Op 4 augustus jl. heeft BOB bij monde van Ard op de Weegh, fractievoorzitter, de volgende e-mail gestuurd aan gedeputeerden van de Provincie Gelderland en leden van Provinciale Staten van Gelderland.

Geachte mevrouw Witjes, mijnheer Drenth en geachte leden van Provinciale Staten van Gelderland,

Zoals ik in de bijdrage aan de kadernota van Overbetuwe namens Burgerbelangen OverBetuwe aankondigde, heb ik namens de partij BOB “Cor Coenrady Consult” opdracht gegeven om de gevolgen van de mogelijke bouw en het gebruik van de door de provincie Gelderland voorgenomen Railterminal Gelderland nabij de onder de gemeente Overbetuwe vallende buurtschap Reeth in kaart te brengen in relatie tot de stikstofproblematiek. Dit rapport bereikte mij afgelopen dinsdag in concept en nadat enige derden er kritisch hun oordeel over gegeven hadden, werd het gisteravond zonder inhoudelijke wijzigingen definitief vastgesteld. Ik nodig u van harte en met aandrang uit kennis te nemen van dit rapport. Het laat aan duidelijkheid niets te wensen over.

Het is ons bekend, dat wat betreft stikstof de provincie in principe niet extern wil salderen. We kennen allen de problematiek rond de verlenging van de A15, waar waarschijnlijk slechts “met kunst en vliegwerk” aan de landelijke regels met betrekking tot stikstofbelasting kan worden voldaan. Het leidt geen enkele twijfel, dat de werkzaamheden aan de A15 op maatschappelijke en economische gronden ten spoedigste ter hand genomen moeten worden. Het rapport van Cor Coenrady Consult toont onweerlegbaar aan, dat bouw en gebruik van een mogelijke Railterminal wel degelijk een stikstofbelasting voor het gebied zal gaan betekenen. Intern salderen in het gebied is niet mogelijk, omdat de werkzaamheden aan en het verkeer op de A15 reeds hun optimale beslag leggen op de mogelijkheden en hun grenzen. Bij de bouw en de realisatie van de railterminal zal de provincie niets anders blijven dan extern (waar zij in principe niet voor is) te moeten salderen om de broodnodige ruimte binnen de landelijke regelgeving te kunnen realiseren.

Coenrady is in zijn rapport meer dan duidelijk. Dit zal alleen kunnen als één of meerdere boeren in het gebied van Overbetuwe en Lingewaard worden uitgekocht. En dat bovenop het landelijk beleid, dat ook al een ongewenste kaalslag bij de boerenbedrijven in dit gebied zal betekenen. Als u volhardt in het voornemen om de Railterminal Gelderland toch te realiseren, betekent het dat er bovenop de boeren, die van bovenaf opgelegde beëindiging van hun bedrijf voor de kiezen krijgen, nog eens enkele bedrijven gedwongen moeten sluiten. Een boodschap, die politiek en maatschappelijk moeilijk uit te leggen zal zijn. Ik roep u als gedeputeerden en leden van Provinciale Staten op dit nog eens goed te overwegen en zich af te vragen of u persoonlijk deze voor sommige boeren desastreuze gevolgen van de bouw van een railterminal (waarvan nut en noodzaak nog steeds een onderwerp van discussie zijn) persoonlijk aan deze agrariërs zou willen en durven brengen. Een besluit nemen betekent onvermijdelijk ook dit besluit durven uitdragen.

De realisatie van de railterminal ligt nu ter beoordeling bij de Raad van State en zal mogelijk in september behandeld worden. De uitkomst is niet te voorspellen. Wel blijft op grond van het rapport van Cor Coenrady Consult als een huis staan, dat – hoe de uitspraak van de Raad van State ook zal zijn – de provincie alvorens over te gaan tot bouw en in gebruik nemen van de Railterminal Gelderland zal moeten zorgen binnen de stikstofnormen te blijven. Ik hoop, dat het rapport en deze mail voor u aanleiding zal zijn om het hele project Railterminal Gelderland nogmaals met deze informatie nogmaals ter discussie te stellen en de railterminal terug te brengen van een onbespreekbaar prestigeobject naar een voorziening waarvan gedegen nut en noodzaak moeten worden bekeken, waarbij de impact voor de omgeving nog eens stevig meegenomen moet worden.

De advocaat van Overbetuwe, belast met dit dossier, heeft deze maand nog contact met Cor Coenrady Consult en ik zal er bij de raad en het college stevig op aandringen om hun advocaat ook contact met de heer Coenrady te hebben, teneinde de definitieve tactiek richting de behandeling bij de Raad van State te bespreken. In mijn optiek zijn er twee scenario’s. Opschorten van de behandeling bij de Raad van State tot het moment dat duidelijk is hoe de stikstofproblematiek geregeld is of het alsnog toevoegen van het rapport aan de stukken. Het behoeft geen betoog, dat de voorkeur van mijn partij uitgaat naar de eerste mogelijkheid. Er is nog een mogelijkheid. Het afblazen van het gehele project, waar een astronomisch bedrag aan geld van de burger bij betrokken is.

Met vriendelijke groeten,

Ard op de Weegh,

Stikstofproblematiek bij realisatie Railterminal