Woensdag 3 oktober organiseerde het comité Nationaal ZorgFonds Horst aan de Maas een interessante informatieavond over de betaalbaarheid van de gezondheidszorg voor de zorggebruikers én of preventie kostenverlagend kan werken. Fysiotherapeut Marco Kraaijenzank en SP-Kamerlid Henk van Gerven hielden een inleiding en beantwoordden vragen vanuit de zaal.

Marco Kraaijenzank vertelde over het belang van een kwalitatief goede fysiotherapie en bepleitte dat behandelingen binnen de fysiotherapie uitgevoerd worden door fysiotherapeuten die gespecialiseerd zijn op het te behandelen ziektebeeld. Net als in ziekenhuizen behandeling plaats- vindt door specialisten. Nu komt het voor – zo stelde Kraaijenzank – dat fysiotherapeuten vaker behandelingen uitvoeren zonder daarvoor de benodigde specialistische vaardigheden te hebben. Dat doen ze dan, omdat ze meer geld verdienen door te behandelen dan door te verwijzen. De spreker stelde dat specialisten wellicht duurder zijn dan algemeen fysiotherapeuten, maar hun behandelingen duren meestal ook korter en daarom kan het kostenniveau toch in de hand gehouden worden.

Wat betreft preventie wees Kraaijenzank op specifieke oefenprogramma’s en adviezen over leefstijl. Dat gebeurt nu nog hoofdzakelijk buiten de verzekeraar om en dient dus betaald te worden door de cliënt/patiënt zelf. Om werkelijk voor preventie te zorgen binnen de fysiotherapie dient de prijs laag te zijn, de toegankelijkheid groot en moet dit los komen te staan van de “behandelingsindex” (het aantal behandelingen dat een fysiotherapeut gemiddeld per jaar mag bieden per zorgverzekeraar).

Henk van Gerven liet zien – mede aan de hand van wetenschappelijk onderzoek – dat er grote gezondheidsverschillen, c.q. verschillen in (gezonde) levensverwachting bestaan tussen laag- opgeleiden (met een laag inkomen) en hoogopgeleiden (met een hoog inkomen). In het nadeel van de laagopgeleiden. Laagopgeleiden leven gemiddeld vijf jaar korter dan hoogopgeleiden en hebben veertien jaar eerder al (chronische) gezondheidsklachten. De beste preventie – aldus Van Gerven – is dan ook het kleiner maken van de inkomensverschillen. Met name armoedebestrijding bij kinderen is – qua gezondheidszorg – effectief. Daarnaast is het voorkomen van school- en werkuitval van chronisch zieken door werkaanpassingen en re-integratie van groot belang. Het combineren van verhoogde tabaksaccijns met gratis stopondersteuning bij rokers (m.n. bij de jeugd) is ook effectief.

Het versterken van de eerstelijnsgezondheidszorg in achterstandsbuurten biedt eveneens soelaas. De gemeente kunnen daarin het voortouw nemen. Zij kunnen bijvoorbeeld een collectieve zorgverzekering aanbieden met tandzorg en fysiotherapie in het basispakket. De eerste 1000 dagen van je leven (vanaf conceptie tot en met de babytijd zijn cruciaal voor de gezondheidssituatie op latere leeftijd, zo stelt het SP-Tweede Kamerlid. Vandaar dat gemeenten zouden moeten investeren in consultatiebureaus (samen met bijvoorbeeld de GGD), schooltandarts (waarbij de gemeente m.n. de regisseursstoel zou kunnen vervullen en de zorgverzekering financiert) en analyse van het woningbestand (zijn er ziekmakende factoren, zoals bijvoorbeeld vochtige woningen, die schimmel veroorzaken).

Nadat de presentator van de avond – Paul Geurts, voorzitter van het comité NZF Horst aan de Maas – de gastsprekers had bedankt voor hun inbreng en het publiek voor haar komst werd de avond besloten met de conclusie dat er voor het comité werk aan de winkel is: voorstellen formuleren voor een preventief gemeentelijk zorgplan.

Zie ook: Zorg