Handelsovereenkomsten zoals CETA gaan niet zozeer over het afschaffen van de handelstarieven en handelsblokkades, deze zijn namelijk al minimaal. De verdragen hebben niets met vrijhandel te maken: het gaat over intellectuele eigendom en geschillenbeslechting; de grote begunstigden zijn waarschijnlijk farmaceutische bedrijven en bedrijven die overheden willen aanklagen.

Nederland moet het handelsverdrag met Canada, CETA, nog ratificeren. Op 6 november 2019 vond er over CETA een hoorzitting in de Tweede Kamer plaats. Belangrijkste bezwaar is het ‘Investor Court System‘ (ICS), een versie van de zogenaamde/zogenoemde “beslechting van geschillen tussen investeerders en staten” (ISDS).

Verdienmodel voor multinationals, kostenpost voor belastingbetalers

Geschillenbeslechting (ISDS, ICS) in internationale handelsverdragen lijkt steeds meer als verdienmodel te worden toegepast om multinationals rijk te laten worden ten koste van de gewone mensen.

Onder de Noord-Amerikaanse vrijhandelsovereenkomst NAFTA maakte farmaceutische gigant Eli Lilly gebruik van ISDS om 500 miljoen dollar aan schadevergoeding te eisen van Canada. Eli Lilly beweerde dat Canada hun “eigendom heeft onteigend”, wegens het niet toekennen van twee patenten.

Het probleem was dat Canada deze twee patenten had afgewezen omdat het bedrijf niet kon bewijzen dat de gepatenteerde medicijnen daadwerkelijk werkten. Na een duur proces van vele jaren verloor Eli Lilly zijn wereldvreemde poging om Canada een half miljard dollar te laten betalen voor het verwerpen van zijn zwakke patenten.

Voor internationale bedrijven zijn deze bedrijfsmodellen een loterij waarbij overheden nooit kunnen winnen. Dit laat zien waarom de ISDS-bepalingen zo’n probleem zijn, zelfs als regeringen uiteindelijk in het gelijk gesteld worden.

Dure medicijnen door handelsakkoorden

Een ander punt van kritiek is dat de intellectuele eigendomsbepalingen in CETA grote gevestigde ondernemingen lijken te bevoordelen, ten koste van middelgrote bedrijven en startups, die met innovatieve technieken waarde kunnen creëren voor de economie, en voor groei van de werkgelegenheid zorgen.

Ondanks de vele studies die de negatieve gevolgen voor de toegang tot geneesmiddelen tonen, blijven patentvoorstellen met negatieve gevolgen worden doorgedrukt in handelsakkoorden.

Maatregelen zoals de exclusiviteit van gegevens en uitbreidingen van de patenttermijn over geneesmiddelen worden gepusht door de farmaceutische industrie en gesteund door de regeringen van sommige lidstaten.

De EU heeft ISDS voor interne bilaterale overeenkomsten weer ingetrokken nadat het hoogste gerechtshof het ongeldig had verklaard. En ISDS is alweer uit de omvangrijke Aziatische handelsovereenkomst RCEP geschrapt, nog voordat deze van start is gegaan.

De teruggang van ISDS maakt deel uit van een grotere trend voor de investeringsbescherming en ICS die al enige tijd aan de gang is. Dat laat nog steeds veel giftige ISDS-clausules in oudere investerings- en handelsverdragen over, maar het tij is aan het keren.

Multinationals worden nog machtiger

Handelsverdragen als CETA versterken de macht van multinationals. De negatieve gevolgen van investeringsbescherming en ICS voor overheden en belasting­betalers worden steeds zichtbaarder. De normen voor bescherming van ons milieu staan hierdoor onder druk. Ook ligt misbruik van patent- en auteursrecht op de loer. Deze afspraken ondermijnen ons nationale rechtssysteem. Ze zorgen ervoor dat wij onze regelgevingen verplicht moeten aanpassen. Daarbij is investeringsbescherming ook niet nodig in een verdrag tussen twee goed ontwikkelde rechtsstaten.

CETA bevoordeelt de huidige multinationals ten koste van belastingbetalers en het MKB, onder andere door geschillenbeslechting via ISDS / ICS en oneerlijke intellectuele eigendomsbepalingen. Nederland heeft de mogelijkheid om CETA in de huidige vorm af te wijzen.

Toekomstige, transparante onderhandelingen moeten als uitgangspunt hebben: eerlijke handel, bescherming van mens en milieu, burgerrechten en vrije informatie.

CETA biedt naast bescherming voor Canadese bedrijven ook een sluiproute voor Amerikaanse bedrijven om een beroep te doen op de CETA-rechten.

In zijn satirisch programma riep Arjen Lubach al in 2015 op om ISDS uit het CETA verdrag te schrappen: