Raadslid Peter Henssen van het CDA stelde samen met Wim Clerx onlangs kritische vragen aan het College van B&W over veel klachten en feiten m.b.t. milieuhinder en overlast van bomen in de hele gemeente Sittard-Geleen. Bijgaande treft u de antwoorden aan die mogelijk nog een vervolg gaan krijgen. Hieronder het antwoord op deze vragen van het college van burgemeester & wethouders. Geachte heer Henssen, In uw brief van 13 juli 2018 geeft u aan dat raadsleden en raadsfracties regelmatig en al langere tijd worden aangesproken over klachten en feiten met betrekking tot milieu, hinder en overlast van met name de lindebomen binnen de gemeente Sittard-Geleen. U stelt vragen over het behoud van en het onderhoud aan de Lindebomen. In deze brief worden deze beantwoord. Vraag 1: Bent u op de hoogte van de geschetste overlast. Zo ja, is dit probleem al eens eerder in de collegevergadering aan de orde geweest? Zo nee, er zijn al veel brieven door inwoners naar het college verstuurd zo wordt verteld. Wat is hierop eerder geantwoord. Antwoord Ja, we zijn op de hoogte van de geschetste overlast die bomen kunnen veroorzaken. Het college van Burgemeester en wethouders en de gemeenteraad hebben - als reactie op ingekomen brieven en meldingen over overlast van bomen • op 23 mei 2013 het Bomenbeleidsplan vastgesteld. Met dit beleidsplan worden kaders gecreëerd waarmee problemen met bomen worden aangepakt. Op basis van de kaders als omschreven in het Bomenbeleidsplan heeft het college op 5 november 2013 het Bomenbeheerplan vastgesteld. Op 16 juni 2015 heeft het college het “Uitvoeringsplan Bomen” vastgesteld. Dit kan gezien worden als een aanvulling op het Bomenbeheerplan. De ingekomen brieven en meldingen zijn afgedaan met inachtneming van de vastgestelde beleidskaders. Vraag 2: De lindebomen zijn ruim 50 jaar oud en qua omvang veelal te ver uit hun jasje gegroeid. Het snoeien gebeurt slechts een maal in de zeven jaar. Ben u het met ons eens dat dit onveilige situaties voor de omgeving en het milieu oproept? Zo ja, wat gaat u hieraan doen. Zo nee waarom niet? Antwoord We hebben in de gemeente lindebomen in alle maten en soorten en van alle leeftijden. Afhankelijk van soort en groeiplaats kunnen lindebomen gemakkelijk 80 jaar of ouder worden. Dat (linde-) bomen na 50 jaar “uit hun jasje gegroeid zijn” kan niet algemeen gesteld worden. Dit is geheel afhankelijk van de groeiplaats! Het klopt dat volwassen bomen met een cyclus van zeven jaar gesnoeid worden. Het snoeien met die frequentie levert geen onveilige situaties op. Ons bomenbestand wordt regelmatig geïnspecteerd op veiligheid en de aanwezigheid van dode takken e.d. Waar nodig worden aanvullende maatregelen getroffen. We bestrijden dat lindebomen een onveilige situatie voor het milieu kunnen veroorzaken. Vraag 3: Gezien de overlast op auto’s, kozijnen en deuren van huizen maar zeker ook op de straat en stoep waardoor plak ontstaat zijn zeer veel inwoners ontevreden over deze bomen. Hoe gaat u in het kader van burgerparticipatie hiermee om? Antwoord Bomen geven in bepaalde perioden van het jaar altijd in meer of mindere mate overlast. Hoe we omgaan met en communiceren over deze overlast staat vermeld in het Bomenbeleid- en Bomenbeheerplan. Het klopt dat een deel van de bewoners wel eens klaagt over overlast van bomen. Er zijn echter ook veel bewoners die deze overlast weten te relativeren en de grote voordelen van bomen in een bebouwde omgeving wel weten te waarderen. Draagvlak vinden op wijk- of straatniveau is hier het sleutelwoord. Als voorbeeld in dit kader mag het uitvoeringsplan bomen voor de Meeuwenlaan in Geleen dienen. Met de bewoners van deze straat zijn we anderhalf jaar in overleg geweest over de vraag hoe om te gaan met de lindebomen in deze straat. Een deel van de bewoners wilde de lindebomen behouden, een ander deel wilde de bomen vanwege de hinder vervangen. Zo hebben we een eerste bewonersavond georganiseerd waarin we in een open discussie de mate van overlast en mogelijke oplossingsrichtingen hebben besproken. Met een enquête hebben we in vervolgens de bewoners naar hun mening gevraagd en eventueel zelf voorstellen aan te dragen. De input is tijdens een 2e bewonersavond uitgebreid besproken. Dit heeft geleid tot een tweetal inrichtingsopties die we vervolgens weer in een nieuwe enquête hebben voorgelegd aan de bewoners. De uitslag van deze enquête is schriftelijk gecommuniceerd. Met een derde enquête hebben de bewoners tenslotte de boomsoort bepaald voor de herinrichting van een deel van de Meeuwenlaan. Deze werkwijze van burgerparticipatie wordt sinds 2014 standaard toegepast bij vergelijkbare situaties waarin het vervangen van bomen een optie is. Vraag 4: Zeer veel inwoners voelen zich betrokken bij onze gemeente. Echter ze hebben het gevoel dat ze niet worden aangehoord indien ze voorstellen doen en oplossingen aandragen. Herkent u dit? Zo ja wat heeft u hiermee gedaan. Zo nee, wat gaat u hiermee doen? Antwoord Nee. Realistische en betaalbare plannen en voorstellen die passen in de uitvoerings- en beleidskaders van onze gemeente en waarvoor voldoende draagvlak is zullen altijd in overweging genomen worden. Vraag 5: Zijn er nog plannen voor het vervangen van overlast zijnde linde- en overige bomen? Zo ja wanneer wordt dit opgepakt? Antwoord Ja, bij IBOR- en BSW- projecten wordt al meer dan 10 jaar ook de situatie van het groen en aanwezige bomen beoordeeld, gewogen en besproken met bewoners en belanghebbende partijen. Los van deze integrale projecten wordt in de beleidsplannen zoals aangehaald in het antwoord op vraag 1 aangegeven hoe en wanneer het vervanging van bomen in een straat aan de orde is. Sinds 2014 hebben we in dit kader in meer dan 60 straten maatregelen getroffen. Wij hebben de intentie deze werkwijze door te zetten. Vraag 6: Kunt u toezeggen dat we toekomstgericht betere keuzes maken v.w.b. planten van nieuwe bomen. Hierbij vooral kijkende naar mogelijke overlast van sappen maar ook forste uitloop van takken en wortelgroei, die trottoirs en rioleringen fors beschadigen? Antwoord Ja, in het vastgestelde bomenbeleidsplan is bepaald dat we voor toekomstige aanplantingen “de juiste boom op de juiste plaats” willen hebben. Bij de keuze voor de toe te passen soort hanteren we de stelregel dat de boom in de nieuwe situatie en groeiplaats tot volle wasdom moet kunnen komen zonder dat er sprake is van overmatige overlast. Via een enquête stellen we bewoners in de gelegenheid om een keuze te maken voor een toe te passen boomsoort. Vraag 7: Kunt u toezeggen dat lindebomen niet meer geplant zullen worden in onze gemeente. Zo nee, waarom niet? Antwoord 7: Nee, de lindeboom (Tilia) is een belangrijke soort met een hele rijke historie. Het geslacht Tilia vertegenwoordigt een heel gezonde, sterke en inheemse boomsoort met veel verschillende ondersoorten en verschijningsvormen. Een lindeboom in bloei is een trekpleister voor bijen en levert veel nectar voor de beroemde lindebloesemhoning. Vanwege de geurende lindebloesem is Tilia ook bekend als liefdesboom. Al vele eeuwen wordt Tilia als centraal punt op dorpspleinen of bij kruisbeelden aangeplant. Ook als laanboom heeft linde een rijke historie. In Berlijn is de imposante “Unter den Linden” hier misschien wel het bekendste voorbeeld van. De lindeboom is o.a. ook gebruikt als aankleding van de Rijkswegboulevard. Daarnaast is het belangrijk om diversiteit in boomsoorten na te streven ondermeer in verband met een spreiding van risico’s bij ziekten en plagen en de variatie in landschappelijke aankleding. Wij hopen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Burgemeester en Wethouders, Gemeente Sittard-Geleen