De gemeenteraadsfractie van de Partij voor de Dieren in Rotterdam heeft schriftelijke vragen gesteld aan het college van burgemeester en wethouders over het gebruik van vislood. Vislood vormt namelijk een gevaar voor de gezondheid van mens en dier. Uit onderzoek in opdracht van Rijkswaterstaat (landelijke overheid) blijkt dat er in Nederland in zoete wateren jaarlijks tot wel 54 ton (54.000 kilo!) aan vislood 'kwijtraakt' door toedoen van voornamelijk sportvissers. Lood wordt gebruikt om de vislijn mee te verzwaren, maar soms schiet het lood van de lijn af of knippen vissers de lijn door als deze vast komt te zitten. Het vislood gaat onder water eerst oxideren, vervolgens roesten en uiteindelijk lost het op. Dat is een groot probleem, want de Rotterdamse waterpartijen vormen een leefgebied voor vissen en andere onderwaterdieren. Ook watervogels worden blootgesteld aan water dat is vervuild met vislood. Lood leidt tot grote gezondheidsproblemen, zoals bekend. Mensen zwemmen in sommige wateren waarin ook wordt gevist en drinkwater wordt gewonnen uit zogenoemde oppervlaktewateren zoals meren en rivieren waar sportvissers actief zijn. Wij staan voor schoon water voor mens en dier en willen niet dat er vislood terecht komt in ons drinkwater, ons zwemwater en in het leefgebied van de dieren. Om die reden hebben wij het college van burgemeester en wethouders gevraagd of het bijvoorbeeld mogelijk is het gebruik van vislood te verbieden. Alhoewel wij graag een volledig verbod op hengelen willen hebben, is een goede eerste stap het verbieden van vislood. Daarnaast kan de gemeente Rotterdam wat ons betreft handhaven op de verkoop van vislood in hengelsportwinkels, omdat het overduidelijk is dat kopers het vislood vervolgens gaan gebruiken voor handelingen die de publieke gezondheid en die van de natuur geweld aandoen. Wij zijn benieuwd naar de antwoorden op onze vragen.