Woensdag 6 februari was er in het gemeentehuis van Oss een bijeenkomst over de Regionale Energie Strategie. Wat is dat nu weer?

Zoals bekend heeft de Nederlandse staat –gelukkig!- het Akkoord van Parijs ondertekend. Een van de kernpunten uit dat akkoord is dat de CO2 – uitstoot nationaal met 49% wordt teruggebracht ten opzichte van 1990. Dat doel moet in 2030 –dat is over 11 jaar!- bereikt zijn. Of dat genoeg is blijft een vraag waarover te twisten valt maar de opgave is wel gigantisch.

Gigantische opgave voor de regio’s

Om die opgave praktisch handen en voeten te geven heeft het Rijk uitgerekend hoeveel energie er bespaard dan wel alternatief moet worden opgewekt. Ik zal u de cijfers besparen maar een paar praktische gevolgen zijn wel duidelijk. De besparing – en dat betekent vooral warmte-isolatie- zal gevolgen hebben voor vele zo niet alle gebouwen in ons land en de alternatieve opwekking in al zijn facetten zal er toe leiden dat er in 2030 in Nederland geen gemeente meer zal zonder grootschalige zonneprojecten en meerdere windmolens. Dat zijn vooral in ruimtelijk opzicht forse ingrepen. Het Rijk heeft daarom bedacht dat het wijs is om deze opgaven vooral bij de regio’s neer te leggen. Daar is veel voor te zeggen: de ruimtelijke gevolgen zijn lokaal nu eenmaal beter in te schatten dan op nationaal niveau.

Doel moet gehaald worden

Dat betekent dat er ruimte is om van verschillende regio’s verschillende uitkomsten te krijgen als de som maar oplevert het doel gehaald wordt. Je kunt je daarbij voorstellen dat een regio met veel zware industrie wellicht niet in staat is zelfstandig voldoende te compenseren. Andere regio’s zullen dan moeten bijspringen. Het Rijk is verder heel helder over wat er gebeurt als het totale doel niet gehaald wordt. Dan zal vanuit het Rijk besloten worden over de regio(‘s) en niet meer met de regio(‘s).

Ook Vught aan de slag

Als het over de invulling gaat is wat geldt voor regio’s ook geldig voor gemeenten binnen één regio. Verschillen zijn mogelijk maar de opgave moet voldoende gehaald worden. Dat biedt (wat) ruimte voor onderhandeling maar duidelijk werd dat voor Vught (en de andere gemeenten in de regio) de speelruimte om alternatieven te zoeken bestaat maar zeker niet groot is.

Kortom: er staat op basis van het Akkoord van Parijs een grote opgave te wachten. Het moet ook nog snel: we hebben tot november om het regionale voorlopige bod in te dienen. Heel Nederland en dus ook Vught moet aan de slag!