Poliflw

Op donderdag 26 april was wethouder duurzaamheid Martijn Bilars getuige van de eerste uitgevoerde maatregel die mogelijk is gemaakt met de gemeentelijke stimuleringslening. Begin dit jaar heeft de Stichting Voetbal De Zilk, als gebouwbeheerder, een aanvraag ingediend voor een stimuleringslening. De stichting deed een aanvraag voor het plaatsen van tachtig zonnepanelen en het vervangen van de buitenverlichting door ledverlichting.

De gemeente Noordwijkerhout heeft de doelstelling om in 2050 volledig duurzaam te zijn. Dat doet de gemeente samen met inwoners, ondernemers, verenigingen en instellingen. Per 1 januari is de verordening stimuleringslening Duurzaamheid doelgroepen Noordwijkerhout 2018 in werking getreden. Met deze verordening stimuleert de gemeente maatschappelijke instellingen en VVE's tot het nemen van duurzame maatregelen.

Stichting Voetbal De Zilk was er snel bij en was de eerste die gebruik heeft gemaakt van de gemeentelijke stimuleringslening. Daarnaast hebben de leden van de tennisvereniging zelf de nodige middelen opgebracht.

Stimuleringsleningen en subsidies

Op www.duurzaambouwloket.nl staat meer informatie over de stimuleringslening voor maatschappelijke instellingen. Ook inwoners die hun woning willen verduurzamen kunnen op deze website meer informatie vinden hierover. In totaal is 270.000 euro beschikbaar voor stimuleringsleningen (maatschappelijke instellingen en VvE's) en duurzaamheidsleningen (particulieren). Omgevingsdienst West-Holland voert deze regeling uit namens de gemeente Noordwijkerhout.

“Bomen, het moet een gewoon goed worden, net als water. Je twijfelt er toch ook niet aan of er water uit de kraan komt?” Volgens wethouder Martijn Bilars van de gemeente Noordwijkerhout, die ook verantwoordelijk is voor weg- en waterbouw, moet groen in de gemeente net zo belangrijk worden als bijvoorbeeld de wegen. Daar wordt aan gewerkt: met hulp van Bomenwacht Nederland werkt de gemeente aan het opstellen van een bomenbeleidsplan. En dat was wel nodig ook!

Wethouder Martijn Bilars beheert verschillende portefeuilles in de gemeente Noordwijkerhout: van de fusie met de gemeente Noordwijk, sport en handhaving tot milieu en beheer openbare ruimte. In de 1,5 jaar dat hij deze post bemant heeft hij veel beslissingen genomen én veel geleerd. “Ik wist niet eens dat er een Bomenwacht Nederland was, laat staan dat ik ooit had stilgestaan bij zoiets als een bomenbeleidsplan.”

Basis niet op orde

Wat voor beleid de gemeente Noordwijkerhout had? “Opportunistisch, ad hoc beleid, geef het een naam, maar eigenlijk was er gewoon geen beleid”, zegt Bilars. “Er werden verkeerde inhoudelijke keuzes gemaakt. Dat zag je terug bij de bomen, je merkte het onder de burgers en ook in de financiën was het zichtbaar. Ook werden verkeerde bomen gekapt. En dat was niet te wijten aan de uitvoerder, de data was gewoon niet op orde. Als die basis, je data, al niet op orde is, waar stuur je dan op?”

Vragen van burgers

“Burgers hebben het nooit over ‘een bomenbeleidsplan’. Waar mensen het over hebben dat is het algemene gevoel, het beeld. En dat gevoel over het groen in onze gemeente, dat was niet goed. Zo vonden onze inwoners dat de bomen er karig bijstonden en dat er te weinig groen was. En ze hadden nog gelijk ook”, zegt Bilars. “Als je kijkt naar de oorsprong van de gemeentenaam Noordwijkerhout is  het helemaal schandalig: Noordwijkerhout, of ook wel Noordwijk in den Houte, dat betekent gewoon ‘Noordwijk in het hoogstammige bos’. Dat ‘bos’ stond er niet zo florissant bij. Bij het aanplanten van nieuwe boomsoorten werd bijvoorbeeld helemaal niet gekeken of die soort wel geschikt is voor de betreffende locatie. Ik zeg wel eens gekscherend: het leek wel of die boomsoort in de aanbieding was! Het resultaat was daar ook naar: bomen werden te groot, de takken groeiden tot tegen de gevels. Plakbomen stonden naast parkeerplaatsen. Burgers stelden vragen, maar daar hadden we geen eenduidig antwoord op. Er lag niets vast.”

Verantwoordelijk

“Ik geloof dat de continuïteit en de deskundigheid in de ambtelijke organisatie zit,” zegt Bilans, “daar zit een ‘gek’ die zich helemaal vastbijt in het onderwerp. Vluchtige figuren zoals een wethouder die gaan weg. De verantwoordelijkheden moeten laag in de organisatie liggen.” En zo kon John Koens, beleidsadviseur Groen en Milieu, aan de slag. Hij zocht naar wat er wel was maar vond niets, er lagen geen beleidsstukken. En zo startte het begeleidingstraject van Bomenwacht Nederland om een bomenbeleidsplan op te stellen. Als eerste stap werden alle bomen in kaart gebracht en wat bleek? Zo’n 500 bomen bestonden helemaal niet meer, maar stonden nog wel op de tekeningen. “Dat was een resultaat dat echt een eigen leven is gaan leiden. De komende 3 jaar gaan we aan de slag zodat die 500 ‘bomen’ weer échte bomen worden.”

Blije raad

En de Raad is er blij mee. “De reacties in de Raad waren geweldig”, zegt Bilars. Een bomenbeleid beantwoordt volgens de raadsleden precies aan wat er leeft onder de burgers.” Het bomenbeleidsplan legt voor de komende 15 jaar de visie en de ambities vast: wat wil de gemeente bereiken met haar bomen, waar staat de gemeente voor? De duidelijke richtlijnen die het plan bevat bieden handvatten voor het omgaan met bomen. Dat geeft helderheid; een behoefte van de wethouder maar zeker ook van de burgers.

Winst

Voor wethouder Bilars zit de winst van het beleidsplan in verschillende hoeken. “De kwaliteit van de bomen gaat omhoog, er komen méér bomen, er is een duidelijke ambitie uitgesproken om het aantal bomen van 0,4 boom per inwoner te laten stijgen naar 0,5 boom per inwoner, en met het afscheid nemen van ad hocbeleid levert het nog geld op ook. Maar bovenal leveren betere bomen meer plezier op in onze leefomgeving. Nu al, maar ook zeker in de toekomst!”

Kansen creëren voor lokale ondernemers in een topsector: daar doe je het voor! Afgelopen maandag lieten VVD-Gedeputeerde Jeanette Baljeu en de Statenleden Tiemen Brill, Marijke van Dobben-de Bruin, Marcel Ludema en Ben de Vries zich uitvoerig bijpraten over de actuele ontwikkelingen in de bollensector. Dit alles in Floralis in Lisse in aanwezigheid van vele (kandidaat) gemeenteraadsleden uit de Bollengemeenten Hillegom, Lisse, Noordwijk, Noordwijkerhout en Teylingen. Vanuit haar netwerk hadden de lokale VVD-politici 3 belangrijke stakeholders bereid gevonden om de provinciale VVD-politici bij te praten over de ontwikkelingen binnen de bollensector. Van de Noordwijkse VVD waren Martijn Bilars en Michael van Dormolen aanwezig.

Koninklijke Algemeene Vereeniging voor Bloembollencultuur (KAVB)Adjunct-directeur André Hoogendijk van de KAVB ging in zijn bijdrage in op de laatste trends en ontwikkelingen binnen de bollensector. Duidelijk werd dat het areaal dat gebruikt wordt voor bollenteelt in de Duin- en Bollenstreek al jaren hetzelfde blijft maar dat het aantal telers nog steeds daalt; geheel in lijn met de al jaren geleden in gang gezette schaalvergroting. De vraag naar snijtulpen (bloemen) is nog steeds groeiende, terwijl de vraag naar bollen stabiel is. Als geheel groeit de sector daardoor gestaag. Hoogendijk benadrukte het belang van het behoud van kennis in de streek en gaf aan hoe de KAVB ook na de sluiting van PPO in Lisse door de goede samenwerking met onder meer Wageningen University en de Greenport Duin- en Bollenstreek werkt aan een nieuwe impuls op het gebied van  onderzoek en innovatie. 

Greenport Duin- en BollenstreekGreenportmanager Michiel Cappendijk vulde aan dat de samenwerking tussen overheid, ondernemers, onderzoeksinstellingen en onderwijs van essentieel belang is om de in de streek gevestigde keten van bloembollen en bolbloementelers, veredelaars, vermeerderaars en handel te versterken. Het vanuit Lisse en inmiddels door de streek overgenomen Flower Science programma zorgt ervoor dat maandelijks ondernemers, overheid en onderwijs- en onderzoeksinstellingen elkaar ontmoeten tijdens een FlowerScience café, waar met elkaar gesproken wordt over actuele trends en ontwikkelingen. Hij vroeg aandacht voor de samenwerking tussen de verschillende Greenports en benadrukte de rol die de provincie daarbij als verbindende schakel tussen de verschillende Greenports zou kunnen spelen. Op het gebied van ruimte en herstructurering levert de Duin- en Bollenstreek een unieke prestatie, vindt Michiel Cappendijk. Niet alleen hebben de 6 gemeenten al bijna 10 jaar één ruimtelijk beleid voor het buitengebied, ook hebben ze de uitvoering succesvol georganiseerd in één ontwikkelingsmaatschappij, de GOM. Hierdoor hoeft het programmabureau minder aandacht te besteden aan het thema ruimte en herstructurering, in tegenstelling tot de meeste andere Greenports in Nederland. 

Greenport Ontwikkelings Maatschappij (GOM)Een mooi moment om het stokje over te dragen aan de directeur van de GOM: Onno Zwart. Na een stukje tekst en uitleg over de werking van de GOM stond Zwart stil bij de tot op heden bereikte resultaten: vele hectares verrommeling van het buitengebied zijn inmiddels opgeruimd, er is veel gedaan aan structuurverbetering van de kavels en de afname van woningbouwtitels vordert gestaag. Refererend aan de recent door de Duin- en Bollenstreekgemeenten vastgestelde Economische Agenda ging Zwart vervolgens in op de voorstellen die er liggen om te komen tot versnelling van de opgave van de GOM. Met de aanwezigen werd vervolgens ingegaan op de uitdagingen die er de komende jaren liggen op het gebied van onder meer de klimaatverandering en de energietransitie en de kansen die er ook voor de provincie liggen in de Duin- en Bollenstreek. Lijsttrekker Wim Slootbeek (Lisse) en wethouder Jeroen Verheijen (Hillegom) keken als organisatoren terug op een geslaagde bijeenkomst. “De voor onze streek belangrijke bollensector kon altijd al op warme belangstelling vanuit zowel de lokale als de provinciale VVD fracties rekenen. En dat blijft zo. Door dit soort bijeenkomsten als lokale VVD te organiseren zorgen wij ervoor dat ook de provincie gevoed wordt met de meest actuele situatie vanuit de sector en daar op in kan spelen.” Verheijen vult aan: “juist op thema’s als landschap, energie, klimaat maar zeker ook innovatie en onderzoek kan het provinciale netwerk van grote toegevoegde waarde zijn voor de ondernemers in onze streek en kunnen we de krachten bundelen. Dat draagt bij aan een sterke bollensector. En daar doen we het voor.”

VVD-StatenfractieDe VVD-Statenfractie was zeer content over het werkbezoek en het uitgebreide gezelschap. Vooral het model van de GOM (Greenport Ontwikkelings Maatschappij) kreeg veel bijval. Het is een goed voorbeeld hoe in vele andere regio’s actief invulling kan worden gegeven aan de Omgevingswet. Waarin herpositionering van activiteiten zowel m.b.t. bedrijvigheid, wonen en infrastructuur en alles wat daarmee samenhangt. Wel is duidelijk dat daarvoor bedreven netwerkmanagers nodig zijn om daadwerkelijk succes te bereiken. Hoe dit zou kunnen worden bereikt wil de VVD-Statenfractie verder aan de orde stellen binnen de Provincie.