In de gemeenteraad van Tholen was in het Reglement van Orde vastgelegd dat de voorzitter bij de opening van de vergadering een gebed uitspreekt. Bij aanvang van de vergadering behoort elk raadslid aanwezig te zijn en wordt namens alle leden van de raad gebeden, ook wanneer je je niet kunt vinden in de tekst van het gebed of niet religieus bent. Dit ambtsgebed binnen de vergadering van de raad is strijdig met artikel 1 van de Grondwet en het beginsel van scheiding van kerk en staat. De overheid en dus ook de lokale overheid mag zich niet uitspreken voor een bepaalde godsdienstige stroming of levensovertuiging.

Eerder zijn door raadsleden voorgestellen gedaan deze praktijk met het ambtsgebed te veranderen door te bidden voor de vergadering door leden die daar prijs op stellen of bij aanvang van de vergadering een moment van stilte in acht te nemen. Die voorstellen zijn niet overgenomen.

Er is ook een uitspraak gedaan door de toenmalige minister van BZ Remkes, maar dat heeft de toenmalige gemeenteraad ook naast zich neergelegd. De fractie van de PvdA/GL heeft het opnieuw aan de orde gesteld en het via de Tweede Kamer aan minister Ollongren  voorgelegd. Het antwoord van de minister is helder, een verplichting tot bidden, zoals in het Reglement van Orde is vastgelegd is niet toegestaan. Op voorstel van de coalitiepartijen wordt nu een ambtsgebed uitgesproken voor aanvang van de vergadering door de burgemeester of een lid van de raad. Hiermee wordt recht gedaan aan de raadsleden die willen bidden, maar ook aan degenen die daar niet toe gemotiveerd zijn.

Brief minister Remkes

Antwoord van minister Ollongren

 

 

 

Het bericht Ambtsgebed verscheen eerst op PvdA Tholen.