De fractie heeft tijdens de raad van 26 september een motie ingediend om de het college om een oproep te doen aan de Tweede en Eerste Kamer om niet akkoord te gaan met CETA in de huidige vorm.  

Dit najaar zal het Nederlandse parlement waarschijnlijk besluiten of het instemt met het vrijhandels- en investeringsverdrag CETA dat de EU met Canada heeft gesloten. Dit verdrag brengt grote beperkingen en risico’s met zich mee voor veel van de 355 Nederlandse gemeenten en de 12 provincies van Nederland. Canadese en Amerikaanse bedrijven die actief zijn in Nederland kunnen overheden in de weg staan bij het uitvoeren van hun democrati­sche bevoegdheden en taken. Als overheden zich niet aan die beperkingen houden, dan riskeren zij forse schadeclaims die buiten de nationale rechtspraak om worden toegekend. Het verdrag is niet bepaald sociaal of duurzaam. Als CETA doorgaat, wordt de macht van multinationals veel groter. Ten koste van mens, dier, milieu en klimaat. CETA is bovendien in strijd met de ambities van het klimaatakkoord van Parijs. Gemeenten die woningen betaalbaar willen hou­den, krijgen onder CETA minder mogelijkheden om regels op te leggen aan buitenlandse beleg­gers. Maatregelen om huren betaalbaar te houden voor middeninkomens kunnen bijvoorbeeld gemakkelijk onderwerp worden van investerings­claims. Dit is een van de vele voorbeelden. En daarmee raakt het ook de lokale democratie. Verschillende organisaties waaronder FNV en Milieudefensie roepen gemeenten en provincies op om kritisch te kijken naar de mogelijke gevolgen van CETA voor de lokale democratie. Daar wilde GroenLinks graag gevolg aangeven door het indienen van de volgende motie.

Helaas heeft de motie het niet gehaald.