D66 wil de Regenboogbuurt aanmerken als ‘bijzonder gebied’. Alle grote vlakken moeten dan in de oorspronkelijke kleur geschilderd blijven. Tegelijkertijd hebben inwoners wel de vrijheid om van de kleur van kleine elementen aan hun woning af te wijken.
De Regenboogbuurt is de meest kleurrijke buurt van onze stad. Ieder huis en iedere straat heeft een eigen kleur met bijpassende straatnaam. Zelfs de bomen en struiken zijn uitgekozen op hun eigenschappen om zo goed mogelijk tot hun recht te komen in het kleurrijke geheel. Doormiddel van een kettingbeding in de koopcontracten is afgesproken dat bij schilderwerk en onderhoud de oorspronkelijke kleuren gebruikt moeten worden. Gek genoeg heeft de gemeente nooit actief gecontroleerd of deze afspraken worden nageleefd. Almere is zelfs sinds 2015 ‘welstandsvrij’. Inwoners hebben hierdoor een grote vrijheid om hun huis te (ver)bouwen, zonder dat een commissie plannen kan afkeuren omdat iets ‘niet mooi’ is. Gevolg, complete burenruzies in de Regenboogbuurt: Mag je als bewoner je kozijnen in een andere kleur schilderen? Of jouw zuurstokroze huis pastelkleurig of misschien wel blauw maken? Wat doet dat met de uitstraling van de straat? En niet onbelangrijk, wie spreekt een bewoner aan als het bovenstaande niet mag? Niet alleen de bewoners steggelen al jaren over dit onderwerp. De gemeenteraad praat al sinds 2016 over de kleuren van de Regenboogbuurt. D66 vindt dat het tijd is om de knoop nu door te hakken en de bewoners zo duidelijkheid te geven.
Er zijn verschillende manieren om met de Regenboogbuurt om te gaan. Allereerst kunnen we het laten zoals het nu is. Iedereen bepaalt dan zelf, los van het kettingbeding welke kleuren behouden blijven en in welke kleur ze hun huis schilderen. Sommige huizen zullen hierdoor afwijken van het oorspronkelijke plan, maar iedereen heeft de vrijheid. Het bijzondere karakter van de buurt kan op den duur verwateren en wellicht verloren gaan. Voor D66 is dit geen optie, ook al kwam het initiatief om Almere welstandsvrij te maken destijds van D66. De Regenboogbuurt is te bijzonder om verloren te laten gaan. Gelukkig delen veel inwoners van de Regenbuurt deze mening: uit een bewonersonderzoek blijkt dat 69 procent van de inwoners het belangrijk vindt dat de kleuren van de wijk grotendeels intact blijven.
Een andere optie is om de kleuren wél te beschermen. Dit kan bijvoorbeeld door de kleuren vast te leggen in het bestemmingsplan. Hierdoor wordt iedere kleur die gebruikt mag worden vastgelegd en kan de gemeente handhaven als iemand zijn huis in een andere kleur verft of bijvoorbeeld kiest voor een ander kleur kozijn. Dit beperkt de vrijheid van de inwoners om te kiezen voor moderne materialen enorm. Denk bijvoorbeeld aan de kosten om een kunststofraamkozijn in precies de juiste kleur te laten maken. Het is dan goedkoper om voor hout te kiezen en een pot verf ter hand te nemen, terwijl kunststof misschien wel duurzamer is. Ook inwoners die in de afgelopen jaren hebben gekozen voor andere kleuren komen voor kosten te staan, alles moet immers terug naar de oude kleuren.
Tot slot is het ook mogelijk om in de Welstandsnota op te nemen dat de kleuren van de huizen grotendeels intact moeten blijven, de zogenaamde grote vlakken. Een bewoner heeft wel de vrijheid om de details van de woning anders in te kleuren, maar de grote vlakken, zoals de muren, moeten wel in de oorspronkelijke kleur blijven. Wat D66 betreft doet deze optie het best recht aan de gevoelens van de meeste inwoners van de wijk en zorgt het ervoor dat het bijzondere karakter van de buurt bewaart blijft. Sommige mensen zullen door dit besluit hun huis in de komende vijf jaar moeten terug brengen naar de oorspronkelijke kleur. Iemand die fors heeft geïnvesteerd in kunststofkozijnen hoeft dit niet te veranderen.
Kortom, D66 hakt de knoop door en kiest voor het beschermen van het karakter van deze bijzondere buurt, zonder door te slaan naar een dicht geregeld beleid en inwoners op onredelijke kosten te jagen. Vóór kleurbehoud maar met de menselijke maat.
Ton Lesscher, fractieassistent D66 Almere
