Een jongen van 12 komt net van school. Vanmiddag heeft hij gehoord dat hij in Nederland mag blijven. Een aantal mensen zit met tranen in de ogen bij elkaar. Gebak op tafel, maar dat doen zij volgens de jongen altijd als er gasten zijn. Niemand van de volwassenen kan het nog echt geloven. Zijn kleine zusje is nog op school en zal vast ook opgelucht zijn, maar ik betwijfel of zij van de verandering erg veel zal merken. De jongen heeft aan niet veel mensen verteld dat ze altijd in onzekerheid zaten. Ook voor hem en zijn vrienden gaat het leven misschien wel gewoon door.

Duidelijk is wel dat de langdurige onzekerheid zijn tol heeft geëist. Het gezin heeft sinds 2009 gewoond in Ter Apel, Musselkanaal, Groningen, Delft, Utrecht en Emmen. Inmiddels meerdere jaren in Doetinchem. Op veel momenten was er het gevoel dat de Immigratie- en Naturalisatiedienst hen zou uitzetten. De familie is getraumatiseerd en heeft de laatste tijd, met veel hulp, meer rust kunnen vinden.

We ontkomen er niet aan om kritisch te kijken naar de rol van de volwassenen in het gezin, naar helpende instanties zoals de kerk en misschien wel vooral naar ons immigratiebeleid. Er was voor de familie steeds weer aanleiding om langer te wachten, hulp te accepteren en uit te zien naar een volgende uitspraak. Het is niet goed dat dit zo verlopen is, maar ik heb vooral veel begrip voor de mensen die zich met hart en ziel hebben ingezet voor de hulp aan deze kwetsbare mensen.

Ondertussen waren de kinderen in onze samenleving gewoon opgroeiende scholieren. Ongetwijfeld viel aan hen niet veel op. Misschien waren ze wel erg leergierig. Misschien deden ze wel extra hun best. Misschien kon je, als je hen beter kende, de onzekerheid wel voelen.

“Nu kan ik eindelijk echt werken” zei hun moeder toen ik haar ontmoette. Tot dit moment was de gemeente niet betrokken bij de situatie van het gezin. Vanaf het moment dat zij een verblijfsvergunning krijgen, verandert dat. Wij willen bereiken dat zij zelf in hun levensonderhoud kunnen voorzien en volwaardig lid van onze samenleving zijn. Daarmee doen wij in mijn optiek niemand tekort. Sterker: het is voor elke Doetinchemmer goed dat iedereen die hier is in staat wordt gesteld actief te participeren. Dat bedoelen wij in onze coalitieagenda met het thema ‘Sterke samenleving’.