#DenHelder #coffeeshop Buurt niet blij met het verzoek voor een coffeeshop aan de Industrieweg in Den Helder Suzanne Rijnja DEN HELDER Bedrijven en buurtbewoners aan de Industrieweg zijn niet blij met het principeverzoek voor een coffeeshop in de straat. Ze zijn bang voor de overlast die de winkel met zich mee zou kunnen brengen. Het gaat om het huis dat momenteel als woonhuis dient, tussen Bakker Brandstoffen en Bo-rent. Een principeverzoek is een zogenaamde ’conceptaanvraag’ en gaat vooraf aan een officiële vergunningaanvraag. Geen aanwinst „Het echtpaar dat nu in het huis woont, wil er weg. Het bestemmingsplan is in de tijd dat zij er wonen aangepast; er moet nu een bedrijf in komen”, vertelt Kees Buzink, filiaalleider van Bo-rent. „Belachelijk dat dat nu een coffeeshop moet worden. Wat moet dat hier nu? Het doet niet veel goeds voor de straat, boven een coffeeshop hangt toch een soort waas van illegaliteit.” Ook Marc Bakker van Bakker Brandstoffen is van mening dat de coffeeshop afbreuk zou doen aan de straat. „Een coffeeshop is geen aanwinst voor de straat. Niet in een woonwijk, maar ook op een bedrijventerrein waar iedereen zijn spulletjes netjes wil aanbieden.” Aan de straat zijn voornamelijk bedrijven gevestigd, maar ook een aantal woonhuizen. „Met betrokkenen wordt niet echt duidelijk gecommuniceerd. Afgelopen vrijdag hoorde ik dat de boel verkocht was en op zaterdag vertelde de buurman dat het om een coffeeshop zou gaan”, vertelt buurtbewoner Ber Quispel. Dat de coffeeshop niet in een andere woonwijk komt, ligt volgens hem aan het feit dat er minder mensen op de Industrieweg wonen. „De vraag is wat het gaat doen met de straat. Ik wil binnenkort een even langs de Koningstraat fietsen om te kijken hoe het daar gaat. Ik heb hier geen ervaring mee. Kunnen wij straks nog gewoon naar buiten toe?” Rondhangen „Het moet om een soort afhaalpunt gaan, maar geheid gaan er mensen hier roken. Ik ben hier bewust voor mijn rust gaan wonen, maar straks heb ik die rooklucht misschien wel in mijn tuin”, zegt een andere omwonende, die liever niet met zijn naam in de krant wil. „En een coffeeshop mag niet te dicht bij een school. Maar wel bij een kinderdagverblijf? Die zit hier aan de overkant.” Bakker: „We zijn vooral bang voor de overlast. En we willen natuurlijk ook niet dat de coffeeshop onze klanten afschrikt.” Met de overlast doelt Bakker voornamelijk op de coffeeshop-klanten. „Waar ik tegenop zie zijn al die scootertjes, auto’s die hard rijden en bezette parkeerplekken die ook voor onze klanten zijn. Ik wil de klanten overigens niet over een kam scheren, er zitten er vast ook bij die alleen wat afhalen en vervolgens weer weg zijn.” Daarnaast roept het bij Bakker de vraag op waar de klanten dan bijvoorbeeld een joint gaan roken. „Voor de deur van de coffeeshop? Voor onze deur? Verderop in het park? Of bij de skatebaan, waar ook vaak kleine kinderen zijn?” Buzink trekt ook zijn twijfels. „Wij gaan om vijf uur dicht, maar vragen ons als we ’s avonds thuis nog af wat er gebeurt in de straat.” Volgens de anonieme omwonende zouden de buren dienen als sociale controle. Buzink is daar ook van op de hoogte. „Waarom zouden zij moeten dienen als een soort sociale controle, ook al hebben er helemaal geen goed zicht op. En waarom zouden zij die verantwoordelijkheid ook moeten hebben?” Woensdag aanstaande om twee uur gaat de buurt in gesprek met de gemeente over de coffeeshop. Het huis waar de coffeeshop zou moeten komen, met rechts de Bo-rent en links Bakker Brandstoffen (niet op de foto). © HMC/ Suzanne Rijnja