Zoals vermoedelijk voor velen in Nederland was zondag 15 maart voor mij een rare dag. Mijn vrouw Monique bij onze dochter Emma in Londen, niet wetend of ze nog terug kon (gelukt, dank u), en ik aan de wandel tussen Vorden en Ruurlo. Aan te raden, landelijk Oost-Nederland op zijn best. Aan het begin een restaurant, open als je je aan regels houdt. Rond 17.30, denkend aan even eten in Ruurlo het bericht “Horeca om 18.00 dicht”. Terug met een streekbus die nog normaal rijdt, zij het met rood-wit lint achter de chauffeur. Door een uitgestorven Deventer binnenstad naar huis. Daarna wat voor velen geldt: thuiszitten, digitaal nog wat werken, klusjes. Ik voel me bevoorrecht: we hebben een huis op het Duitse platteland, net achter Twente, met onderhoudsbehoefte bij zowel huis als tuin. Bos erachter, dus coronavrije ommetjes.

Nieuw normaal?

Wat me bezighoudt: als het weer normaal is zal dat een “nieuw normaal” zijn. Er zullen dingen gaan schuiven, veranderen, maar welke en in welke richting? Denk aan vragen als:

Kan een deel van het onderwijs permanent digitaal? Welk deel en voor wie, benadeelt het kinderen uit kansarme milieus niet? Hoeveel zakelijke contacten kunnen ook niet, korter of digitaal plaatsvinden? Financiële regelingen voor deeltijdwerkloosheid, flexwerkers, ZZP-ers: misschien geeft dit discussie over basisinkomen een boost? Hebben we 1000 festivals per jaar nodig, is thuisblijven niet ook leuk? Misschien blijft iets van de huidige waardering voor de zorg hangen en betaalt zich dat ook uit voor de medewerkers?

Het lijkt me een mooie opgave voor het onvolprezen Trendbureau Overijssel. Helemaal mooi als dat zich dan zou toespitsen op onderwerpen waar de provincie een rol bij heeft en wat er aan die rol kan veranderen. En daar dan een mooi politiek debat over.

Allen alle goeds en vooral gezondheid toegewenst!