Fractievoorzitter Hannie Lutke Schipholt sloot vanavond de Algemene Beschouwingen af met een pleidooi voor een socialer en groener antwoord op de huidige problematiek van zoveel crises. Zo sprak ze: "Men kan de beschaving van een samenleving aflezen uit de manier waarop met de zwaksten wordt omgegaan."

Lees hier de volledige tekst van de beschouwing:

Voorzitter, inwoners van Castricum, collega raadsleden en college,

Onze beschouwing is dit jaar veel kritischer van toon dan de voorgaande jaren. In de eerste twee jaar van dit college waren we optimistisch. Wat is er na twee jaar bereikt in de uitvoering van het raadsprogramma? Waar lopen we achter?

De raad neemt deze kadernota met voornemens ter kennisgeving aan en neemt pas besluiten bij de uitwerking in de begroting. GroenLinks is tevreden met deze procedure. Laten we het voortaan altijd zo doen.

Voorzitter, naast de drie crises die we al hadden, werden we dit jaar geconfronteerd met een vierde crisis, de pandemie.

Door het Coronavirus zijn er ook in Castricum mensen ziek geworden en mensen overleden. We staan hierbij stil, en voelen mee met de nabestaanden. Daarnaast voelen veel ouderen zich eenzaam door de strenge regels van het verpleegtehuis of verzorgingshuis. We vragen ons af of het project voor eenzaamheidsbestrijding hier een antwoord op heeft. Sommige ondernemers en werknemers met onzekere contracten hebben het moeilijk. We zien ook dat mensen zich over het algemeen goed aan de maatregelen houden. Persoonlijk voelt het slalommen in de supermarkt nog steeds vreemd. Laten we vooral naar elkaar blijven glimlachen terwijl we dat doen, want we zitten allemaal in hetzelfde schuitje. Grimmig kijken maakt het niet beter. De tweede crisis die we zien is financieel. De tekorten op het sociaal domein zijn schrikbarend. Vorig jaar is er een greep uit de reserve gedaan. Nu dreigt de hele reserve opgeheven te worden. Dan hebben we geen buffer meer opzij staan voor dit specifieke doel. Die was nu juist nodig om klappen te kunnen opvangen en de hulp aan kwetsbare mensen te kunnen blijven garanderen. Het argument voor opheffing is dat we de algemene reserve hebben. Maar die is vooral het terrein van het college. Om als raad goed grip te hebben op de uitgaven zijn juist bestemmingsreserves nodig. Zoals we die voor wel meer zaken hebben.

Voorzitter, men kan de beschaving van een samenleving aflezen uit de manier waarop met de zwaksten wordt omgegaan.

GroenLinks vindt dat er een reserve sociaal domein moet zijn voor de mensen die nauwelijks de eindjes aan elkaar kunnen knopen, of voor wie de kwaliteit van leven ernstig onder druk staat. We kunnen niet riskeren dat we straks geen vervoer meer hebben voor ouderen en mensen met een beperking. Of dat jongeren met problemen niet meer goed geholpen kunnen worden om hun leven weer op de rails te zetten. Verschillende gemeenten in het land weigeren al te bezuinigen op het sociaal domein, zolang het rijk niet met een reëel budget komt. Laten we ons daarbij aansluiten.

Ook vragen we aandacht voor de pittige administratieve last voor zorgaanbieders. Zij moeten voor iedere gemeente andere formulieren invullen. Hulpverleners besteden die tijd en energie liever aan hun cliënten. Hier is een gezamenlijke motie voor ingediend. Vergelijkbare moties zijn al aangenomen in Alkmaar en andere plaatsen in de regio, dus dat stemt hoopvol.

De derde crisis is de woningnood. Nog altijd…. Een actievere opstelling van het gemeentebestuur is noodzakelijk om de woningnood te bestrijden. Neemt u, college van de gemeente Castricum, een voorbeeld aan de liberale minister Hendrik Goeman Borgesius. Hij legde de basis voor de volkshuisvesting in Nederland, met een grote rol voor de overheid. Wat ons betreft een held!

Na zijn woningwet van 1901 is helaas stapsgewijs steeds meer marktwerking ingevoerd. Vooral voor de beschikbaarheid van sociale huurwoningen en middeldure woningen bleek dat funest. Particuliere ontwikkelaars willen nu eenmaal vooral dure woningen bouwen. Dus jonge woningzoekers kunnen nu geen wooncarrière beginnen, gescheiden ouders met kinderen worden de gemeente uit gejaagd. Terwijl onze gemeente vergrijst. Ons voorzieningenniveau en de leefbaarheid kunnen we alleen behouden met een evenwichtige leeftijdsopbouw.

Ook het huisvesten van vergunninghouders is in de knel gekomen. We hebben in heel 2019 geen vergunninghouder aan een woning geholpen, terwijl dit gewoon een landelijke verplichting is. De provincie heeft onze gemeente terecht op de vingers getikt. Flexwoningen zijn voor hen ook helemaal geen goede oplossing. Zij hebben de stabiliteit van een normale woning in een woonwijk nodig.

Het college in Castricum doet niets voor de woningzoekenden die dat het hardst nodig hebben

Tot slot is er de klimaatcrisis. Dit is de belangrijkste, omdat die de grootste langetermijnrisico’s inhoudt. Al gaan sommigen liever even een kopje koffie drinken, het is de grootste uitdaging voor de komende decennia. Castricum is echt traag op dit gebied. Het college laat nota bene de keuze voor een magere basis-ambitie open. Maar we moeten naar een dubbel-plus ambitie toe. We kunnen met windmolens in Castricum een substantieel deel van ons eigen energiegebruik opwekken. Dat is een stuk voordeliger dan alleen zonne-energie. We zien daar mogelijkheden voor op plekken waar mensen er nauwelijks last van hebben.

De coronacrisis verstoorde helaas gedeeltelijk het participatietraject voor de klimaattransitie. De burgertop die we als raad op 1-na unaniem wilden, kon niet doorgaan. Het plan voor die top was een mooie mengeling van vermaak en informatie. Nu wordt de warmtevisie besproken met alleen maar grijze mannen. En die zijn me zeer lief hoor, en ik waardeer hun inzet enorm, maar ze zijn geen afspiegeling van de bevolking. GroenLinks hoopt dat er een goed alternatief komt voor de burgertop, en voor participatie in het algemeen.

Tot slot: Deze kadernota wordt een beleidsarm stuk genoemd terwijl er wel degelijk politieke keuzes gemaakt worden. Het mag niet zo zijn dat sluipenderwijs politieke keuzes voor neutraal worden aangezien. Dat er een beleidsrijke kadernota ligt vinden we prima, maar noem het dan niet beleidsarm. De coronacrisis rechtvaardigt niet dat de democratie wordt ondermijnd. Er moeten principiële, en dus politieke, keuzes worden gemaakt. (Welke dat zijn, heb ik u zojuist verteld.)

Dank voor uw aandacht, dank u, voorzitter