Roshano Dewnarain (17) is een jongeman die veel om handen heeft. Vwo-6 is net afgerond met een lijst met 16 vakken, waar normaal 9 volstaan. ‘Het is net geen cum laude’, verzucht hij. Zijn volgende stap is ook bekend: geneeskunde studeren aan de RUG en in de avonduren filosofie. Hij wil een bijdrage leveren aan de samenleving, maar de essentiële en existentiële onderliggende (levens)vragen zijn mogelijk veel interessanter. Nadenken over de wijze waarop de samenleving verbeterd kan worden.

Weten waar je het over hebt

Reeds op negenjarige leeftijd bracht Roshano ideeën naar voren bij zijn juf over de inrichting van het onderwijs. Met lichte verwondering kijkt hij terug op die tijd. ‘Er werd naar mij geluisterd, hoe jong ik ook was. Mijn ideeën werden door de school serieus genomen.’ Het groter geheel is ook van belang in de politiek. Politici hebben vooral kennis nodig, pas dan kun je alles overzien, een mening vormen en ventileren. Als negatief voorbeeld noemt hij Thierry Baudet, die onbewezen stellingen over de stikstofneerslag debiteert. Roshano begrijpt niet dat mensen (politici) iets beweren zonder van de hoed en de rand te weten: ‘De politicus is volksvertegenwoordiger en móet daarom kennis vergaren.’

Actief ‘baasje’

Roshano is bepaald geen stilzitter. Om er iets uit te lichten, zijn bedrijf ‘Hulp Bij Leren’. Het begon met enkele kinderen die van hem bijles kregen; toen ontdekte hij dat kinderen uit armere gezinnen niet in aanmerking komen voor bijlessen. Dat is veel te duur. Roshano vindt dat ieder kind gelijke kansen moet hebben in het onderwijs. Omdat het nog wel even duurt voordat het onderwijssysteem helemaal ten goede verandert, nam hij met zijn bedrijf contact op met enkele basisscholen en het Aletta Jacobs College in Hoogezand. Nu krijgen diverse kinderen uit probleemgezinnen de gelegenheid om tegen een zeer geringe vergoeding bijles te krijgen. Dit bedrijf wil Roshano verder uitbreiden met (ex-)medescholieren. Ondertussen denkt hij erover na hoe de onderwijsstructuren gewijzigd kunnen worden, zodat alle kinderen gelijke kansen hebben. En daarmee komt hij weer terecht bij ‘zijn’ filosofie en bij het middel om dit te realiseren: de politiek. Roshano beseft dat de politiek belangrijk is om iets klaar te krijgen, maar de politiek is het niet het allesomvattend bestuursorgaan. Ook daar wil Roshano ‘iets’ mee.

Hoe kom je bij GroenLinks?

‘Groen is de zorg voor natuur en aarde, links staat voor gelijke kansen en gelijkwaardigheid. GroenLinks benadert de samenleving generalistisch en heeft waarden die ik van jongs af aan meekreeg in de Hindoeïstische cultuur. Ik oriënteerde mij op de GroenLinks website van Midden-Groningen. Niet geheel toevallig ontmoette ik een van de commissieleden, Silvia Poel, en zij nodigde me uit voor het bijwonen van een fractievergadering. Sinds november bezoek ik deze regelmatig. Ik zeg daar niet zoveel, luister des te meer. Inmiddels ben ik de GroenLinks DMM (Digitale Media Manager) voor Midden-Groningen en verzorg alle digitale communicatiemiddelen. De content moet van een redactie komen die ik in het leven wil roepen. Zo leer ik ook meer van het politieke raadswerk. Ik heb inmiddels een plan gemaakt voor een digitale campagne, waarbij het er vooral om gaat veel mensen te bereiken.’ Zijn plan is het leven ingegaan met de ondertitel ‘informeren, in plaats van overtuigen’.

Jongeren aantrekken

In zijn korte tijd bij GroenLinks heeft hij onlangs een voorstel gedaan om jongeren meer te betrekken bij de samenleving. De aanleiding was de oproep aan jongeren van premier Rutte om ideeën te leveren voor de omgang met corona. GroenLinks Midden-Groningen pakt samen met Roshano de handschoen en benadert scholen, jongerenwerk en sportverenigingen. Digitale middelen spelen daarbij een doorslaggevende rol.

Wat boeit je niet?

De vraag is aan een leergierig iemand als Roshano niet besteed: ‘Het een vind ik interessant en het ander vind ik interessanter.’ Hij heeft zijn eigen visie op de mens. ‘Een belangrijke eigenschap - zeker voor een politicus - is het vermogen tot zelfreflectie. Plus: je moet hulp van anderen die meer kennis hebben dan jij, kunnen accepteren. Je hebt de ander nodig en je moet het samen doen.’ Wijze woorden van een zeventienjarige.