GroenLinks stelt vragen over werkdruk jeugdzorgwerkers. Eind april verscheen een onderzoek van het CBS waarin werd aangegeven dat de druk in de zorg hoog is en met name onder de jeugdzorgwerkers. Volgens recente cijfers ontvangt landelijk gemiddeld bijna 1 op de 10 jongeren jeugdhulp. Ook is sinds de decentralisatie binnen het Sociaal Domein het aantal jongeren met jeugdhulp gestegen met 13%. De zorgvraag onder jongeren in Hoogeveen ligt gemiddeld zelfs hoger dan in Drenthe en landelijk. De vakbonden FNV en CNV Zorg en Welzijn eisen meer geld en stellen een ultimatum aan Minister de Jonge om met geld over de brug te komen omdat er anders stakingen dreigen. Dit ultimatum eindigt 1 juni aanstaande. Ook verscheen een open brief van de VNG waarin de zorgen werden geuit over deze ontwikkelingen en de VNG aangaf serieus te overwegen de taken terug te leggen bij het Rijk, als er niet meer geld bij komt. Fractievoorzitter Catharina van Hien van GroenLinks stelde mondelinge vragen aan het college naar aanleiding van de recente ontwikkelingen en gebeurtenissen. De vragen gingen over de werkdruk onder de jeugdzorgwerkers in Hoogeveen, de verwachte invloed van de komende bezuinigingen in het Sociaal Domein en de reactie van het college op de open brief van de VNG. Wethouder Vos gaf aan dat bekend was dat de werkdruk onder eigen jeugdzorgmedewerkers hoog is en dat daar oog en aandacht voor is. Voor zover men bekend was met de werkdruk bij de zorgaanbieders, probeert men daarin bij te staan met adequate maatregelen. Aangaande het effect van de komende bezuinigingen op de werkdruk, gaf Vos aan dat het college zich beraadt op maatregelen voor betere zorg tegen lagere kosten. Het college vond de open brief van de VNG ongebruikelijk, maar erkent de inhoud en staat volledig achter de brief. “De uitgaven zorgen voor een onevenredige druk bij de gemeenten. Het kan niet zo zijn dat de hoge kosten eenzijdig bij de gemeente wordt neergelegd, hierdoor stagneren mogelijke ontwikkelingen bij de gemeente”, aldus Vos. GroenLinks toonde zich tot dusver tevreden met de gegeven antwoorden en wacht verdere ontwikkelingen af.