Bij de behandeling van de kadernota (de nota met uitgangspunten en keuzes voor de begroting 2020-2023) worden altijd "Algemene beschouwingen" gehouden. Iedere fractie spreekt zich dan in enkele minuten uit over wat ze prioriteiten vinden voor het komende jaar. En daar wil men natuurlijk ook geld voor uittrekken of, in deze tijd meer van toepassing, minder op bezuinigen. Namens de SGP sprak Gert-Jan van den Brink onderstaande beschouwing uit.
Meneer de Voorzitter, geachte aanwezigen,
In het Financieel Dagblad van afgelopen dinsdag werd het SGP genoemd, het Stabiliteits- en Groei Pact, de begrotingsregels van de Europese Commissie, die geschonden werden door Italië. Italië is niet op het strafbankje geplaatst door de Franse EuroCommissaris van Financiële en Economische zaken, doordat hij overtuigd was van het effect van de begrotingsaanpassingen ter grootte van 7,6 miljard euro.
Ik moest toen meteen aan onze gemeente denken en te meer omdat onze minister van Financiën Hoekstra die bijstelling desgevraagd “positief” noemde: “Er is wel degelijk iets gebeurd met de begroting”. Dat schept hoop voor onze situatie, al zitten wij in de fase van Kadernota en moet er nog gebouwd worden aan de begroting. Op onze beurt kunnen we de provincie verwijzen naar die minister, omdat er ook bij ons wel degelijk iets gebeurd is.
Maar, meneer de Voorzitter, even serieus, als je als gemeente een 3 traps bezuiniging nodig hebt, en vervolgens na een gelukkig positief uitpakkende meicirculaire, nog steeds in de rode cijfers zit, is er bepaald wel reden tot zorg. Sommige partijen zijn aan het vlooien geweest in de regelbegroting, andere willen sleutelen aan de OZB en er zijn zelfs partijen, waaronder die andere SGP, die het resterende vastgoed van de gemeente willen vervreemden. De SGP dient daarvoor dan ook een motie in. Ik moet eerlijk bekennen dat ik nooit beseft heb dat het gemeentekantoor gezien moet worden als een reserve voor moeilijke tijden. En die tijden zijn er nu. Want een slot op investeringen is voor veel noodzakelijke ontwikkelingen absoluut ongewenst, om de maatregelen tegen wateroverlast maar te noemen. We pleiten er daarom voor om bij elke investering na te gaan wat het maatschappelijk effect is, ofwel anders gezegd: wat hebben onze inwoners er aan. Met deze maatstaf zou het beeld er ons inziens anders uitgezien hebben.
Veel nadruk wordt gelegd op de Jeugdzorg en andere onderdelen van het Sociaal Domein. Als we echter kijken naar de cijfers op “waarstaatjegemeente.nl”, dan vallen we daar helemaal niet op en steken zelfs positief af ten opzichte van het Nederlands gemiddelde; of het nu gaat over het percentage jongeren met jeugdhulp of het percentage tienermoeders. Maar als je beseft dat alleen onze gemeente eind 2018 al 955 jongeren in de jeugdzorg had dan zijn dat er 955 te veel.
Onze inwoners hebben juist de nadruk gelegd op een sobere gemeente met een efficiënte organisatie. In de zojuist aangekondigde motie is al gevraagd om scenario’s m.b.t. de vervreemding van het gemeentekantoor, maar wordt het personeel ontzien, omdat er nog veel capaciteit nodig zal blijken in de komende jaren voor de invoering van diverse wetten, waaronder de omgevingswet en de bijbehorende visie. Kijken we echter naar de verdeling over de loonschalen dan blijkt onze gemeente in vergelijking met andere gemeenten topzwaar, wat er toe kan leiden dat de doorstroming van of het perspectief voor de middenposities onvoldoende is én werkdruk verhogend. We vragen een reactie van het college op deze in alle opzichten ongunstige verhoudingen, die ook tot uitdrukking komt in de overhead cijfers.
Voorzitter, onze wethouder Financiën heeft al een aantal keren gememoreerd dat we ongeveer 8 miljoen Euro minder ontvangen van het Rijk, vanwege onze vermeende rijkdom aan dure woningen. Ik begin medelijden met Bloemendaal te krijgen, die trouwens wel vergelijkbare problemen heeft als wij. We zijn daarom ook blij met een college van B&W dat actief lobbyt bij de overheden en via de VNG. Wachtend op de resultaten daarvan kunnen we ondertussen Europese fondsen onderzoeken, niet dan? We hebben tenslotte allemaal, ook onze inwoners, bijgedragen aan de diverse sporen om tot een aanvaardbaar kader of uitgangspositie te komen voor de komende begroting. We willen het college ook vragen om een diepgaande analyse van de ideeën die de inwoners hebben aangedragen, om zo alles er uit te halen wat er in zit.
Toch, Voorzitter, willen we niet in mineur eindigen, want als we kijken naar de samenwerking in deze raad en het college, ondersteund door ons ambtenarenkorps én een grote groep meedenkende inwoners, dan stemt ons dat meer dan blij om er met zijn allen uit te komen. Laten we dit momentum vast houden om deze mooie gemeente ook door deze moeilijke en uitdagende periode heen te loodsen. We wensen u daarom veel wijsheid en bovenal Gods zegen toe.
