Nieuws van politieke partijen in Overijssel over SGP inzichtelijk

216 documenten

Nieuwsbrief juni 2021

SGP SGP Overijssel 10-06-2021 00:00

 

Klik op onderstaande afbeelding om de nieuwsbrief van december 2021 te lezen

/r/c6321cd830ec7fe45354e2d7e0b2ba17?url=http%3A%2F%2Fwww.overijssel.sgp.nl%2Factueel%2Fnieuwsbrief-juni-2021%2F13053&id=4e39b6e631385b159cbafc1c67375640d2951d59

 

Klik hier om u aan te melden om de nieuwsbrief periodiek te ontvangen per mail.

SGP-jongeren houden online avond met gedeputeerde

SGP SGP Overijssel 20-05-2021 00:00

 

SGP-jongeren in Overijssel houden vrijdagavond 21 mei een jongerenavond met gedeputeerde Gert Harm ten Bolscher. Op die avond, die digitaal wordt gehouden, vertelt Ten Bolscher over zijn werk als gedeputeerde.Ook gaat hij in gesprek met jongeren over de onderdelen van zijn portefeuille als gedeputeerde. Ten Bolscher gaat als gedeputeerde onder andere over het stikstofbeleid van de provincie. “Ik ben benieuwd hoe jongeren hierover denken”, zegt hij. “We willen ook inzoomen op bijvoorbeeld het Wierdense Veld. Hoe moeten de stikstofdoelen daar worden vormgegeven en wat vinden jongeren van deze kwestie?”Ten Bolscher, die ook Landbouw en Natuur in zijn portefeuille heeft, gaat graag in gesprek met de jongeren. Blij is hij daarom ook met de rol van SGPj Staphorst, die de avond mede faciliteert. “Ik ben blij dat jongeren deze kans willen benutten om in gesprek te gaan.”Op de avond worden ook een aantal stellingen gelanceerd, waar zowel jongeren als de gedeputeerde op reageren. “Doe ook mee”, roept Ten Bolscher jongeren uit de hele provincie op.De avond begint om 20.00 uur.

De avond is te volgen via onderstaande link:https://meet.google.com/azb-dhwz-udq

 

Of open Google Meet en voor deze code in:  azb-dhwz-udq

Overijssel krijgt windladder en inwoners meer betrokken bij energietransitie

SGP SGP Overijssel 29-04-2021 00:00

 

In navolging van de zonneladder gaat Overijssel ook een windladder instellen. Dat voorstel van ons Statenlid Jan Jonker, daarin gesteund door CDA, VVD, PvdA en ChristenUnie, is woensdag aangenomen.De zonneladder geeft de voorkeursvolgorde aan bij de verdeling van de opwekopgave voor zonne-energie. Dat zou bij windturbines ook moeten gebeuren, vindt Jonker. “Om de ruimtelijke kwaliteit en onze agrarische gronden te beschermen, hebben we de zonneladder”, legt hij uit. “Voor windmolens ontbreekt een dergelijke handreiking en ladder.”Volgens het Statenlid draagt het ook bij aan de maatschappelijke acceptatie, als niet overal Kris-kras windturbines geplaatst worden. Jonker ziet sowieso graag dat inwoners meer betrokken worden bij de energietransitie. Een motie daarvoor haalde eveneens een meerderheid.“De uitvoering van de energietransitie is een gezamenlijke opdracht van gemeenten, provincie en waterschappen”, zegt hij. In de aangenomen motie laat hij de Staten uit laten spreken dat inwoners daar ook een belangrijke rol in spelen. “Er wordt veel waarde gehecht aan de bijdrage(n) van inwoners als onderdeel van het participatieproces”, stelt hij. “Dit moet op goede wijze geborgd en meegenomen worden in de verdere ontwikkeling van de Regionale Energie Strategie.”Want waar inwoners meer betrokken worden, daar wordt het draagvlak ook groter, schat hij in. Daarom moet de provincie met de draagkracht van de samenleving en de ruimtelijke kwaliteit in Overijssel rekening houden. Weliswaar zijn de gemeenten verantwoordelijk voor het betrekken van inwoners in de energietransitie, de provincie neemt uiteindelijk een definitief besluit. “Wat wij willen, is richting de Overijsselaars duidelijkheid geven wat de provincie van belang vindt”, besluit Jonker. “En dat kan alleen als we hen er ook bij betrekken.”

SGP wordt blij van vernieuwingen N35

SGP SGP Overijssel 16-02-2021 00:00

 

Een mooie prestatie, vindt burgerlid Lubbert Talen van SGP Overijssel over de plannen met de N35. Die weg wordt tussen Wijthmen en knooppunt Raalte een stroomweg met twee keer een rijstrook en een maximum snelheid van 100 km per uur.

De kruisingen op dat tracé worden ongelijkvloers, waardoor gevaarlijke situaties vermeden kunnen worden. De weg wordt bij Mariënheem om de kern heen geleid (met twee keer een rijstrook met de maximumsnelheid van 100 km per uur) en de kruisingen met de N348 richting Ommen en de Tunnelweg krijgen als tijdelijke maatregel een extra opstelstrook om de veiligheid te vergroten en de doorstroming te verbeteren. “Gezien alle omstandigheden kunnen we stellen dat er een mooi resultaat in de onderhandelingen gepresenteerd wordt”, zegt Talen.

Met de opwaardering van de N35 gaat een langgekoesterde wens van de regio in vervulling, weet Talen. Aan het besluit van de minister om over te gaan tot opwaardering van de N35 is een uitgebreidlobbytraject vooraf gegaan.

De provincie heeft aan het Rijk toegezegd mee te betaien aan opwaardering en Talen is daar blij mee. “Het spreekwoord zegt ‘beter een vogel in de hand dan tien in de lucht’. Ik denk dat we nu wel mogen stellen dat we van de tien wel zes vogels in de hand hebben.”

SP en SGP op de bres voor huisvesting arbeidsmigranten

SGP SGP Overijssel 10-02-2021 00:00

 

De provincie Overijssel moet werk maken van voldoende huisvesting voor arbeidsmigranten. Dat vinden Simon Zandvliet van de SP en Jan Jonker van de SGP. “Dit kan de spanning op de al veel te krappe woningmarkt verlichten”, zegt Zandvliet. “En onze ondernemers helpen en ontzorgen, want feit is dat arbeidsmigranten nodig zijn om vacatures ingevuld te krijgen”, vult Jonker aan. De Statenleden denken dat voldoende kwalitatieve huisvesting voor deze groep een positieve bijdrage levert aan de economie en de leefbaarheid in Overijssel.Zowel Jonker als Zandvliet signaleren regelmatig problemen en knelpunten als het gaat om de huisvesting van arbeidsmigranten. “Het is niet altijd terecht dat deze groep in een negatief daglicht staat, omdat er verschillende oorzaken zijn die leiden tot deze problemen”, zegt Zandvliet.Dat komt bijvoorbeeld doordat er niet (voldoende) kwalitatieve huisvesting is. “Terwijl deze groep mensen een significante bijdrage levert aan onze economie.”Ondernemers kunnen om welke reden dan ook zonder de arbeidsmigranten de vacatures vaak (helaas) niet invullen. “Of wij nu de arbeidsmigrant een positieve of negatieve ontwikkeling vinden is een aparte discussie die gevoerd kan worden, maar de feiten spreken voor zich”, merkt Jonker op. “Er zijn veel onderzoeken voor handen die nut en noodzaak van de arbeidsmigrant aantonen.”De SP en SGP zien een rol van betekenis voor de provincie in de aanpak van de problemen rondom huisvesting. De Statenleden vragen daarom of Gedeputeerde Staten bereid is om een inventarisatie te maken welke rollen en initiatieven andere provinciale overheden nemen in ons land, al dan niet samen met andere organisaties.“De arbeidsmigrant moeten we zien als onze naaste. Een medemens die wij niet mogen uitbuiten (als een vorm van nieuwe slavernij), maar respect, erkenning en goede werk- en leefomstandigheden moeten geven”, stelt Jonker. “Dat komt de leefbaarheid voor alle Overijsselaars (zowel inwoners als ondernemers) alleen maar ten goede.”Vanuit meerdere organisaties klinkt inmiddels de roep richting de provincie Overijssel om een actieve rol op zich te nemen. De fracties van de SP en de SGP van Overijssel delen de zorgen over de zorgen en knelpunten rondom de arbeidsmigranten. “We richten ons met name op de (kwalitatieve) huisvesting die niet voldoende voor handen is”, legt Zandvliet uit.De provincie heeft in 2019 een onderzoek laten uitvoeren naar de huisvesting van arbeidsmigranten in Overijssel. “Veel gemeenten worstelen met deze problematiek”, merkt Jonker. “De krappe woningmarkt vraagt om een pro-actieve houding van de provincie om mee te denken en oplossingen te vinden.” De provincie kan een rol vervullen die gemeenten kan faciliteren, maar ook om te komen tot regionale oplossingen.

Op weg naar een eerlijker verdienmodel voor boeren

SGP SGP Overijssel 14-01-2021 00:00

 

Op weg naar een eerlijker verdienmodel voor boeren

Een betere boterham, met meer oog voor landschap en natuur

Met een boer praat je aan de keukentafel. Het afgelopen anderhalf jaar heb ik -deels online en deels ook fysiek- heel wat keukentafels gezien. En nog meer agrariërs. Ondernemers die trots zijn op hun bedrijf, omgeving en vakmanschap. Zorgen, pijn en frustratie nemen echter steeds vaker het gevoel van trots over. De corona-pandemie heeft hier geen positieve bijdrage aan geleverd. ‘Wat doe ik verkeerd’? Klinkt aan de keukentafels. Als Overijssels bestuurder blik ik terug op de keukentafelgesprekken en neem ik u mee naar de kansen die ik wel degelijk zie voor de agrarische sector. Samen met boeren, natuurbeheerders, grondeigenaren en de relevante partijen in de voedselketen ga ik de komende tijd op zoek naar een nieuw toekomstperspectief.

Door: Gert Harm ten Bolscher, gedeputeerde landbouw & natuur van Overijssel

De tegenstelling kan bijna niet groter. Aan de ene kant is er het succes van de Nederlandse landbouwsector. Het levert wereldwijd aanzien op. De sector is innovatief, het kennisniveau is hoog en men heeft een slimme handelsgeest. Nederland exporteerde vorig jaar voor 94,5 miljard euro aan producten en is daarmee de op een na grootste landbouwexporteur ter wereld. Aan de andere kant ervaren veel boeren dat ze klem zitten. Voor hen ontbreekt perspectief en is het plafond bereikt. Terwijl de samenleving alleen maar hogere eisen stelt. De stikstofcrisis was voor de sector de spreekwoordelijke druppel. Daar kwam de coronacrisis nog eens overheen.

In persoonlijke gesprekken heb ik de worsteling ervaren bij agrarisch ondernemers hoe ze hun bedrijf overeind probeerden te houden. Nadat prijzen van bepaalde voedingsproducten (soms) kelderden als gevolg van het wegvallen van de vraag vanuit de horecasector en tijdelijke beperkingen bij de export van producten. Andere ondernemers zagen neveninkomsten wegvallen omdat bijvoorbeeld kinderopvang tijdelijk niet meer mocht, het zorggedeelte van het bedrijf leeg kwam te staan of vergaderlocaties overbodig werden.

Pijnlijk waren de gesprekken met agrariërs die hun bedrijf moeten beëindigen omdat er echt geen perspectief meer is. Of het verhaal te horen van een boerengezin dat moet verhuizen vanwege natuurherstel. Rationeel begrepen ze het wel en zagen ze ook hun nieuwe kansen: weer een duurzame en gezonde boterham kunnen verdienen op een andere plek. Maar emotioneel doet het heel veel om je vertrouwde omgeving te verlaten dat al generaties familiebezit is. In een streek waar het noaberschap nog springlevend is.

Het gezin heeft mij als buitenstaander en vertegenwoordiger van de overheid mee laten voelen met hun vragen, gevoelens en verwarring. Ook al is de overheid nog wel eens medeverantwoordelijk voor die toestand. Het was goed om te luisteren en te ervaren dat je toch ook wat kunt betekenen door onduidelijkheden weg te nemen en mee te denken in oplossingen. Wat dat betreft kijk ik terug op mooie en open gesprekken.

Ik ben er ook achter gekomen dat oplossingen afhankelijk zijn van het type ondernemer. De ene familie ziet vanwege omliggende natuur zoveel beperkingen dat men besluit het bedrijf aan de provincie te verkopen en elders verder te boeren. Een andere familie koopt het bedrijf van de provincie en ziet juist kans om binnen alle beperkingen een bedrijf op te zetten waarmee men een prima boterham verdient. En beide families zijn achteraf blij met de keuze die ze hebben gemaakt.

Hoogwaardig voedsel, voor een lage prijs

Mocht u het nog niet weten, op alle agrarische erven wordt hard gewerkt. Dat is het beeld dat mij vooral is bijgebleven na alle gesprekken. Boer-zijn is geen baan, maar een manier van leven waarin de ondernemers veel uren in het bedrijf steken op soms de meest onmogelijke momenten. De producten worden op Europese of soms wereldschaal verkocht tegen concurrerende prijzen. Voor consumenten is dit systeem erg lucratief: kwalitatief hoogwaardig voedsel is in voldoende mate beschikbaar tegen een lage prijs, die geen recht doet aan wat wordt geleverd. Om maar iets te noemen: 32 cent voor een liter melk, 13 cent voor een kilo aardappelen of 7 cent voor een ei. Vergelijk dit met de prijzen die een consument betaalt.

Voedsel is een economisch product geworden en veel minder een menselijke behoefte die bijdraagt aan gezondheid en welzijn. In 1960 spendeerden we nog dertig tot veertig procent van ons inkomen aan voedsel. Nu is dat nog maximaal tien procent. Omdat voedsel zo goedkoop is geworden, hebben we als consument geld beschikbaar voor een vakantie, een (extra) auto, ruimte om gerieflijker te wonen, een keer uit eten te gaan. Ondertussen zijn onze boeren zitten vast komen te zitten in een systeem dat is gericht op intensivering en schaalvergroting. De landbouwketen moet sterk internationaal concurreren en dat vraagt om een lage kostprijs en een voldoende groot volume om de noodzakelijke infrastructuur in stand te houden van bijvoorbeeld kenniscentra, slachterijen, veilingen en verwerkers.

Boeren ageerden in het achterliggende jaar op allerlei manieren tegen milieuwetgeving, de maatschappij die van alles van hen verwacht, overheidsvoorschriften en de beperkte beloningen voor hun inspanningen. Die pijn en onzekerheid heb ik gevoeld. Want hoe realistisch is het dat je als samenleving een lage voedselprijs verwacht, terwijl je ondertussen steeds meer van onze boeren vraagt? We willen dat ze aandacht hebben voor biodiversiteit, vermindering van de stikstofemissie, verduurzaming van de bedrijfsvoering, meer dierenwelzijn en het vasthouden van water in gebieden. Maar in hoeverre durven wij onszelf als consument eerlijk aan te kijken in de spiegel en deze vraag te stellen: gunnen we de boer of boerin die bijdraagt aan het landschap in onze woonomgeving een eerlijke prijs of kiezen we voor het goedkoopste product in de supermarkt? En misschien is deze vraag nog belangrijker: weten wij als consument voldoende waarom het ene product duurder is dan het andere? Of kiezen we bij twee op het oog identieke producten altijd de goedkoopste variant, omdat we simpelweg het kwaliteitsverschil niet herkennen? 

Tegelijk zie ik ook iets anders en dat stemt mij hoopvol. Zo steeg het afgelopen jaar de verkoop van producten vanaf eigen erf. Er wordt gesproken over omzetstijgingen van dertig procent ten opzichte van 2019. Dan kun je gerust spreken van een boost. Mede vanwege de coronacrisis kreeg de consument meer aandacht voor de herkomst en de kwaliteit van voedsel. We zijn ons als samenleving meer bewust geworden van het belang van de voedselvoorziening en de rol die de agrariërs daarin spelen.

Zoektocht naar een eerlijk verdienmodel Wat de agrarische sector nodig heeft is een eerlijk verdienmodel. Een model dat op de langere termijn standhoudt. Voor die conclusie hoef je geen economie gestudeerd te hebben. Ik wil mij daar het komende jaar nadrukkelijk voor gaan inzetten. Duurzaam perspectief ontwikkelen zodat boeren een goede boterham kunnen blijven verdienen in een maatschappij die steeds meer vraagt. Gelukkig hoeven we niet vanuit niets te beginnen.

Vanuit het Rijk zijn en komen er middelen en programma’s die een bijdrage kunnen leveren aan een transitie van de agrarische sector. Denk daarbij aan een verduurzamingsregeling, een opkoopregeling, een omschakelfonds en mogelijke fondsen voor extensivering. De provincie speelt vaak een rol bij de praktische uitwerking van deze regelingen. Ik ben met name blij met verschillende moties en amendementen die aangenomen zijn bij de behandeling van de Stikstofwet in de Tweede Kamer eind december vorig jaar. Daardoor is er meer ruimte voor provincies om oplossingen te bedenken voor specifieke regionale problemen, zoals de toenemende droogte in Twentse natuurgebieden in combinatie met de hoge stikstofdepositie vanuit Duitsland. Verder is er meer oog voor het benutten van het vakmanschap van ondernemers, omdat doelen centraal komen te staan en minder de middelen. Ik roep de minister graag op om daar ruim de mogelijkheden voor te bieden en zal daar ook aandacht voor blijven vragen.

Als provincie Overijssel investeren we zelf ook. Zo hebben we onze onafhankelijke erfcoaches. Als boeren hun bedrijf willen beëindigen dan kan de erfcoach kosteloos advies geven hoe ze dit het beste kunnen doen. In een proces dat een boerenfamilie diep raakt kan een onafhankelijke sparringpartner een helpende hand bieden. Liever nog bieden we de agrariërs deskundigheid aan om ze te helpen te verduurzamen, zodat ze hand in hand met een gezonde natuur kunnen voortbestaan. Op allerlei manieren kunnen erfcoaches meedenken en vanuit hun brede deskundigheid zoeken naar oplossingen.

Daarnaast heeft de provincie een Agro&Food-programma. Via dit programma willen we uitvinden hoe extra inspanningen van agrariërs voor eerder genoemde maatschappelijke opgaven beter beloond kunnen worden. Geen subsidie maar een beloning voor de geleverde prestatie en het geleverde vakmanschap is het uitgangspunt. Structurele en eerlijke verdienmodellen. Zijn die er al? Op kleine schaal en in beperkte vorm wel. Maar hoe brengen we dit op een niveau waar iedereen ook bijdraagt aan de beloning? Daar gaan we samen met de sector, natuurbeheerders, grondeigenaren en de relevante partijen in de voedselketen mee aan de slag.

Buiten de overheid om zie ik ook initiatieven ontstaan. Agrariërs die willen extensiveren kunnen steeds vaker tegen aantrekkelijke voorwaarden grond krijgen van natuurorganisaties (als Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten, provinciale landschappen) en particuliere grondeigenaren. (Je spreekt van extensiveren wanneer meer grond per dier beschikbaar komt en wanneer dieren meer en langer buiten in de wei kunnen staan.) De natuur heeft baat bij deze vorm van landbouw. Een betere samenwerking tussen eigenaren van natuurgronden en agrariërs biedt soms bijzondere mogelijkheden om elkaar over en weer te versterken. Ik reken wat dat betreft ook op andere schakels in de voedselketen die hun bijdrage leveren aan de transitie in de landbouw.

Kloof dichten tussen consument en producent

Om echt stappen te zetten richting een beter verdienmodel voor agrariërs moet echter de kloof worden geslecht tussen consument en producent. Dat is mijn stellige overtuiging. Ik heb al eerder geconcludeerd dat voedsel een economisch product is geworden in plaats van een eerste levensbehoefte. De volgende situatie is daarbij tekenend. Bij een open dag op een boerderij stonden twee broertje van, ik schat, vijf en zeven jaar verwonderd te kijken bij de melkrobot. Ze vroegen zich af wat daar gebeurde. Stomverbaasd waren ze toen ze hoorden dat de koe gemolken werd en dat de melk uit de koe een paar dagen later bij hen op tafel zou staan als melk in een pak of yoghurt of vla. Ze renden vervolgens naar hun moeder om haar ervan te overtuigen dat melk toch echt uit de koe komt. Dit tafereel speelde zich niet af in hartje Amsterdam, maar op het platteland van Markelo. Wanneer elementaire kennis over voedsel ontbreekt. Als je geen idee hebt wat de verschillen zijn tussen twee soorten kipfilets, dan is het niet vreemd dat je dan kiest voor het goedkoopste product.

Vanuit het eerder genoemde Agro&Food-programma gaan we daarom initiatieven ondersteunen om voedselproducenten in contact te brengen met consumenten uit de eigen streek. Zo lanceren we begin dit jaar een initiatief om producenten van streekproducten te koppelen aan professionele afnemers. Denk daarbij aan bedrijfsrestaurants in ziekenhuizen, kantoorgebouwen en facilitaire afdelingen van verpleeghuizen. We verwachten dat op deze manier substantieel meer mensen in aanraking komen met lokaal geproduceerd voedsel. Met als bijvangst: gezond eten, weinig transportkilometers en waardering voor voedsel en voedselproducenten. Het mooie verhaal dat moet er ook bij verteld worden!

Ondernemerschap als sleutel tot succes

Ik neem weer plaats aan de keukentafel op de boerderij. Wat mij tijdens de vele gesprekken opviel is dat boeren die producten vanaf het eigen erf verkopen zelden praten over gebrek aan waardering. Ze genieten van het contact met de klanten en horen regelmatig dat hun producten en de verhalen achter die producten gewaardeerd worden.  Over koeien die voor het eerst weer de wei in mogen, de eerste graskaas anderhalf tot twee maand later en dat de eerste graskaas net ietsje minder vol smaakt dan de kaas die gemaakt is nadat de koeienmagen zich weer helemaal aangepast hebben aan het jonge gras. Een andere boer neemt je mee naar de bloemrijke akkerranden en vertelt over de verschillende vlinders en insecten die zijn geteld. Al deze verhalen dragen bij aan het vergroten van de waarde van voedsel. Door het inkijkje dat je als consument krijgt in het leven op de boerderij en de zorg en aandacht die de boer besteedt aan ons voedsel en de kwaliteit van het landschap. Ik daag boeren uit om manieren te vinden om hun verhaal beter uit te dragen.

Ondernemerschap is in mijn optiek de sleutel om te voorkomen dat een boer in een knellende vicieuze cirkel blijft zitten. Hoe vervelend marktomstandigheden, druk vanuit de samenleving en regelgeving ook kunnen zijn, ik zie verschillende boeren die zich niet laten leiden door de onmogelijkheden maar zoeken naar nieuwe richtingen die wél kansen bieden. En daarmee hebben ze een succesvol bedrijf. Een fietsenmaker die e-bikes verkoopt en onderhoudt kan nog steeds een gezond bedrijf hebben. Dat was echter niet gelukt als hij alleen maar gewone fietsen was blijven leveren en onderhouden. Hetzelfde geldt voor installatiebedrijven die zich steeds meer op duurzame technieken richten en hun bedrijfsvoering afstemmen op wensen van de klant, bijvoorbeeld door onderhoud op avonden en zaterdagen uit te voeren. Die hebben ook prima toekomstperspectief. Dat zou heel anders zijn als zij zich alleen nog richten op gasketels en een dienstverlening van 8.00 uur tot 17.00 uur.

Ik begrijp dat het in de agrarische sector lastig is, gezien alle veranderingen die soms over elkaar heen buitelen, maar een ondernemer die zich laat leiden door onmogelijkheden en beperkingen die maakt het zichzelf erg moeilijk en misschien wel onmogelijk. Laat ik dan maar weer citeren uit een keukentafelgesprek, waarin een boer zei: ‘Ik wil niet dat konijn zijn dat stil op de weg blijft zitten, verblind door de koplampen van een auto die op hoge snelheid aan komt rijden!’

Langdurige zekerheid vanuit de overheid

Ook overheden en andere organisaties in en rond de voedselketen moeten stappen zetten. Ik heb al aangegeven hoe we vanuit de provincie Overijssel hieraan een bijdrage willen leveren. Ik verwacht wat dat betreft ook het nodige van het landbouwakkoord, als resultaat van een aangenomen motie in de Tweede Kamer. Dat akkoord moet langdurige zekerheid bieden aan de agrarische sector. Dus over kabinetsperiodes heen. Zekerheid over doelen die gehaald moeten worden en tegelijkertijd ook garantie bieden voor een eerlijke beloning voor kwaliteitsproducten en geleverde inspanningen. Deels zal dit akkoord vanuit landelijke afspraken ingevuld moeten worden. Deels moet dat ook in de provincies, want daar weten we met elkaar wat nodig is en hoe we elkaar kunnen versterken. Ik kijk er naar uit om hier in 2021 mee aan de slag gaan.

Gelukkig zie ik dat het merendeel van de agrarisch ondernemers over veerkracht beschikt en open staat voor innovaties. Een grote groep ondernemers pakt de handschoen op om hun agrarische bedrijfsvoering duurzamer en natuurinclusiever te maken. Als je dat combineert met het aanwezige ondernemerschap en vakmanschap, dan is er een goede basis om de landbouwtransitie gezamenlijk vorm te geven. Is dat een gemakkelijke opgave? Zeker niet! Dit kost tijd. Transities voltrekken zich niet in een paar jaar. Als we vakmanschap, ondernemerschap, duidelijkheid vanuit de overheid en een ketenaanpak bij elkaar brengen dan heb er alle vertrouwen in.

 

 

SGP Overijssel stelt vragen over de wolf

SGP SGP Overijssel 08-01-2021 00:00

 

De wolf is terug - ook in Overijssel. SGP Overijssel vindt daarom dat de provincie een wolvencommissie in moet stellen en dat de beschermde status van de wolf op de agenda moet komen, mocht er sprake zijn van toenemende overlast. Fractievoorzitter Dirk van Dijk stelt daarover vragen aan Gedeputeerde Staten.

“In november 2020 zijn in Twente meerdere schapen gedood door een wolf. Dit zorgt voor grote ongerustheid, met name onder schapenhouders”, stelt hij. “Meerdere organisaties roepen de provincie op om naar preventieve maatregelen te kijken.”

Zolang de wolf een beschermde staus heeft, moet de provincie op korte termijn met LTO Noord en andere betrokken organisaties in overleg, vindt Van Dijk. “Dan moet bekeken worden welke preventieve maatregelen op dit moment nodig of gewenst zijn”, zegt hij. Mogelijk kan de provincie Overijssel geld inzetten om overlast van de wolf tegen te gaan.

De SGP stelt voor dat de provincie alvast een wolvencommissie in het leven roept, zoals eerder ook in Drenthe en Gelderland gebeurde. Zo’n commissie kan actief kijken naar problemen die de wolf geeft of kan geven.

Met andere provincies kan Overijssel ook om tafel gaan om te kijken of er mogelijkheden zijn om iets aan de beschermde status van de wolf te veranderen. “Wellicht is het op termijn onwenselijk dat de wolf nog langer beschermd is”, aldus Van Dijk.

De stichting Wolf-Fencing of een groep deskundige vrijwilligers kunnen, als het aan de SGP ligt, na schade met boeren om tafel om te praten en te coachen. Van Dijk: “We moeten alle middelen inzetten om de overlast van wolven te beperken.”

Nieuwsbrief december 2020

SGP SGP Overijssel 22-12-2020 00:00

 

Klik op onderstaande afbeelding om de nieuwsbrief van december 2020 te lezen

/r/8bd4470558388f91da8d4e78a8fdb8a5?url=http%3A%2F%2Fwww.overijssel.sgp.nl%2Factueel%2Fnieuwsbrief-december-2020%2F12837&id=92792ea25227fd31f9bb09fa78d20123f55b0860



Bijdrage SGP tijdens de Algemene Beschouwingen

SGP SGP Overijssel 14-11-2020 00:00

 

Deze tekst is uitgesproken door Statenlid Jan Jonker tijdens de Algemene Beschouwingen van woensdag 11 november.

Voorzitter,

Het leven kan op eens zo anders zijn. Zo is onze collega Dirk van Dijk tijdelijk niet in staat om zijn politieke werk te kunnen uitvoeren.

We behandelen vandaag de begroting onder buitengewone omstandigheden. De coronapandemie houdt ons allemaal in de greep.

Onlangs zag ik een tweet voorbij komen, het was meer een roep en verzuchting van een politicus (Klaas Dijkhof) die tweette: Als we overal eigenwijs de randjes blijven opzoeken, discussiëren we elkaar het ziekenhuis in… Inderdaad… 

Dan stopt de discussie. Dan wordt beleeft hoe kwetsbaar een mens is. Burgemeester Van Veldhuizen van Enschede verwoordde dit heel treffend in een openbare brief die hij schreef. Ik citeer: “Ik voel hoe ik aan mijzelf ontglip, los moet laten, af moet haken en dat nog steeds absoluut niet wil.” Einde citaat.

We kunnen allemaal kennis nemen van de meningen en commentaren en zelfs van complottheorieën die de ronde gaan. 

De postmoderne mens ontleent zijn waarde niet meer aan God, maar aan zijn autonome ‘ik’. Hoogleraar Paul Verhaeghe vindt dat er meer gesproken moet worden over de eigenlijke oorzaken van de pandemie. “Het probleem reduceren tot een virus dat we moeten doden of minstens neutraliseren, is te beperkt.”

De SGP ziet vooral ook de oproep om de Norm als het normaal te houden. U zult wellicht niet vreemd opkijken dat de SGP met de NORM, de Bijbel, het Woord van God bedoeld. Hoe heilzaam is het om ons leven persoonlijk, maar ook maatschappelijk in te richten naar de Tien Geboden. U kent ze toch nog wel?

Voorzitter, bij de behandeling van de begroting staat de vraag centraal: is de koers van de provincie solide? Is de koers van de provincie financieel solide?

De SGP fractie kan instemmen met de voorliggende begroting die binnen de kaders van het coalitieakkoord tot stand is gekomen. Zaken waar de SGP fractie voluit achter staat, maar ook wel zaken waar we kanttekeningen bij hebben. Dat houdt ons met elkaar ook scherp.

Voorzitter, we behandelen de begroting in de week van het leven. Een stem te geven aan hetgeen geen stem heeft.Zo zijn er veel tegenstellingen in de maatschappelijke discussies. De SGP fractie maakt zich zorgen over de polarisatie die deze discussies vaak met zich meebrengt in de samenleving. Veelal wordt er liefdeloos en genadeloos met elkaar afgerekend met woorden. Maar we zien ook de verschrikkelijke daden die verricht worden. 

Voorzitter, kan iedereen zijn geloof nog blijven belijden in de provincie? Mag ik mijn levenswandel nog inrichten naar in wat ik geloof? 

We zien ook felle discussies en verdeeldheid als het gaat over duurzaamheid en energie. Windmolens splijten soms hele gemeenschappen. We zitten midden in het RES-proces. De vraag zal de komende tijd beantwoord moeten worden: hoe Overijssel, de tuin van Nederland eruit zal blijven of komen te zien. 

En dan landbouw en natuur. Nog zo’n tegenstelling die vaak gecreëerd wordt. De agrarische sector maakt onderdeel uit als beheerder van de natuur. Weet dat zij ook liefhebbers zijn van de natuur. Het is een sector die in de verdrukking is geraakt. De SGP vraagt zich af hoe de provincie praktisch en gericht werk kan blijven maken voor perspectieven van de agrarische bedrijven in onze provincie. We verwijzen kortheidshalve naar de inspraakreactie van de heer Bonthuis (op 28 oktober) die om een verkenning vroeg. Graag uw reactie.

Tot slot. De SGP fractie dankt GS maar ook alle medewerkers van de ambtelijke organisatie voor het vele werk wat verricht is, maar wenst u allen ook Gods zegen toe om het werk te verrichten in het komende jaar. 

Blijven bouwen, ondernemen en realiseren

SGP SGP Overijssel 04-11-2020 00:00

 

Overijssel krijgt een stikstofladder. Het plan van Dirk van Dijk (SGP) kreeg in de vergadering van de Provinciale Staten een meerderheid. De fractievoorzitter is opgetogen over die steun: “Daarmee kunnen ondernemers hopelijk weer aan de slag”, stelt hij.

 

Van Dijk heeft voorgesteld om de stikstofladder uit te werken in zes verschillende treden. “Je doorloopt dan bepaalde stappen met de plannen die je hebt”, legt hij uit. De eerste fase is dan het onderzoeken van de mogelijkheden om de uitstoot van stikstof zo klein mogelijk te maken.De tweede stap zou kunnen zijn om de mogelijkheden te bekijken om de bestaande stikstofuitstoot te verkleinen en daarmee ruimte te scheppen voor stikstof in een nieuw project. Stap drie is het onderzoeken of leasen van stikstofruimte mogelijk is.

Dat kan gevolgd worden door een onderzoek naar een bedrijf in de directe omgeving dat door reductie stikstofruimte heeft gerealiseerd  en dit wil overdragen. Ook kan, en dat is fase vijf, de vraag naar stikstofruimte ingebracht worden bij de overlegtafel van de gebiedsgerichte aanpak.

Als laatste trede op de ladder kunnen ondernemers contact opnemen met de provincie en vragen of er bedrijven zijn die stikstofruimte aanbieden. “Je hoeft niet al die stappen te doorlopen”, zegt Van Dijk. “Soms is het probleem al eerder opgelost.”

Het is niet de bedoeling dat de stikstofladder een verplichtingwordt, maar slechts een hulpmiddel, als het aan Van Dijk ligt. Nu zitten sommige sectoren muurvast vanwege stikstof. Met de ladder hebben zij een instrument om weer aan de slag te gaan. Sinds de uitspraak van de Raad van State over het Programma Aanpak Stikstof op 29 mei 2019 is er in Nederland een nieuwe werkelijkheid ontstaan. Ook in Overijssel had en heeft dit een direct effect op economische en maatschappelijke activiteiten die met stikstofuitstoot gepaard gaan.

De stikstofladder is een instrument om de gevolgen van de ‘stikstofcrisis’ te beperken en de gebiedsgerichte aanpak van stikstof naar een hoger plan brengen. Daarmee komt er ruimte om ook op de langere termijn te blijven bouwen, ondernemen en realiseren. 

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.