Eerder maakten we al nader kennis met raadsleden Marleen en Rembrandt, deze keer is de beurt aan raadslid Alex Friso. Wie is hij, wat zijn zijn drijfveren en hoe ervaart hij zijn werk als raadslid? Lees snel verder!

Wie ben je?

Ik ben Alex Friso, ben 32 jaar en ik ben 14 jaar geleden in Leiden komen wonen om Geschiedenis te gaan studeren. Tijdens mijn studie zat ik in het bestuur van SSR en was ik voorzitter van de studentenraad. In die tijd werd ik ook actief bij GroenLinks en werd ik uiteindelijk duo-raadslid in de Leidse gemeenteraad. Na mijn afstuderen heb ik acht maanden door Zuid-Amerika gereisd, terwijl de gemeenteraadsverkiezingen van 2018 steeds dichterbij kwamen. Uiteindelijk heb ik onderweg besloten me te kandideren. Nu zit ik dus al sinds april in de gemeenteraad van Leiden. Daarnaast werk ik bij het LAKS, het Landelijk Actie Komitee Scholieren. Zij hebben een bestuur van scholieren, maar die worden ondersteund door beleidsmedewerkers, die ze helpen om zo effectief mogelijk op te komen voor de belangen van scholieren.

Wanneer ben je lid geworden van GroenLinks en waarom?

Ik ben rond 2009 lid geworden van GroenLinks. In eerste instantie vooral uit nieuwsgierigheid naar hoe een politieke partij werkt. Op een gegeven moment kwam Ashley, met wie ik al had samengewerkt, in de gemeenteraad en die benaderde mij om zijn duo-raadslid te worden. Als duo-raadslid voer je het woord op bepaalde onderwerpen in commissies waar besluiten worden voorbesproken, maar voer je niet het woord in de gemeenteraad zelf. Op die manier heb ik al een beetje ervaren hoe het werk eruit zag.

Bij GroenLinks vond ik al mijn idealen terug. Solidariteit, aandacht voor milieu en klimaat en ook een bepaalde vrijheid om vooral jezelf te zijn. Gaandeweg ben ik ervan overtuigd geraakt dat de combinatie van die idealen bij GroenLinks uniek is. Ook is GroenLinks een diverse club van mensen, wat ik zelf erg interessant vind. Mensen die soms veel idealistischer zijn dan ik en mij op die manier scherp kunnen houden. In een goede politieke partij moeten fundamentele discussies gevoerd kunnen worden. Daarvoor moet een partij ook leden hebben met radicalere idealen die je dwingen om na te denken over je eigen grondslagen en idealen.

Je ziet jezelf dus niet zo heel erg radicaal?

Ik denk dat ik door de jaren heen wel idealistischer of radicaler ben geworden. Door politiek actief te zijn heb ik wel beter inzicht gekregen in hoe je dan die dingen kan bereiken en idealen te koppelen aan wat realistisch en mogelijk is. Ik ben ervan overtuigd geraakt dat er meer fundamentele verandering nodig zijn in onze economie en maatschappij dan kleine koerswijzigingen. Tegelijkertijd moet je je realiseren dat je die niet altijd kan bereiken in de gemeentepolitiek.

Laatst gaf je je maidenspeech, welke boodschap probeerde je mee te geven?

Ik heb verteld hoe ik in de politiek sta en hoe ik de politiek zie in het algemeen, om dat vervolgens te vertalen naar lokaal. Het onderwerp was de herontwikkeling van het Pesthuis, en ik heb geprobeerd dat te koppelen aan wat punten over hoe ik mijn raadslidmaatschap invulling wil geven. Het was leuk om nu eindelijk zelf te kunnen speechen in de raad, want ik stond al vier jaar vanaf de zijlijn toe te kijken als duo-raadslid. Ik had veel zin om nu zelf aan de slag te kunnen.

Wat vindt je het leukste aan raadslid zijn?

Ik heb de meeste lol in het debatteren en het proberen om anderen mee te krijgen met mijn eigen ideeën. Dat zit hem vaak niet in het overtuigen van mensen met argumenten, want over het algemeen zijn posities wel redelijk ingenomen, maar wel in het zo formuleren van voorstellen dat deze voor mensen acceptabeler worden. De juiste woorden vinden, vind ik altijd leuk om op te puzzelen. Maar ook het echte debatteren, zoals het doorvragen op de standpunten van anderen.

Wat is jouw rol binnen de Leidse GroenLinks fractie? Welke taken heb je bijvoorbeeld?

Mijn portefeuille is stedelijke ontwikkeling, dat gaat vooral over bouwen en wonen. Dit doe ik samen met mijn collega Gebke van Gaal. Onderling hebben we het zo verdeeld dat bij mij net wat meer de focus ligt op woonbeleid. Daarnaast hebben we ook een fractiebestuur ingesteld. In dit bestuur proberen we de dagelijkse gang van zaken wat te stroomlijnen en let ik extra op het groepsgevoel. Samen met Lonneke, onze communicatiemedewerker, houd ik me ook bezig met de communicatie en proberen we net wat meer lijn en professionaliteit in de communicatie te krijgen. Dit is vooral sociale media en de website. We proberen zoveel mogelijk naar buiten te brengen als er wat speelt in de raad en te laten zien waar we allemaal mee bezig zijn. Een mooi voorbeeld is het begrotingsfilmpje wat we hebben laten maken, om in de kijker te zetten wat GroenLinks allemaal bereikt. Omdat we nu in het stadsbestuur zitten, heeft het beleid veel meer een GroenLinks stempel dan in de jaren daarvoor en dat willen we graag zoveel mogelijk laten zien.

Waar ben je nu het meest mee bezig in je portefeuille?

Gebke en ik hebben de lopende bouw- en ontwikkelprojecten in de stad verdeeld. Een voorbeeld van een project waar ik nu mee bezig ben is het Energiepark, waar nu nog de oude NUON-centrale ligt. Daar ligt nu een interessant plan van een groep die daar vooral culturele bestemmingen wil maken. Er leven ook zorgen bij omwonenden. Daarom gaat de gemeente voor dat gebied nu een nieuwe visie ontwikkelen waar iedereen over mee kan denken. Ik was onder andere bij de aftrapsessie daarvan. De andere portefeuille is het woonbeleid. Een voorbeeld van wat daaronder valt zijn de maatregelen in verband met verkamering, het fenomeen dat een huis wordt opgedeeld in meerdere studentenkamers. Het kan voor individuele gevallen een goede oplossing zijn, maar ook een probleem worden wanneer de constructies onduidelijk zijn en de woning overlast veroorzaakt in de buurt. Het college is nu bezig met het ontwikkelen van nieuw beleid op het onderwerp verkamering en in de commissie hebben we net besproken welke maatregelen wel of niet goed zijn. Daaraan voorafgaand heb ik uitgezocht welke maatregelen andere steden treffen en of ze werken en ook contact gehad met GroenLinks-raadsleden in andere steden. Op die manier probeer ik een beeld te krijgen wat wel en niet goed werkt en wat de voordelen en nadelen zijn van die maatregelen.

Je woont nu 14 jaar in Leiden. Heb je daardoor een andere kijk op het woningbeleid in Leiden, ook omdat je student ben geweest in Leiden?

Ik kan goed uit mijn eigen ervaring spreken, maar de situatie 14 jaar geleden voor studenten was wel anders dan dat het nu is. De woningmarkt voor studenten staat steeds meer onder druk. Maar omdat ik nu ouder ben, kan ik me ook wel meer vinden in de andere kant. Ik begrijp dat mensen willen dat hun woonwijk een woonwijk blijft. Het probleem is dat er heel veel groepen in Leiden zijn die moeilijk aan een woning kunnen komen, naast studenten natuurlijk ook starters. Dat zie ik ook in mijn omgeving. Bijna geen van mijn vrienden kan nu een huis kopen omdat het zo ontzettend duur is. Dan helpt het ook niet als starterwoningen worden omgebouwd tot studentenwoningen. Ook sociale huurwoningen hebben veel te lange wachtlijsten van gemiddeld 6 à 7 jaar. In al die groepen kan ik me inleven, maar er moeten wel keuzes gemaakt worden op welke groepen we ons richten. In het beleidsakkoord worden deze keuzes gemaakt, zo bouwen we flink veel bij voor studenten maar ook sociale huurwoningen.

Welke GroenLinks-waarden kun jij in je portefeuille stoppen?

Ik dacht eerst dat wonen vooral praktisch was en niet zo erg idealistisch. Maar eigenlijk heeft het een heel sterk groen en sociaal component. De keuzes die je maakt, bijvoorbeeld welke soort huizen je gaat bouwen, hebben een directe invloed op de bereikbaarheid van woningen. Als je je realiseert dat er heel veel woningen bijgebouwd moeten worden om de prijs omlaag te kijken, dan gaat ook het groene aspect een rol spelen. Leiden is een behoorlijke verdichte stad. We willen het groen dat we hebben behouden en uitbreiden, terwijl we verdichten. Daarnaast willen we ook inzetten op duurzaam bouwen. Gebouwen moeten energiezuiniger of -neutraal worden en groen moet door  bijvoorbeeld daktuinen onderdeel van bouwplannen zijn. Tot voor kort was het college al blij als een ontwikkelaar wat wilde bouwen in Leiden, maar nu stellen we wel de eis dat die ontwikkelaar ook wat moet toevoegen aan Leiden.

Laatst is de begroting gepresenteerd. Wat stond daarin waar jij blij van werd?

De begroting is eigenlijk een uitwerking van de thema’s van het coalitieakkoord. Wat ik daarbij op mijn portefeuille het meest tastbare of mooiste punt vind, is dat 30% van de nieuwe woningen die bijgebouwd gaan worden sociale huurwoning gaat worden. Dit is een flinke verhoging vergeleken met het streefcijfer hiervoor en moet er gaan voor zorgen dat de wachtlijsten korter worden. Mensen met minder geld kunnen zo sneller een fatsoenlijk huis gaan krijgen. Een concreet voorstel dat ik zelf deed en dat is aangenomen, is dat de Garenmarkt waar de parkeergarage nu gebouwd wordt, de bovenkant, het plein zelf, nu mooi en groen wordt ingericht. Daar is nu met omwonenden een mooi plan voor gemaakt. Nog steeds werd de optie opgehouden om daarop alsnog te gaan parkeren, maar het is ons gelukt om aangenomen te krijgen dat het parkeerplaatsvrij wordt en groen wordt ingericht.

Met zoveel lopende projecten in Leiden, lukt het dan nog de burger bij de ontwikkeling hiervan betrokken te laten raken.

Dat proberen we steeds meer bij de ontwikkeling van de plannen voor bouwprojecten. Dit is iets waar dit college bewust voor heeft gekozen. Het beleidsakkoord heet niet voor niets ‘Samen maken we de stad’. Er moet nu echt veel gaan gebeuren in de stad wat betreft bouwen en mobiliteit en daarom is het echt belangrijk om nu alle ideeën daarover op te halen en ook iedereen daarover mee te laten praten. Uiteindelijk worden besluiten daar ook veel beter van. Dit betekent niet dat iedereen altijd zijn zin krijgt, maar wel dat we zoveel mogelijk meningen horen en afwegen. Een ander mooi voorbeeld, waar vooral Gebke veel mee bezig is, is dat we nu aan het werk zijn met de langetermijnvisie van Leiden voor 2040. De nieuwe omgevingswet regelt alles wat mag op het gebied van bouwen en ruimtelijke ordening op een andere manier. Dit grijpen we niet alleen aan om de huidige juridische situatie te vervangen, maar ook echt met de stad een soort visie te ontwikkelen waar we naartoe willen. Op die manier bouwen we met een visie en kunnen we ook dingen over beleidsterreinen heen beter gaan combineren.

Hoe blijf jij in contact met jouw kiezers, de achterban van GroenLinks?

Voor mij zit het er vooral in het direct contact zoeken. Ik ga zoveel mogelijk naar avonden en bijeenkomsten. Op die manier kom ik in contact met mensen die een mening hebben over bouwplannen. Ook ben ik altijd te bellen en te mailen en altijd bereid voor een kopje koffie of een ander drankje. Met sociale media doe ik niet zoveel, omdat ik denk dat een direct gesprek beter werkt dan berichtjes van een paar tekens. Dat kost wat meer tijd, dus misschien bereik je daar minder mensen mee, maar ik denk dat de kwaliteit van de gesprekken die je dan hebt wel veel beter is. Ik zit natuurlijk niet in de raad om alleen maar mijn eigen mening te verkondigen, dus als inwoner van Leiden probeer ik zoveel mogelijk signalen uit de Leidse samenleving op te pikken.

Wat wil je graag bereikt hebben aan het einde van je termijn?

Ik heb niet echt een eigen lijstje punten die ik bereikt wil hebben over drie jaar, want het huidige beleidsakkoord is al behoorlijk GroenLinks. Mijn prioriteit zal er vooral in liggen dat dat ook gerealiseerd gaat worden. Op mijn portefeuille zijn het wel zaken van de lange adem, maar ik hoop dat het lukt om de wachtlijsten voor de sociale huurwoningen te laten teruggelopen en wijken waar nu gebouwd wordt en openbare ruimte op te knappen. De koers die nu wordt uitgezet, daar gaat Leiden veel van profiteren. Ik zou het leuk vinden dat als ik over 20 jaar door Leiden fiets ik daar wat van terugzie.

 

Door Bas Bouman