Met de voorjaarsnota worden de plannen en begroting van het kabinet ieder jaar bijgesteld. Zo kan worden ingespeeld op veranderingen in de samenleving en de wereld om ons heen. We zien dat het regionaal vervoer in rap tempo verder dreigt te verschralen. Daarom heeft Kamerlid Evert Jan Slootweg het kabinet gevraagd een masterplan voor het regionaal vervoer op te stellen mét provincies, gemeenten en vervoerders. Sinds het kabinet de rijksbegroting heeft gepresenteerd, is er veel gebeurd: de oorlog in Oekraïne, de stijgende asielstroom, een stijgende rente, de conclusies van de enquêtecommissie over Groningen en de kosten van het energiepakket. Deze financiële opgaven vragen om keuzes, zeker wanneer we in acht nemen dat Nederland een begroting heeft die scherp aan de wind vaart of. De minister schrijft terecht: Nederland blijft onder Europese grenswaarde, maar dit beeld kan bij verslechtering van de economische situatie snel omslaan. Voor de komende twee jaar houden we het begrotingstekort net binnen de marges. In Voor Heel Nederland liet het CDA zien dat de verschillen in leefbaarheid tussen regio’s en binnen steden te groot zijn geworden de laatste decennia. Voorzieningen als ziekenhuizen, scholen en winkels verdwijnen of zijn steeds moeilijker te bereiken omdat op veel plekken de laatste buslijn ook nog verdwijnt. Om de spiraal van minder voorzieningen, minder vervoer en minder mensen te doorbreken moeten voorzieningen bereikbaar zijn voor heel Nederland. Daarvoor moet worden geïnvesteerd in het regionale OV. Want niet voor iedereen is een auto de oplossing. Om de verschraling van het OV te stoppen, wil Evert Jan dat het kabinet aan de slag gaat met een masterplan met maatregelen voor de komende twee jaar om de bereikbaarheid van de regio te behouden en te verbeteren.
10686 documenten
Vedder: Werk aan langetermijnperspectief Groningen met Lelylijn en Nedersaksenlijn
CDA
Zuid-Holland
09-06-2023 11:24
Het enquêterapport en de kabinetsreactie ‘Nij Begun’ moeten zwaar wegen bij het maken van een definitieve investeringsbeslissing voor de Lelylijn en de Nedersakenlijn, daarvoor pleitte CDA en VVD tijdens het debat over het rapport van de Parlementaire Enquêtecommissie Aardgaswinning Groningen. Een belangrijke aanbeveling uit het rapport van de enquêtecommissie is dat de regio een langetermijnperspectief nodig heeft en daarvoor is het van groot belang dat het leef- en vestigingsklimaat van het Noorden wordt versterkt. Vedder (CDA): ''Het is in de eerste plaats van groot belang dat Groningers niet langer hoeven te vechten om hun recht te halen, dat hun leven niet langer in het teken staat van zorgen om geld en veiligheid en dat zij erkenning krijgen van de overheid. Tegelijkertijd moeten we ook zorgen voor een perspectief voor de regio. Investeringen in de Lelylijn en de Nedersaksenlijn kunnen hieraan bijdragen.'' De motie kan naar alle waarschijnlijkheid rekenen op een meerderheid van de Tweede Kamer. Dinsdag 13 juni wordt er over de motie gestemd.
Debat over het rapport van de enquetecommissie over de gaswinning in Groningen
CDA
Zuid-Holland
06-06-2023 20:03
Inbreng van Tweede Kamerlid Eline Vedder Het verhaal van de Groningers, is een verhaal over onmacht. Over grote problemen, over de eindeloze strijd voor zelfs de kleinste oplossingen. Over eenzaamheid. Over een provincie die zich vergeten voelt. Het komt samen in een verhaal wat me enorm raakt. Over een jongetje dat aan de minister vraagt om een bankje voor zijn wisselwoning. Zodat hij en zijn zusje daar konden zitten, als het binnen niet zo fijn was. Omdat papa en mama ruzie maakten of gestrest waren. ‘Nou, zo’n bankje moest toch wel lukken’, dacht de minister. Maar dat bankje kwam er niet. Iemand vroeg mij laatst waar de Groningers nou eigenlijk het meest boos over waren. Over de scheuren in hun huis of de rampzalige afhandeling? Ik denk om geen van beide. Wat de diepste wonden heeft geslagen, is het besef dat je er blijkbaar niet toe doet. Dat Nederland rijk werd van jouw leed. Maar dat jij bewust en stelselmatig wordt genegeerd, gemanipuleerd, en zelfs actief wordt tegengewerkt, als je om hulp vraagt. Dat Vadertje Staat als betrouwbare schild van bescherming, helemáál niet naast jou staat, maar recht tegenover je. Ik besef mij dat in Groningen een generatie kinderen opgroeit, die hebben geleerd dat dát is wat een overheid doet. Kinderen die veel te jong hebben ervaren dat de grote mensen om hen heen, niet in staat waren hen te beschermen. Kinderen die nu, net als hun ouders, het gevoel hebben dat ze er blijkbaar niet toe doen. Ik heb daar echt buikpijn van. Omdat ik namelijk héél goed weet, hoe dat voelt. Het is één van de redenen dat ik vandaag hier sta, in plaats van waar ik hoor, in het mooie Noorden, met mijn boerenlaarzen in de klei. Het is de reden waarom ik in de politiek ben gerold, omdat ik er ziek van wordt om mensen gemangeld te zien worden door ‘het systeem’ of ‘computer says no’. De tweede vraag die ik kreeg was: wat hebben de Groningers dan nodig? Daar moet het vandaag over gaan! De Groningers hebben nodig, dat we ze überhaupt die vraag stellen. Bewoners vertellen mij dat eigenlijk nooit iemand ze die vraag heeft gesteld. Er is ook geen eenvoudig antwoord. Iedere situatie en ieder mens is anders. Maar veel mensen die ik er sprak zeggen in de kern hetzelfde: Ik wil stoppen met vechten voor mijn recht, want ik ben totaal murw. Ik wil stoppen met de hele dag piekeren over geldzorgen. Want ik ben het zat dat mijn gezin lijdt onder die stress. En ik wil erkenning. Van de overheid. Erkenning dat we in de steek zijn gelaten. Erkenning dat we altijd gelijk hadden. En erkenning dat het geld steeds belangrijker was, dan mijn zorgen of mijn kindje wel veilig was, boven in het ledikantje. Drie voorwaarden, om recht te doen. Aan de Groningers. En aan de gedupeerden in delen van Friesland en Drenthe. Ik loop ze langs in het vervolg van mijn betoog. Vanuit het besef dat als we hierin niet voorzien, we helemaal niet hoeven te beginnen met praten over helen. Het helen van de scheuren in muren, het helen van het vertrouwen in de overheid, het helen van de gemeenschappen in Groningen. Het rapport van de enquetecommissie is 2000 bladzijdes dik. De CDA fractie onderschrijft de conclusies en we omarmen de aanbevelingen. Als een ‘Nij Begun’. Het vechten om recht gaat over het herstel van de schade en de versterking van de huizen. En daarmee over veel meer, dan een scheur in een stapel stenen. Het gaat over je thuis, een veilige jeugd en vertrouwen hebben in de toekomst. Mensen zijn in een isolement geraakt, omdat het vechten voor hun recht alle energie opslokte. Je moet bijna jurist of mijnbouwexpert zijn om je recht te halen. Met oneindig geduld om alle procedures en de harde, ongelijke strijd tegen de olies en de staat vol te houden. Na decennia van ontkenning, belandden de gedupeerden vervolgens in een oneindig doolhof van regels, onderzoeken en procedures. Het was de ramp na de ramp. Rechtmatigheid boven rechtvaardigheid. ‘Voordat de burger het vertrouwen in de politiek verloor, was het de politiek die ons afscheepte met wantrouwen’, zei een mevrouw vanmiddag nog tegen mij. Voorzitter, het CDA steunt het stoppen van onderzoeken van schades onder 40K. Dat is een goede start. Maar het heeft ook wel iets heel wrangs. Want juist voor de zwaardere, complexe gevallen geldt dit niet: denk aan gestapelde schades, fundamentschade of monumentale panden. Denk aan agrariërs, MKB-ers of mensen met een onmogelijke combinatie van schade met een versterkingsopgave. Voor hen worden alleen de bestaande programma’s een beetje uitgebreid, maar wat merken deze mensen daarvan? Als dat met deze programma’s gisteren niet is gelukt, waarom zou het dan morgen wél werken? Met een adviesvoucher kun je het lek in de mestkelder niet dichten. In het agroprogramma wordt de optie van een taskforce genoemd. Heel voorzichtig. Op termijn. Maar waarom niet meteen? Stel die taskforce in voor álle schadegevallen die buiten de 40K maatregel vallen. Zorg ervoor dat die taskforce het mandaat, de middelen en doorzettingsmacht krijgt om met maatwerk echt náást de bewoner te kunnen staan en de meest complexe situaties gewoon op te lossen. Zodat alle inwoners worden verlost van die vreselijke juridificering. Graag een reactie van het kabinet. Voorzitter, als geen ander zijn we hier in staat om met een goed bedoelde oplossing een nieuw probleem te creëren. En dat zou dan geen Nij Begun, maar een deja vu zijn. Daarom vraag ik de staatssecretaris of hij op voorhand wil onderzoeken hoeveel complexe en schrijnende gevallen als oplossings-opdracht deze taskforce redelijkerwijs aan zou kunnen? De CDA fractie wil nog een stap verder zetten. Want zou het dan niet verstandig zijn om de 40K grens zodanig te verhogen dat die twee regelingen op elkaar aansluiten? Wat het CDA betreft verlossen we zoveel mogelijk mensen van de bureaucratisch ellende. Het is toch ook niet uit te leggen dat inwoners soms tienduizenden euro’s aan rapporten in de keuken hebben liggen, voor een scheur van 7 duizend euro? En wel worden opgescheept met de mentale last van al die onderzoeken, maar ondertussen is de scheur nog niet gerepareerd? Hoe kijkt de staatssecretaris naar het verhogen van de 40K grens? Onderschrijft de staatssecretaris de stelling van mijn fractie dat het belang van de gedupeerden hierbij zwaarder mag wegen dan de zoveelste kosten-batenanalyse van een duur adviesbureau. Graag een reactie. De grootste hersteloperatie gaat over het herstel van vertrouwen. Bouwen aan vertrouwen, begint bij absolute duidelijkheid over stoppen met de winning uit het Groningerveld. De woorden ‘2023, mogelijk 2024’ uit de kabinetsreactie worden in Groningen ontvangen met een cynisch ‘zie je wel, dat wordt weer later’. Ik snap dat heel goed. Daarom vraag ik aan de staatssecretaris: sluiten de laatste putten in 2023? En wat is daarvoor nodig? Ik vraag de staatssecretaris wanneer de verruiming van het effectgebied voor het toepassen van bewijsvermoeden bij de gasopslagen rondom Grijpskerk en Norg wordt toegepast, waar het aangenomen amendement Mulder cs van 6 dec 2022 om vroeg? De inwoners in die gebieden zitten al veel te lang in onzekerheid. De tweede voorwaarde voor de Groningers is het krijgen van zekerheid dat ze kunnen vertrouwen op de schadeafhandeling en versterkingsopgave. In het rapport Ereschuld van de provincie staat de quote ‘Onze inwoners zijn inmiddels gewend geraakt aan mooie woorden en goede bedoelingen. Te vaak bleken ze niets waard.’ Helaas is dat gewoon waar. Veel gedupeerden die ik spreek, hebben weinig vertrouwen dat alle middelen voor schadeherstel en versterking er echt zullen zijn. Nu en in de toekomst. Oók bij een nieuw kabinet. Oók bij het vertrek van de NAM uit het gebied. Bij de presentatie van de kabinetsreactie sprak de minister-president over ‘de laatste kans om recht te doen aan de Groningers’. Dat was een grote belofte.Daarna was het credo ‘Koste wat kost, voor zolang dat nodig is’. En in de kabinetsbrief staat het nu wat zuinig als ‘doen wat nodig is’. Woorden doen er toe. U moet de Groningers het niet kwalijk nemen dat zij drie keer net wat anders horen.Daarom is het vandaag belangrijk om op dit punt heel precies en kraakhelder te zijn. Of zoals een Groninger tegen me zei: 'ik vertrouw dat ‘doen wat nodig is’ voor geen meter. Want wie bepaalt straks dan voor mij, wat ‘nodig’ is?’ Daarom heb ik de volgende vragen aan de minister-president: Wat bedoelt hij met ‘de laatste kans om Groningers recht te doen’? Hoe lang staat die belofte? En is dat zuinig geformuleerde ‘doen wat nodig is’ uit de kabinetsreactie inderdaad minder waard dan ‘koste wat kost, zo lang als het nodig is’, voorzitter? Ik mag toch hopen van niet! Het schadeherstel en der versterkingsopgave ronden we niet af in het restant van deze kabinetsperiode. Dus welke garantie kan de MP vandaag geven dat de benodigde middelen ook voor de toekomst beschikbaar zijn? Ook in volgende kabinetsperiodes? Ook bij nieuwe bevingen? Ook nadat de gaskraan is dichtgedraaid? Ook nadat dit debat morgen is afgelopen? Is de MP het met ons eens, dat dit vertrouwen een absolute voorwaarde is voor welk toekomstperspectief dan ook? Is de het kabinet bereid om het principe van ‘koste wat kost, voor zo lang als het duurt’ wettelijk vast te leggen in een Groningen-wet? Motie De Groningers zijn gestuit op een gesloten, technocratische overheid. Rendementsdenken, winstmaximalisatie, compliance en modellen gingen boven het publieke belang van de veiligheid, gezondheid en leefbaarheid van de mensen in Groningen. Het leidt tot wanhoop in de ogen van redelijke mensen. Net als bij de toeslagenouders en in de stikstofcrisis. Daar moeten we vandaag menselijkheid, rechtvaardigheid en dienstbaarheid tegenover zetten. Als erkenning. Als de laatste kans om de Groningers en daarmee onze samenleving als geheel, recht te doen. De harde conclusie van de enquêtecommissie is dat het belang van onze inwoners, bewust en structureel, ondergeschikt was aan rendementsdenken en winstmaximalisatie. Het gasgebouw was een stille vennootschap, om de belangen van de olies te beschermen. Ambtenaren die een minister beter niet informeerden. Het traineren van een vanzelfsprekend verband tussen gaswinning en aardbevingen. De enorme invloed van de NAM op het proces van schadeherstel. Keer op keer delfde het publieke belang het onderspit. Als nieuw Kamerlid, in een democratische rechtsstaat, schrik ik ervan hoeveel cynisme en achterdocht we kennelijk moeten aanwenden om de feiten boven tafel te krijgen. Kan de minister-president hierop reflecteren? Wat vindt hij hier nu eigenlijk van? Wat gaat hij hier aan doen? En kan hij uitleggen waarom pas in 2018 de ernst van de situatie tot hem doordrong? Heeft hij de noodkreten vanuit Groningen dan niet gehoord? Want die waren er absoluut. En hoe gaat de MP ervoor zorgen dat hij in de toekomst zulke noodkreten wél hoort? Heeft de MP in de gaten hoezeer deze uitspraak de mensen in Groningen heeft geraakt?Mijn fractie is geschrokken van de conclusie dat het publieke belang niet was belegd in het gasgebouw. Wat zegt dit over de borging van het publieke belang bij andere staatsdeelnemingen, denk aan Schiphol, Holland Casino, de Gasunie? Welke lessen trekt de MP als het gaat om het borgen van het publieke belang bij staatsdeelnemingen? Ik zeg op voorhand: het antwoord ‘via het collegiale overleg in de ministerraad’ is voor mijn fractie niet voldoende. Groningen heeft het hoogste percentage kinderen die de provincie wil verlaten. Dat is het stille verdriet van Groningen. Want zonder jeugd is er geen toekomst. Daarom is het opstellen van ‘een generatielange agenda voor duurzame economische groei’ niet genoeg. Wat ons betreft laten we de Groningers zélf bepalen wat hun agenda is. Wat zij nodig hebben voor de toekomst van hun kinderen. De Groningers verdienen een serieuze plek aan tafel en die is er eigenlijk nooit geweest. Het gaat om hun toekomst. Het CDA gelooft in het aanboren van de kracht van de samenleving, het Gronings Naoberschap. Inwoners weten het beste wat nodig is, en hoe dat bereikt kan worden. En dat geldt met nadruk óók voor kinderen. Hoe wil het kabinet de Groningers – jong en oud - in hun dorp, buurtje of straat, met goede plannen, een serieuze plek geven bij het vormgeven van de sociale en economische agenda’s? Welke rol en welke middelen gaan er naar de gemeenten, als overheid die het dichtst bij de burger staat? Hoe kijkt de staatssecretaris naar de aanbeveling van de enquêtecommissie om het provincie- en gemeentefonds te gebruiken? Waar krijgen de doelen uit het Nationaal Programma Groningen een plek? Worden deze minimaal overgenomen? Voorzitter, het CDA is positief over het feit dat de commissie Van Geel een analyse gaat maken over de ‘onuitlegbare verschillen’. Deze verschillen hebben hele gemeenschappen ontwricht. Maar – zo vraag ik het kabinet – is er dan ook een substantieel budget beschikbaar voor datgene wat deze commissie aantreft? Het CDA ziet dat in het financiële overzicht iig niet terug, en het lijkt ons wel verstandig. Voorzitter, in ons rapport Voor Heel Nederland hebben we beschreven, hoe we in ons land veel te lang keuzes hebben gebaseerd op rendementsdenken. De eerste keer is dat misschien logisch, maar na verloop van tijd leidt dat tot een onrechtvaardige kloof. De minister-president erkende dit ook in de Telegraaf van 27 maart: ‘onze modellen houden geen rekening met dunbevolkte gebieden’. Maar als het kabinet zich hiervan bewust is, waarom staat de Nedersaksenlijn en de Lelylijn dan nog steeds met zóveel slagen om de arm heel dunnetjes genoemd in de kabinetsreactie? Is dit niet het moment voor een sterker commitment? In het Deltaplan voor het Noorden spelen deze 2 lijnen niet voor niks een cruciale rol als het gaat om leefbaarheid en werklegenheid. Als impuls voor de ontwikkeling van het hele Noorden, vinden wij het hoog tijd voor de volgende stap. Wat het CDA betreft maakt de regering dan ook haast met de Lelylijn en de Nedersaksenlijn. Deelt de minister-president dat het belang van een ‘Nij Begun’ doorslaggevend zou moeten zijn voor realisatie van deze cruciale Lelylijn en Nedersaksenlijn? Voorzitter, heel Nederland heeft geprofiteerd van de gaswinning. Alle ministeries konden extra’s financieren door het gas uit Groningen. Dan is de vraag gerechtvaardigd wat ook andere ministeries dan kunnen betekenen voor Groningen? Ik denk aan een nieuw spreidingsbeleid, volkshuisvesting en de zorg. Graag een integrale reactie van de minister-president. Wij gaan niet over het bankje voor het huis van een wisselwoning. Wij gaan wel over de veiligheid en het welzijn van onze inwoners. Over het feit dat iedereen telt, gehoord en gezien wordt en ertoe doet. Daar heeft het in Groningen steevast aan ontbroken. Dat moet anders. Om daaraan als volksvertegenwoordiger mijn bijdrage te leveren, beschouw ik als een voorrecht en grote verantwoordelijkheid. Voor Groningen en voor heel Nederland.
Inge van Dijk: Kamerleden moeten maximaal worden gefaciliteerd met goede, betrouwbare en tijdige informatie
CDA
Zuid-Holland
06-06-2023 15:00
Twee jaar geleden nam de Tweede Kamer een motie aan, die het presidium (het dagelijks bestuur) van de Tweede Kamer verzocht om een werkgroep samen te stellen die de informatievoorziening tussen kabinet en Kamer moet helpen verbeteren. Op 6 juni presenteerde de werkgroep Informatieafspraken, onder leiding van Tweede Kamerlid Inge van Dijk, haar rapport: 'Grip op informatie'. Zonder juiste en volledige informatie, kunnen Kamerleden de regering niet goed controleren. In artikel 68 van de Grondwet is daarom vastgelegd dat de regering verplicht is om ieder individueel Kamerlid de inlichtingen te geven waar hij of zij om vraagt. Toch komt het in de praktijk vaak voor dat vragen van Kamerleden niet of te laat worden beantwoord. Of dat informatie pas kort voor een debat met de Kamer wordt gedeeld, te kort om er kennis van te kunnen nemen. Dit bemoeilijkt het werk van Kamerleden en belemmert hun controlerende taak. In haar rapport doet de werkgroep vier aanbevelingen om de informatievoorziening vanuit het kabinet aan de Kamer te verbeteren. Hiervoor sprak zij met Kamerleden en -ambtenaren, met ambtenaren van ministeries en met leden van het kabinet. Ook maakte de werkgroep een analyse van de aantallen stukken die de Kamer ontvangt van het kabinet en de (tijdige) beantwoording van Kamervragen. De vier aanbevelingen: (gericht aan het kabinet:) treed bij de introductie van nieuwe stappen rondom de werking en interpretatie van artikel 68 Grondwet eerst in overleg met de Kamer; (gericht aan de Kamer:) indien het kabinet weigert om informatie met de Kamer te delen, voer dan aan de hand van een vastgelegde procedure een toets uit ten aanzien van de onderbouwing van die weigering; (gericht aan het kabinet:) investeer structureel in een tijdige beantwoording van Kamervragen, nu wordt zestig procent niet tijdig beantwoord; (gericht aan het kabinet:) maak laagdrempelig contact mogelijk tussen departementsambtenaren en Kamerleden, waardoor er meer inzicht kan ontstaan in de context of achtergrond van bijvoorbeeld schriftelijke vragen, moties en toezeggingen. Inge over het rapport: "Kamerleden moeten maximaal worden gefaciliteerd met goede, betrouwbare en tijdige informatie uit het kabinet. Dat zestig procent van de Kamervragen niet op tijd wordt beantwoord, is onacceptabel. Ik reken erop dat kabinet en Kamer serieus met onze verbetervoorstellen aan de slag gaan." De werkgroep heeft haar rapport aan de voorzitter van de Tweede Kamer overhandigd. Het zal nu eerst in het presidium worden besproken, waarna zowel Kamer als kabinet ermee aan de slag moeten.
Verantwoording voor heel Nederland
CDA
Zuid-Holland
05-06-2023 12:06
Op Verantwoordingsdag kijkt de Tweede Kamer terug op de resultaten van het kabinet van het jaar daarvoor. Daarbij wordt nu alleen gekeken naar het gemiddelde resultaat van Nederland. Zoals het CDA liet zien in het rapport ‘Voor Heel Nederland’ zijn er echter grote verschillen tussen regio’s. Het gaat pas goed met Nederland als het met elke regio goed gaat. Ook de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur liet zien dat de verschillen tussen regio's in Nederland te groot zijn in het rapport 'Elke Regio Telt'. Elke regio is uniek, met zijn eigen krachten en uitdagingen. Elke regio vraagt daarom om een unieke aanpak. Dat begint met het zien van regionale verschillen. Daarom stelde Evert Jan Slootweg voor dat het kabinet jaarlijks gaat reageren op het landelijk gemiddelde, maar ook op de regionale verschillen in 'brede welvaart', de kwaliteit van leven nu en voor volgende generaties. Omdat de Tweede Kamer de motie van Evert Jan heeft aangenomen moet het kabinet ookaangeven waar zij meer aandacht aan geven om de brede welvaart in elke regio zeker te stellen. Bekijk Evert Jans uitleg:
‘Trek samen op voor bereikbaarheid Voorne Putten!’
SP
Zuid-Holland
05-06-2023 09:10
Op 2 juni hield SP Voorne aan Zee een goed bezochte actiebijeenkomst in het BRES theater in Brielle over de bereikbaarheid van de regio. Ter plekke werd onder leiding van SP-Tweede kamerlid Renske Leijten een eisenpakket opgesteld waarmee een delegatie van de aanwezigen wil gaan inspreken bij de Provincie op 21 juni. Eén van de onderwerpen was uiteraard de wantoestand rond het veer Maassluis-Rozenburg.
Renske Leijten sprak de aanwezigen toe: “Er is 30 jaar niet nagedacht over OV. Dat heeft gevolgen voor scholieren, werknemers en toeristen. De visie op vervoer is geïndividualiseerd: ieder zijn eigen verantwoordelijkheid. Dan word je de auto in gejaagd. Het in de vaart houden van de pont kost geld. Dat zie je ook bij energie, bij woningen. Ik zie een eerste sprankeltje van een Zuid-Hollandse revolutie. Ook al verschillen wij, we hebben veel te winnen als we het samen doen. OV moet voorspelbaar, betrouwbaar en betaalbaar zijn, anders ga je op zoek naar andere oplossingen. Basisvoorzieningen als zorg, onderwijs, asfalt, OV, riolering, dat moet je niet privatiseren.
Namens de Statenfractie van SP Zuid-Holland was Frank Johan Hoogendam van de partij. De fractie is al jaren bezig met de bereikbaarheid van de regio en met name met het veer Maassluis-Rozenburg. “We zijn al sinds 2007 met jullie gebied bezig, we komen regelmatig langs. Nu is de vervoerder failliet, ik ben daar pissed over. We moeten in actie komen. Het goede nieuws is: je kunt je verzetten tegen dit beleid. Op woensdag 21 juni is er een Statencommissie, kom maar vertellen wat er mis is gelopen. Vertel over de kinderen die je moest ophalen omdat het veer niet ging. Trekkers die niet meer aan de overkant konden komen.”
Hoogendam maakt zich ook druk over het voornemen van het Provinciebestuur om opnieuw een Europese aanbesteding te doen voor de veerdienst. Dat duurt te lang en het kost onnodig geld. “Dat is ook al twee keer gebeurd en twee keer niet gelukt. Het gaat niet alleen om bereikbaarheid, maar je wilt ook van het eiland af kunnen als er risicovolle ongelukken gebeuren. Je kunt die pont zomaar nodig hebben om weg te komen”, aldus Hoogendam. Renske Leijten benadrukte nogmaals het belang van samen optrekken. “Een vinger kunnen ze breken. Een vuist niet.”
Het eisenpakket dat ter plekke samen met de aanwezigen werd opgesteld bestaat uit vijf punten:
herstel van een volwaardig veer Maassluis-Rozenburg, geen tolheffing voor de Blankenburgtunnel, essentiële bruggen in het gebied niet tegelijk open, een busbaan naar Hellevoetsluis, de metro vanaf Spijkenisse doortrekken naar de Maasvlakte.Op 21 juni vergadert de commissie Bereikbaarheid en Energie. Wie wil inspreken kan zich opgeven via statengriffie@pzh.nl.
Amhaouch: Nederland moet inzetten op gelijkwaardige handelsrelaties met Afrika
CDA
Zuid-Holland
01-06-2023 09:04
Op 30 mei lanceerde het kabinet de langverwachte Afrikastrategie. Twee jaar geleden riep het CDA al op om de banden met het Afrikaanse continent aan te halen en anderhalf jaar geleden nam de Tweede Kamer een motie van Mustafa Amhaouch aan met de opdracht een strategie te ontwikkelen. Mustafa reageerde met onderstaande opiniestuk in Dagblad Trouw op de strategie. Gelijkwaardige handelsrelaties zijn wat het CDA betreft de manier voor Europa en Afrika om elkaar te helpen. Vooral handel met het Westen helpt Afrika verder en kan ook de asielstroom beperken De grote vraagstukken van onze tijd vragen dringend om internationaal samenwerken. De geopolitieke onrust blijft toenemen door de sterker wordende positie van China en agressie van Rusland. De oorzaken en gevolgen van klimaatverandering laten zich niet tegenhouden door landsgrenzen. En zolang de internationale ongelijkheid groeit, groeien migratiestromen. Om tot oplossingen te komen, moet nadrukkelijk worden gekeken naar de belangrijke rol van Europa's zuiderburen: Afrikaanse landen. Met alleen ontwikkelingssamenwerking is Afrika niet geholpen en laat Nederland een kans op een goede relatie liggen. Daarom heeft de Tweede Kamer het kabinet op initiatief van het CDA twee jaar geleden gevraagd de banden met het continent aan te halen. Op verzoek van het CDA presenteerde het kabinet deze week een strategie voor Afrika. Om die te laten slagen is een uitvoeringsagenda voor de korte, middellange en lange termijn essentieel. Om de samenwerking met Afrika tot een succes te brengen, moet de focus van ontwikkelingshulp naar gelijkwaardige handelsrelaties. Ook moet er een einde komen aan de Europese neo-kolonialistische trekjes, zoals het opleggen van onze waarden en normen. De economie van veel Afrikaanse landen vraagt om structurele verbeteringen en investeringen. Als deze landen aan het infuus van ontwikkelingssamenwerking blijven hangen, wordt Afrika niet volwassen en weerbaar voor het internationale speelveld. Een aantal landen is zo ver nog niet. Die moeten kunnen blijven rekenen op humanitaire of ontwikkelingshulp als het lokale maatschappelijk middenveld het niet alleen kan. Ngo's hebben een belangrijke rol om hen te ondersteunen tot de volgende stap. Afrika is geen homogeen continent. Wij moeten oog hebben voor de grote onderlinge verschillen en de verschillende ontwikkelingsfases. Die volgende stap kan zijn: Afrika opnemen in de Europese economische waardeketen en de eerste fase van het productieproces daar plaats te laten vinden, in plaats van slechts grondstoffen te importeren uit dit continent. De Franse auto-industrie heeft deze eerste stap deels al gezet. Dat Azië de afgelopen decennia succesvol onderdeel is geworden van deze waardeketen, laat zien dat beide werelddelen kunnen profiteren. Het zorgt voor een sterkere lokale economie en duurzame banen. Met dat economisch perspectief hebben jongeren een toekomst in eigen land en kan een braindrain van de relatief jonge bevolking worden tegengegaan. Die morele verantwoordelijk heeft Europa door de manier waarop met Afrikaanse landen is omgegaan in het verleden. De mogelijkheid van een bloeiende economie komt ook de innovatiekracht en het economisch potentieel van Afrika ten goede en gaat de migratiestroom naar Europa tegen. Ook biedt het de kans om als Europa de standaard te zetten voor handelsrelaties met Afrikaanse landen. Als economisch blok kan Europa internationaal maatschappelijk verantwoord en duurzaam ondernemen afdwingen en stimuleren. Duurzaam ondernemen gaat klimaatverandering tegen, maar om de energietransitie door te maken, zijn grondstoffen nodig. Een belangrijk deel daarvan is in Afrika. De fout uit het verleden om als Westen waardevolle materialen weg te halen zonder structurele verbetering van de lokale economie, kan en mag niet worden herhaald. Tegelijkertijd is dat wel de inzet van bijvoorbeeld de Russen en Chinezen. Het is in het belang van zowel Afrika als Europa om hier tegenwicht aan te bieden. Wil zowel Afrika als Europa autonoom kunnen handelen, moet de invloed van mogendheden als Rusland en China op Afrika worden beperkt. Het Afrikaanse continent barst van de potentie, terwijl de wereld onrustig is. Daar zullen Europa en Nederland in het bijzonder als handelsland zich toe moeten verhouden. De beste manier om wederzijds de vruchten te plukken van die potentie is door als gelijkwaardige handelspartners relaties aan te gaan. Mustafa Amhaouch Tweede Kamerlid voor het CDA
Eerste Kamerfractie CDA keurt nieuwe pensioenwet goed
CDA
Zuid-Holland
30-05-2023 19:30
De Wet Toekomst Pensioen is aangenomen in de Eerste Kamer. De Eerste Kamerfractie heeft voor de wet gestemd. Ria Oomen: ‘’Het is een goede zaak dat de nieuwe wet is aangenomen. De pensioenwetgeving die er tot nu toe was heeft niet gefunctioneerd. Door de te grote buffers die aangehouden werden, hadden deelnemers en gepensioneerden geen profijt van de grote rendementen die er waren.’’ Solidariteitsfonds Deelnemers maar met name ook gepensioneerden hebben jarenlang koopkracht moeten inleveren. De nieuwe wet (WTP) geeft meer mogelijkheden voor een waardevastheid van het pensioen. Om de zorgen van gepensioneerden weg te nemen over een mogelijk korten van hun uitkering, is er een solidariteitsfonds om aan te vullen. In het nieuwe systeem kunnen jongeren grotere risico’s nemen, omdat de lange tijd die men voor zich heeft, tot betere rendementen leidt. De pensioenpot van 1400 miljard euro wordt verdeeld in aanspraken die alle deelnemers hebben, ook gepensioneerden en slapers. De verdeling van deze pot wordt gecontroleerd door het interne overleg binnen het fonds, het verantwoordigingsorgaan waarin ook gepensioneerden zitten, de Raad van Toezicht, maar ook DNB kijkt toe of er evenwichtig met de belangen van eenieder is omgesprongen. Oomen: ‘’De CDA fractie had zorgen over de snelheid van de omzetting naar de nieuwe wet, maar ook over de mogelijkheden om in te grijpen wanneer er zaken toch niet goed gaan. De minister heeft niet alleen de datum van omzetting uit de wet gehaald maar zal ook een regeringscontroleur aanstellen die mogelijke onvolkomenheden in kaart brengt zodat de minister kan ingrijpen.’’ Een hiaat in de wet waardoor nabestaanden en wezen bij een overlijden voor pensionering onvoldoende recht hebben op een uitkering wordt opgelost. De CDA fractie heeft een motie ingediend die unaniem gesteund is door de Kamer. De minister heeft toegezegd snel de verbeteringen aan te brengen in de wet. Een punt van discussie was de positie van de politieke ambtsdragers (APPA). De regering is gevraagd om zo snel mogelijk te komen met een wet waarbij de APPA ook onder de WTP gaat vallen. Oomen: ‘’Er zijn heel veel zorgen en misverstanden. De CDA fractie roept de regering op om zo snel mogelijk te komen met adequate voorlichting.’’
SP: Veerdienst Maasluis-Rozenburg nu in overheidshanden nemen
SP
Zuid-Holland
26-05-2023 12:40
Het Provinciebestuur moet het fiasco rond de veerdienst Maasluis-Rozenburg aangrijpen om zelf de uitvoering ter hand te nemen. Dat is wat zowel de Statenfractie van de SP Zuid-Holland als de gemeenteraadsfractie van Rotterdam willen. De twee overheden kunnen dit zo nodig samen vormgeven.
Op donderdag 25 mei gooide vervoerder Blue Amigo (AquaSwets) de handdoek in de ring nadat de provincie de overeenkomst beëindigde en vroeg faillissement aan, waardoor er plotsklaps ook een einde kwam aan het fietsers- en voetgangersveer tussen Rozenburg en Maassluis. Het autoveer is al sinds oktober 2022 uit de vaart. SP-fractievoorzitter Lies van Aelst is niet verbaasd over deze ontwikkelingen, wel boos. “Het is al tijden een grote rotzooi met deze veerdienst. Wie zitten er nu alweer met de gevolgen? Dat zijn de mensen die gebruik moeten maken van de dienst en de werknemers. Er moet zo snel mogelijk weer een autoveer komen én volgens afspraak behouden blijven.”
De SP wil voorkomen dat er nu weer heel veel tijd en geld verloren gaat met een nieuwe Europese aanbesteding. Neem als overheid zelf je verantwoordelijkheid, zo betoogt van Aelst: “Als SP vinden we al sinds jaar en dag dat het openbaar vervoer een nutsvoorziening is die niet mag worden overgelaten aan de markt. Laten we van dit fiasco met Blue Amigo nou gebruik maken om door te pakken en zelf de veerdienst uit te gaan voeren. We willen dat het Provinciebestuur op de kortst mogelijke termijn met de gemeente Rotterdam aan de slag gaat om dat vorm te geven.”