Nieuws van politieke partijen in Nederland inzichtelijk

3 documenten

'Hoop en troost met Pasen' - #corona debat 5

SGP SGP Nederland 08-04-2020 00:00

Bekijk hier de bijdrage van Kees van der Staaij aan het vijfde plenaire Kamerdebat over de coronacrisis. Gehouden op woensdag 8 april 2020.

"Hoop. Wie ziet er niet naar uit? Dat er na zoveel sombere cijfers over besmettingen, zieken en doden, iets hoopvols te melden is. We zijn daarom dankbaar dat alle strenge maatregelen effect lijken te hebben. Maar de minister-president sprak gisteren ware woorden: “Er is nog een lange weg te gaan.” Een lange weg is het ook voor iedereen die door het virus zo zwaar getroffen is. We blijven met hen meeleven.

ZorgVan de zorgwerkers wordt nog steeds heel veel gevraagd in de komende tijd. Wat gebeurt er om ervoor te zorgen dat zíj overeind blijven? Kunnen zij erop rekenen dat ze loon naar werken krijgen?

Het tekort aan beschermingsmiddelen blijft alarmerend. Zorgwerkers in de wijk, de gehandicaptenzorg en met name de verpleeghuizen zijn terecht heel bezorgd dat zij zelf een bron van besmetting vormen. Hoe voorkomen we dit risico? Kan aparte huisvesting, bijvoorbeeld in een hotel, geregeld worden voor zorgwerkers die dit wensen? Hoe kunnen we personeel van verpleeghuizen beter beschermen? Dat de enorme druk op de IC-capaciteit nu iets minder zwaar wordt, is een teken van hoop, maar is geen reden om meteen achterover te leunen. Het is wel goed om na te denken welke maatregelen het meest gaan knellen en daarom als eerste verlichting vragen? Ik denk aan overwerkte mantelzorgers, aan bewoners van verpleeghuizen die hun geliefden moeten missen, aan ondernemers die failliet dreigen te gaan omdat zij tussen wal en schip van de regelingen vallen. Welke intelligente oplossingen kunnen bedacht worden om die druk te verlichten?

Terugkeer naar normaalWe beseffen heel goed: het licht zal niet zomaar ineens weer op groen springen. Er is een stap-voor-stap benadering nodig om terug te keren naar gewoner leven. Het belang van een goede bestrijding van het virus staat voorop. Tegelijkertijd is voor het verlengen van maatregelen wel steeds een nuchtere, rationele onderbouwing nodig.

Door de coronamaatregelen zijn we in korte tijd veel bewegingsvrijheid kwijtgeraakt. Vrijheid om familie en vrienden te zien. Vrijheid om bij begrafenissen van geliefden aanwezig te zijn, troost te bieden aan nabestaanden. Vrijheid om met elkaar in de kerk samen te komen. Juist in de deze tijd van Goede Vrijdag en Pasen wordt die pijn weer gevoeld.

Weegt het kabinet bij beslissing over voortzetting van de maatregelen steeds de mate van inperking van grondrechten mee? Nuttige apps die ontwikkeld worden, vragen om een zorgvuldige weging van kansen en risico’s, waarborgen tegen onnodige aantasting van de persoonlijke levenssfeer. Mijn suggestie is om advies te vragen aan de Raad van State over de rechtsstatelijke aspecten van genomen en voorgenomen maatregelen? Hoop, wie ziet er niet naar uit? Zorgen en verdriet kunnen als een steen op het hart gaan liggen. En alle hoop daaronder begraven. Zoals eenmaal Jezus’ volgelingen verdrietig en zonder hoop achterbleven na Zijn kruisdood. Maar rouw en verdriet hadden niet het laatste woord. Het werd Pasen, de steen van het graf werd weggerold en Hij is opgestaan. Daarom klinkt er, ondanks alle pijn en verdriet in deze bange dagen, toch een boodschap van hoop en troost.

'Kind het beste af met natuurlijke vader en moeder!'

SGP SGP Nederland 19-11-2019 00:00

Kees van der Staaij in debat met andere Kamerleden over meerouderschap, zaaddonoren, draagmoeders en gezinnen met drie of nog meer ouders. Bij al deze wensen van ouders, komt het belang van het kind onder druk te staan.

 

Lees hieronder of via deze link het opinieartikel van de SGP dat op 14 november in Trouw is verschenen.

Bij draagmoederschap moet het belang van het kind het zwaarst wegen

Adoptie leert ons dat bij wetgeving over draagmoeders het kind voorop moet staan, aldus SGP-partijleider Kees van der Staaij - zelf adoptieouder - en Wenneke de Ruijter, stagiaire bij de SGP.

Kees van der Staaij en Wenneke de Ruijter - 14 november 2019

Het kabinet wil draagmoederschap wettelijk gaan regelen. Kenmerkend voor deze en andere plannen rond ‘herijkt ouderschap’ is dat de overheid actief meewerkt aan situaties waarbij kinderen niet opgroeien bij de genetische ouders. De onderliggende gedachte is het belang van kinderen te dienen. Maar is dit echt in hun belang?

Nieuw is het niet dat kinderen soms niet opgroeien bij hun natuurlijke ouders. Bij adoptie bijvoorbeeld is dit even­eens het geval. En net als bij adoptie gaat het bij draagmoederschap vaak om een internationaal verschijnsel.

Opvallend is dat het krijgen van kinderen via spermadonoren of draagmoederschap vaak positief begroet wordt. De schaduwkanten komen minder in beeld, terwijl we van interlandelijke adoptie inmiddels weten dat het niet allemaal rozengeur en maneschijn is. Steeds vaker worden de schaduwkanten van adoptie voor het voetlicht gebracht, wordt de vinger gelegd op kwetsbaarheden en risico’s.

Niet de ‘ontvangende ouders’ staan vooropDe eerste les die we kunnen leren van de adoptie-ervaringen is dat het moet gaan om een situatie waarbij het kind écht niet kan opgroeien bij de natuurlijke ouders. Voordat adoptie mogelijk is, moet er aan allerlei strenge voorwaarden voldaan zijn. Terecht! Niet de ‘ontvangende ouders’ staan wettelijk voorop, maar het kind voor wie een gezin wordt gezocht. Deze (wettelijke) norm om op te groeien bij de genetische ouders is steeds steviger in verdragen verankerd.

Hoe anders is het bij internationaal draagmoederschap: de wensen van de nieuwe ouders staan centraal. Opzettelijk wordt een situatie tot stand gebracht waarbij het kind niet opgroeit bij de natuurlijke ouders. De reactie zou kunnen zijn: als het kind welkom is en liefhebbende ouders krijgt, is dat toch prima? Maar dit is niet het hele verhaal. Van geadopteerden weten we inmiddels dat zij kunnen worstelen met vragen als: ‘Op wie lijk ik?’ en ‘Van wie ben ik er één?’ Deze vragen rijzen ook bij kinderen van spermadonoren of van buitenlandse draagmoeders. Hen wordt de mogelijkheid ontnomen om op te groeien bij degenen aan wie zij genetisch verwant zijn. Als de kinderwens van de nieuwe ouders de enige rechtvaardiging hiervoor is, is dat een wel erg magere argumentatie.

AfstammingsinformatieEén les lijkt op het eerste gezicht ­geleerd te zijn: er wordt veel aandacht besteed aan een recht op afstammingsinformatie en een goede registratie. Dat klinkt goed, maar hoe hard is dit te regelen? Juist als er buitenlandse donoren of draagmoeders in het spel zijn, gaat het gemakkelijk mis.

De vrijwilligheid van het afstand doen is een uiterst belangrijke voorwaarde voor interlandelijke adoptie. Als daaraan niet voldaan wordt, en geldelijk gewin de boventoon voert, is er sprake van afschuwelijke kinderhandel. Ondanks waarborgen is er ook bij draagmoederschap nog steeds het levensgrote probleem dat er een verdienmodel is. Niet zelden gaat het om vrouwen in kwetsbare posities.

Als de overheid willens en wetens meewerkt aan het laten opgroeien van kinderen bij niet-genetische ouders, schept dat grote verplichtingen. Bij interlandelijke adoptie was de wetgever zich dat bewust. Een voorlichtingscursus, gesprekken met de Raad voor de Kinderbescherming en andere eisen worden aan aankomende adoptie­ouders gesteld. Indringend wordt getoetst of de keuze weloverwogen is. Het kabinet geeft als advies dat van wensouders en draagmoeder wordt verlangd dat zij zich laten voorlichten en counselen. Als die waarborgen worden vergeleken met de procedures bij adoptie, dan zijn ze boterzacht.

Kortom: het is de moeite waard om de kabinetsvoornemens nog eens indringend te confronteren met de lessen van interlandelijke adoptie. En laat uiteindelijk het belang van het kind écht het zwaarst wegen!

Bescherm het gezin

SGP SGP Nederland 24-01-2019 00:00

De rechter moet de uithuisplaatsing van kinderen beter beoordelen. Dat vindt SGP-leider Kees van der Staaij. Volgens hem is het juridische kader op dit moment “te rommelig en te mager”.

Duidelijke richtlijnen kunnen de rechter helpen om kritisch te toetsen. Dat vraagt ook meer tijd en expertise bij rechters. Waar in andere landen wel 1 of 2 dagen worden uitgetrokken voor familiezaken, kan het in Nederland al in 40 minuten gebeurd zijn om een uithuisplaatsing van kinderen te regelen. Nederland lijkt wel heel kort door de bocht te gaan. “Is dit een alarmsignaal?” vraagt Van der Staaij aan de minister.De SGP wijst ook op de verhouding tussen de Kinderbescherming en ouders. Laatstgenoemden hebben vaak weinig kennis van juridische geschillen, terwijl de Kinderbescherming onderdeel is van de ‘machtige’ staat. Ook de Erasmus law school maakt zich zorgen over de kwetsbare positie van ouders tegenover de overheid.