Overeenkomstig artikel 30 van het Reglement van orde stelt het lid Roopram (Hart voor Den Haag / Groep de Mos) vragen aan de voorzitter van de Haagse gemeenteraad.

Het bijstandsbeleid wordt door de meeste gemeenten niet uitgevoerd. Wie de taal niet spreekt, wordt vrijwel nergens gekort op de uitkering. Daarnaast vragen veel gemeenten (40 procent) geen tegenprestatie voor de bijstand. Staatssecretaris Van Ark (Sociale Zaken) noemt dit ’ongewenst’ en ’zorgelijk’.

‌1. Bent u bekend met het artikel in de Telegraaf* over het verstrekken van een bijstandsuitkering aan mensen die niet de Nederlandse taal machtig zijn? Zo ja, wanneer gaat uw college de taaleis handhaven?

Gemeenten kunnen de bijstand verlagen als mensen niet de taal spreken. Uit onderzoek is gebleken dat dit niet vaak niet wordt uitgevoerd.

2. Kan het college aangeven of gemeente Den Haag er wel op toeziet dat mensen die niet de Nederlandse taal beheersen en ook geen moeite doen om de taal machtig te worden gekort op hun bijstandsuitkering? Zo ja, in welke vorm?

3. Kunt u aangeven hoeveel bijstandsgerechtigden die geen moeite doen om de Nederlandse taal te leren zijn gekort op hun uitkering, sinds de invoering van de taaleis? Zo nee, bent u bereid dit te gaan registreren?

4. Hoeveel mensen hebben een tegenprestatie geleverd en welke zijn dit?

5. Kan het college aangeven hoe de bijstandsgerechtigden worden ingelicht over de verplichting de Nederlandse taal te beheersen?

Janice Roopram

Hart voor Den Haag / Groep de Mos