Toon Pelzer in gesprek met leden van de VVD afdeling Boxmeer. Toon kent het klappen van de zweep en heeft een realistische kijk op ondernemerschap in onze gemeente.
Vrijdag 12 mei is de
VVD-fractie in gesprek gegaan met Toon Pelzer. Toon is de directeur van Pelzer Schoonmaakbedrijf.
Pelzer Schoonmaakbedrijf is onder andere hoofdsponsor van Olympia ´18. Toon is
als persoon op ontelbare manieren verweven in de Boxmeerse gemeenschap. Karakteristiek voor hem is de ongezouten wijze
waarop hij zijn mening geeft. Helder, duidelijk en realistisch. Al zijn
meningen zijn goed doordacht. De VVD was
vertegenwoordigd door Marijke Hermsen, Paula Verbruggen, Lesly Peeters, Marco
van den Berg en Judith Logtens
Toon is trots op Pelzer en
terecht. Voor 132 personeelsleden (veelal parttime), is Pelzer een goede
werkgever. Geen gedoe met flex-contracten, gewoon allemaal een vast
dienstverband. Goed zijn voor je mensen, is zijn devies. Pelzer
Schoonmaakbedrijf is vooral actief op de zakelijke markt. Met de website
wasmijnglas.nl richt hij zich ook op de particuliere markt.
Het contact met de gemeente
ervaart Toon als goed. Duidelijk is dat hij weet waar hij moet zijn om zaken
voor elkaar te krijgen, communicatie is volgens hem dan het sleutelwoord.
In Boxmeer klagen we
teveel, aldus Toon. We hebben het zo slecht nog niet. Het ondernemersklimaat is
over het algemeen goed, al zou hij graag zien dat er in het centrum van Boxmeer
wat harder wordt getrokken aan creatieve impulsen. Er is relatief weinig
leegstand en er zijn prachtige evenementen.
Toon is wars van
klapgroepjes. Groepen waarbij iedereen eromheen steeds maar weer aangeeft hoe
fantastisch het is. Hij heeft zijn mening daarover duidelijk en helder
geventileerd, hierdoor zag je bij de andere aanwezigen de radartjes draaien om
al deze nieuwe en andere inzichten.
Het gesprek met Toon was
dynamisch. Marco van den Berg: “Ik mag Toon wel, lekker down-to-earth en
realistisch.” En dat is zeker!
Toon zijn advies voor de
VVD: “Houd je verre van klapgroepjes en blijf altijd kritisch. En…. niet teveel
klagen, we hebben het zo slecht nog niet in Boxmeer.”