oplossen met een ‘wet’ of met een levenseindepil. Ingewikkelde vragen wachten niet op makkelijke antwoorden. Het is niet ‘one size fits all’.

Ook dokters hebben aangegeven de levenseindepil geen goed idee te vinden. Het zou hen opzadelen met een onmenselijke taak: het helpen doden van een gezond mens.

Voorstanders spreken over autonomie en zelfbeschikkingsrecht, maar uit het onderzoek van vandaag blijkt die zelfbeschikking als het gaat om een doodswens erg relatief. Want diezelfde pil is voor een veel grotere groep mensen een levensgroot risico. Zij kunnen hun gevoel van veiligheid verliezen en zich sneller overbodig voelen. Een wettelijke mogelijkheid wordt voor iedereen een optie. Ik herinner mij de vraag van een student, tijdens een politieke jongerenavond van GroenLinks en D66 over dit thema, die vroeg: ‘wie beschermt mij als ik een slechte dag heb?’

Volgens mij is dat wat er op het spel staat. De geborgenheid in onze samenleving. Het lijkt alsof we kwetsbare mensen opgeven, in plaats van dat we er voor hen willen zijn. Het onderzoek noemt het de ‘staatsverplichting’ tot bescherming van kwetsbare personen - die opdracht moeten we héél serieus nemen.

ChristenUnie en GroenLinks willen terugkeer autoloze zondag

ChristenUnie ChristenUnie GroenLinks Nederland 12-10-2019 05:01

Door Webredactie op 12 oktober 2019 om 07:00

ChristenUnie en GroenLinks willen terugkeer autoloze zondag

ChristenUnie en GroenLinks dienen volgende week gezamenlijk een voorstel in voor de terugkeer van autoloze zondag. Vorige maand waren er in Europese steden als Londen, Parijs en Brussel autoloze zondagen. Kamerleden Carla Dik-Faber (ChristenUnie) en Suzanne Kröger (GL) waren onder de indruk van de beelden.

Dik-Faber: “De beelden zagen er feestelijk en ontspannen uit. Mensen ontmoetten elkaar op plekken waar anders auto’s staan te ronken. Het is goed voor mens en natuur om één keer per jaar gas terug te nemen, tot rust te komen en te laten zien dat we best wat vaker zonder de auto kunnen”.

— Merton Council (@Merton_Council) October 4, 2019

Kröger: Auto’s nemen ontzettend veel plek in. Stel je voor wat een feest het wordt als we de stad teruggeven aan spelende kinderen, voetgangers en fietsers?

Autoloze zondag is bedoeld als feest, maar dient ook ter bewustwording. De auto draagt bij aan het klimaatprobleem en de luchtkwaliteit in grote delen van Nederland is niet goed. Autoloze zondag toont dat er alternatieven zijn voor de auto. De fiets, de trein of elektrische bussen bijvoorbeeld.

De Kamerleden doen hun voorstel woensdag tijdens het debat ober de begroting van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Het plan geeft het ministerie de opdracht om het voor gemeenten makkelijker te maken een autoloze zondag te organiseren. Dik-Faber en Kröger hopen dat volgende jaar september de eerste Nederlandse gemeenten meedoen aan de wereldwijde autovrije zondag.

We also recently closed roads as part of #CarFreeDay 🚴& will be doing lots more in the future including trial road closures of Camden High Street 🤯 (5/6) pic.twitter.com/P3whU2Yoym

— Camden Council (@CamdenCouncil) October 3, 2019

Naast jongeren gaan staan

ChristenUnie ChristenUnie GroenLinks D66 VVD PvdA Nederland 03-09-2019 07:27

Door Gert-Jan Segers op 3 september 2019 om 09:21

Vandaag is een mooie dag want twee andere politieke partijen scharen zich achter Coalitie-Y. Daarmee nemen twee architecten van het leenstelsel de PvdA en GroenLinks afstand van dat systeem en scharen ze zich achter ons pleidooi voor de basisbeurs. En het zou prachtig zijn als blijkt dat de komende weken nog meer partijen zich bij Coalitie-Y aansluiten.

Het sterkt me in de overtuiging dat we die terugkeer van een basisbeurs bij de volgende formatie kunnen regelen. Waar er eerder een blok van VVD, D66, GroenLinks en PvdA voor het leenstelsel bleef staan, hebben die laatste twee nu kleur bekend door aansluiting bij Coalitie-Y.

Zorgen voor een goede basis voor studenten via een basisbeurs is een stap, maar meer is nodig voor jongeren.

Het is nog maar een halfjaar geleden dat de ChristenUnie samen met Coalitie-Y een inspirerende en indringende bijeenkomst belegde in de Tweede Kamer met ongeveer 150 jongeren. Ze vertelden hoe ze soms opzien tegen de toekomst door flexibele en onzeker contracten, de ontoegankelijke woningmarkt, de noodzaak om geld te lenen door het leenstelsel en de voortdurende druk om te presteren, om alles uit jezelf te halen en dat ook te laten zien.

Want die prestatiemaatschappij is fnuikend.

Het is fnuikend dat jongeren het gevoel hebben dat zelfs excellent niet goed genoeg is.

Het is fnuikend dat de gedachte opkwam dat het leven een project is waarbij je leent om in jezelf te ‘investeren’ en het later ‘terugverdient’.

Het is fnuikend dat dit denken van prestatie en investeren heeft geleid tot een leenstelsel.

De druk werd maar hoger en hoger. Burn-out raken als je 20 bent is geen uitzondering.

Jongeren stellen hun leven uit, schreef de SER afgelopen vrijdag. Steeds later stichten ze een gezin omdat de basis nog niet op orde is.

Dat is precies de reden dat we met Coalitie-Y zijn begonnen. Om op te komen voor een generatie in de knel, maar ook om een maatschappelijke tendens aan de kaak te stellen.

Met ons manifest ‘Waardig Ouder worden’ maakten we ons sterk voor een samenleving die met aandacht om ouderen heen staat en hen niet afschrijft.

Nu werken we aan een manifest met ‘Coalitie-Y’ om de druk op jongeren te doorbreken zodat zij met hoop hun toekomst tegemoet gaan.

Het is een enorm krachtige generatie, maar we moeten ze de kansen bieden. Aandacht hebben voor hun zorgen en handelen.

Vandaag is een belangrijke dag in het keren van het maatschappelijk tij waarin jongeren onder druk staan. Door de aansluiting van de PvdA, GroenLinks en hopelijk nog meer partijen kan er een wending komen.

Het sterkt me in de overtuiging dat dit leenstelsel zijn langste tijd heeft gehad. Daar strijd ik voor, voor jongeren.

Maar het is ook een eerste stap.

Omdat we de komende weken werken met deze partijen aan een manifest met meer oplossingen voor jongeren. Dat manifest komt nog voor Prinsjesdag.

Maar het is ook een eerste stap omdat ik werkelijk hoop dat hier een wending wordt ingezet voor de samenleving. Een wending waarin we niet louter denken in termen van efficiency, succes, alles uit jezelf halen en meer, hoger, beter en sneller.

Daar werken we aan met Coalitie-Y, daar werken we aan in dit kabinet, daar werken we aan richting de komende verkiezingen.

Een land met aandacht voor elkaar.

ChristenUnie, PvdA en GroenLinks sluiten coalitie met jongerenorganisaties

ChristenUnie ChristenUnie GroenLinks PvdA Nederland 03-09-2019 05:01

Door Webredactie op 3 september 2019 om 07:00

ChristenUnie, PvdA en GroenLinks sluiten coalitie met jongerenorganisaties

De ChristenUnie, PvdA en GroenLinks geven politieke steun aan de voorstellen van ‘Coalitie-Y’. Dit samenwerkingsverband van een aantal jongerenorganisaties en tv-presentator Tim Hofman werkt aan voorstellen voor een betere toekomst voor jongeren in Nederland. De partijen presenteren binnenkort een manifest waarin ze zich uitspreken voor vaste banen voor jongeren, meer betaalbare woningen en de invoering van een basisbeurs.

Afgelopen week bleek uit een advies van de SER ook al dat er steeds meer druk op jongeren komt te liggen. De jongerenorganisaties, GroenLinks, ChristenUnie en PvdA willen daar wat aan doen en nodigen andere partijen en maatschappelijke (jongeren)organisaties uit zich aan te sluiten.

ChristenUnie-leider Gert-Jan Segers: “De afgelopen maanden heb ik samen met Coalitie-Y vele gesprekken gevoerd met jongeren. Steeds hoorde ik hoe deze generatie onder druk staat door schulden, de prestatiemaatschappij, korte en onzekere contracten en de ontoegankelijke woningmarkt. Dat moet anders want jongeren verdienen alle kansen om iets moois van hun leven te maken. De verbreding van Coalitie-Y sterkt me in de overtuiging dat het leenstelsel zijn langste tijd gehad heeft en dat we echt grote stappen kunnen zetten om jongeren meer perspectief te bieden.”

Siewerd de Jong, voorzitter PerspectieF, ChristenUnie Jongerenorganisatie: “Coalitie-Y is een bemoediging voor jongeren om hun stem te laten horen. Het laat zien dat, wanneer er echt wordt geluisterd naar jongeren, de politiek toch andere keuzes maakt. Hier mogen politici een gewoonte van maken - tot de kabinetsformatie aan toe."

Alex Tess Rutten, voorzitter LsvB: “onderwijs is ontzettend belangrijk voor onze hele maatschappij, we moeten ervoor zorgen dat jongeren een opleiding kunnen volgen zonder zich diep in de schulden te moet steken.”

PvdA-leider Lodewijk Asscher: “We zien dat jongeren de stress van de prestatiemaatschappij steeds meer voelen. Ze maken zich zorgen: of ze hun studielening terug kunnen betalen, over hun eindeloze stroom tijdelijke contracten en of ze een betaalbaar huis wel kunnen vinden. Je wil - zeker op die leeftijd - gewoon zeker zijn van een mooie toekomst. Daarom hoop ik dat meer partijen zich bij dit initiatief aansluiten en dat we met een brede coalitie wat aan de zorgen van jongeren kunnen doen.”

Semih Eski, voorzitter CNV-Jongeren: ‘Een fantastische stap in de goede richting, dat PvdA en GroenLinks aansluiten bij coalitie-Y en hun steun voor het sociaal leenstelsel intrekken. De studieschulden zijn vaak van invloed op belangrijke keuzes die jongeren willen maken na afstuderen, zoals het kopen van een woning. We hopen dat er bij de volgende verkiezingen een vorm van een basisbeurs terugkomt. Dit is een belangrijke stap naar meer zekerheid voor jongeren. Hoe eerder een schuldenvrije generatie, hoe beter’.

GroenLinks-leider, Jesse Klaver: “Met coalitie Y willen we de kansen en problemen van een nieuwe generatie bovenaan de politieke agenda te krijgen.

Door samen te werken binden we de strijd aan met de stressvolle samenleving en dwingen we verandering af op het gebied van werk, huis, studie en klimaat.”

Jurgen van der Hel, voorzitter van JOB: “Vakmanschap ontwikkelen kost tijd, tijd die je door de huidige stapeling van beleid niet krijgt. Na het mbo sta je voor de keus: doorstuderen en duizende euro's schuld krijgen of gaan werken met flexcontracten en geen huis kunnen krijgen. Dit manifest gaat niet alleen over generatie y maar voor alle generaties voor ons en na ons”

Tim Hofman, tv-presentator en mede-initiatiefnemer Coalitie-Y: “Onze generatie, maar ook die na ons, is er een die moet gaan fungeren als het fundament van onze maatschappij. Daar zijn tools voor nodig, bijvóórbeeld een goed werkende woon- en banenmarkt, maar ook de kans om zonder enorme studieschuld aan de rest van je leven te beginnen. Ik maak me daar als programmamaker geregeld hard voor, en nu samen met Coalitie-Y.”

Kees Gilesse, voorzitter ISO: “Jongeren staan steeds meer onder druk. Voor een grote groep jongeren, de studenten in het hoger onderwijs, is het leenstelsel hiervan een belangrijke oorzaak. Daarom pakt Coalitie-Y het leenstelsel aan willen we een basisbeurs. We zullen na de verkiezingen pas echt weten wat er voor studenten gaat veranderen, maar vandaag is een dag om te vieren. Na vandaag ziet de toekomst van jongeren in Nederland er weer beter uit.”

De partijen willen hun manifest nog voor Prinsjesdag presenteren en aanbieden aan premier Mark Rutte. Onderdeel van het manifest wordt ook dat er een generatietoets komt bij besluitvorming, zodat er meer rekening wordt gehouden met jongeren. Coalitie-Y is een initiatief van LSVb, ISO, CNV jongeren, PerspectieF, JOB, de NJR en de ChristenUnie in samenwerking met tv-presentator Tim Hofman.

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.