Nieuws van politieke partijen in Goes over CDA inzichtelijk

2 documenten

Raadslid Suzanne van Avermaete over de corona-crisis: "De mens is en blijf een gewoontedier."

CDA CDA Goes 03-09-2020 13:20

Donderdag 3 september - GOES - De tijd waarin we op dit moment leven vraagt van iedereen bijzondere inspanningen waar we eerder niet mee bekend waren. Ik heb het natuurlijk over het COVID-19 (Corona) virus. Een virus wat ons allemaal in de greep heeft.De COVID-19 pandemie heeft niet alleen gevolgen voor onze gezondheid, maar ook voor werkgelegenheid, armoede, sociale contacten en onderwijs. De grote maatschappelijke effecten van de COVID-19 pandemie zullen niet gelijk verdeeld zijn over de samenleving en bestaande ongelijkheden in de samenleving kunnen hierdoor worden versterkt Werk en sociaal leven zijn sterk verbonden ‘Corona is zo’n shock, dat het in één keer alles beïnvloedt. Je werk, er zijn mensen die het nu immens druk hebben, maar ook mensen die op hun werk nu juist niets kunnen doen. Je sociale leven, bijna iedereen heeft familie of vrienden en behoefte aan contact met anderen. Ik denk dat deze twee dingen niet los van elkaar staan’. De versoepeling van de regels brengen nu verschillen aan het licht. Voor sommige kwetsbare groepen komt het sociale leven weer op gang, terwijl anderen juist steeds meer ongelijkheid ervaren. Bijvoorbeeld kwetsbare ouderen die nog steeds uit voorzorg thuis blijven, of mensen met een psychische kwetsbaarheid of verstandelijke beperking voor wie de zorg en dagbesteding maar mondjesmaat op gang komt. Met de versoepeling ontstaat er tevens verwarring over de nieuwe regels. Organisaties varen hun eigen koers en zijn soms strenger dan de overheid. Zo ontstaan verschillen die niet altijd makkelijk met elkaar te rijmen zijn. De lockdown, begin dit jaar is voor sommigen te rigoureus en te lang geweest, concluderen onderzoekers, en het gemis aan sociale contacten en de angst voor de buitenwereld waar een mysterieus virus rondwaart te groot. De overheidsmaatregelen waren eerst te sterk gefocust op het voorkómen van besmetting en chaos op de IC’s, terwijl andere vormen van veiligheid ook een plek in het beleid hadden moeten krijgen. Onderzoekers hebben dan ook een reeks beleidsaanbevelingen gericht op het faciliteren van sociaal contact, het bevorderen van het hebben van betekenis voor de samenleving, het begrijpelijk maken van regels, en het ontwikkelen van digitale zorg. Het CDA vindt dit positief en heeft hier al eerder aandacht voor gevraagd. Opvallend is dat heel veel ouderen iets deden tegen het sociaal isolement en eenzaamheid. Ze zochten vooral contact op 1,5 meter en via digitale media, en zochten afleiding rond het huis en verder weg door bijvoorbeeld te fietsen, te tui­nieren, of TV te kijken. De mentale ge­zondheid van deze groep veranderde tussen no­vember 2019 en mei 2020 nauwelijks. De situatie zorgt wel voor meer emotionele eenzaamheid Velen maakten zich echter wel zorgen over de co­ronacrisis. In ver­gelijking met gegevens van voor de coronacri­sis, constateren onderzoekers dat vooral emotionele eenzaamheid toenam. Een grote meerderheid noemdeéén of meer si­tuaties die hen sterk geraakt heeft, zoals het verminderde contact met familie en vrienden, het stopzetten van vrijetijds­activiteiten, het niet kunnen bezoeken van cafés, restaurants en win­kels en het minder buiten kunnen bewegen. Ouderen zonder de nodige hulp hebben het moeilijker Ook keken onderzoekers specifiek naar ouderen die mogelijk extra kwetsbaar zijn, zoals ouderen die tijdens de crisis de no­­dige hulp niet kregen. Deze groep voel­de zich geraakt door­dat ze minder naar buiten konden om te be­we­gen, doordat noodzake­lijke boodschappen moeilijk te krijgen waren, door financi­ële pro­ble­men, of doordat ze zelf ziek waren. Ook gaf meer dan de helft aan eenzaam te zijn. Zij hadden dan ook een slechtere mentale gezondheid dan ouderen die wel hulp kregen of geen hulp nodig hadden. Onderzoekers bevelen dan ook aan in een crisis als deze ge­richte hulp actief aan te bieden en deze ook te continueren. Het CDA juicht dit van harte toe. Sociale situatie robuust genoeg Daarnaast zoomde een onderzoek in op ouderen die aangaven door het verminderde sociale contact te worden geraakt. Hun situatie bleek gemiddeld niet direct zorg­wek­kend. Zij hadden wel een slechtere mentale gezond­heid dan degenen die het contact hebben be­houden of niet geraakt werden door minder contact, maar dit verschil was niet groot. Hun sociale situatie was robuust genoeg om twee maanden crisis te doorstaan. Zij zochten ook zelf relatief vaak contact met anderen om hun sociale situatie te verbe­te­ren. Op basis van dit resultaat adviseren onderzoekers ouderen te ondersteunen met heldere communicatie over wat je zelf kunt doen om con­tact te onderhouden, en hoe je daarbij om kunt gaan met de 1,5 meter maatregel. Uit onderzoek weten we dat gedragsverandering meer vergt dan inzicht en goede bedoelingen, zeker wanneer bestaande gewoontes sterk zijn. Zeker in het begin kost het voortdurende zelfcontrole en concentratie om ons gedrag aan te passen. Dus wanneer we in de supermarkt even worden afgeleid door een huilend kind of door onze ellenlange, wekelijkse boodschappenlijst, dreigt het gevaar dat we alweer schouder aan schouder naar de aardbeien in de aanbieding graaien. Of wanneer we voor het eerst in lange tijd weer een vriend of collega ontmoeten, moeten we de impuls onderdrukken om elkaar de hand te schudden. Bovendien zorgen onze oude gewoontes ervoor dat afstand houden ongemakkelijk aanvoelt. Het ‘hoort niet bij ons’ om met een grote boog om elkaar heen te lopen. Waar een wil is, is weliswaar een weg, maarvoor succesvolle aanpassing aan het ‘nieuwe normaal’ volstaan goede bedoelingen niet, en zullen we onze gewoontes ingrijpend moeten veranderen.In toenemende mate wordt het dan ook belangrijk om onze oude routines met nieuwe routines te vervangen en de openbare omgeving zó in te richten dat het de uitvoering van het gewenste gedrag ondersteunt. Concrete plannen maken Gewoontes worden gevormd wanneer we hetzelfde gedrag herhaaldelijk uitvoeren in een consistente situatie of omgeving. Het vormen van een nieuwe, efficiënte gewoonte kan dan ook versneld worden door een zo concreet mogelijk plan te maken, bijvoorbeeld: ‘wanneer ik thuis kom was ik mijn handen’ in plaats van ‘ik was mijn handen regelmatig’. In het geval van 1,5 meter afstand houden is het zaak om dat consistent te doen, dus met zo min mogelijk uitzonderingen, zodat je jezelf hierin traint en het op den duur als vanzelf en zonder na te denken gaat. Pas nu de omgeving aan Ook speelt de openbare omgeving in toenemende mate een belangrijke rol in ons gedrag. Dit is hét moment om de publieke omgeving - vanaf het eerste begin van deze nieuwe fase – zo in te richten dat het burgers herinnert aan de gewenste, nieuwe routines, en het uitvoeren daarvan faciliteert. Denk hierbij aan het beschikbaar maken van zeepdispensers op vaste, logische locaties in de openbare ruimte, en duidelijke, herkenbare en opvallende instructies voor het handen wassen. Maar denk bijvoorbeeld ook aan het inrichten van kantoren zo dat mensen gemakkelijk, en als het ware zonder nadenken, 1,5 meter afstand van elkaar kunnen houden. Of duidelijk gemarkeerde aanwijzingen van het aantal aanwezige versus toegestane klanten bij de ingang van een winkel. Net als bij verkeersborden werkt dit het beste als de vormgeving van corona-gerelateerde aanwijzingen consistent is, liefst op nationaal niveau, zodat mensen deze op den duur op de automatische piloot kunnen volgen. De mens is en blijft een gewoontedier Zo lang er geen vaccin tegen het coronavirus is, blijft het naleven van coronamaatregelen van cruciaal belang om verspreiding binnen de perken te houden en kwetsbare mensen in onze samenleving te beschermen. Wetenschappelijke inzichten in het doorbreken van oude gewoontes en het vormen van nieuwe gewoontes kunnen bijdragen aan succesvolle gedragsverandering. De mens is en blijft per slot van rekening een “gewoontedier”. Suzanne van Avermaete, CDA fractielid

Bijdrage raadsleden Patrick Simpelaar en Suzanne van Avermaete | Debatraad 12-12-2019

CDA CDA Goes 13-12-2019 07:08

Donderdag 12 december - GOES - Tijdens de debatraad van donderdagavond hebben raadsleden Patrick Simpelaar en Suzanne van Avermaete enkele bijdragen geleverd. Bijdragen Patrick Simpelaar Veilig thuis Voorzitter, misschien mogen we in dit verband wel spreken over een duivels dilemma. Geld of financiële middelen vs zorg en veiligheid bij mensen thuis. Het CDA is natuurlijk van mening dat die balans altijd de kant moet uitslaan van Veilig thuis. Daar ontkomen we niet aan. We zijn dan ook blij met het goede werk dat de GGD is dit verband uitvoert en daarvoor willen wij hun bedanken! Vanuit de controlerende rol hebben wij natuurlijk ook oog voor deze financiële kant van dit ingewikkelde verhaald. De discussie wordt behoorlijk scherp gevoerd zo lijkt het tussen het AB en BC en misschien zou de portefeuillehouder ons in dit proces ons nog eens willen meenemen? Wij hebben begrip voor het standpunt van het AB dat professionele zorgverleners niet ingehuurd kunnen worden. Zo wil je als GGD opgebouwde kennis tijdens zo een periode met vast personeel behouden en borgen. Wij zijn van mening en het heeft dan ook de voorkeur van het CDA dat er dan ook moet worden uitgekeken naar vaste medewerkers. Het heeft de voorkeur van het CDA dat er dan ook moet worden uitgekeken naar vaste medewerkers. De vraag die de boventoon lijk te voeren is of deze beoogde structurele lasten incidenteel kunnen worden verwerkt en wie zou hier nu eigenlijk voor aan de lat moeten gaan staan? Klopt dat in de ogen van de portefeuillehouder? Hoe kijkt hij hier tegen aan? Er wordt gesproken over ontwikkelingen in 2020. In hoeverre zouden deze ontwikkelingen een oplossing kunnen bieden voor dit financiële probleem. En voorzitter als we het op termijn dan toch structureel moeten oplossen, zouden we deze nieuwe formatie in zijn totaliteit toch ook structureel in de begroting op kunnen nemen en vragen aan de GGD om zelf met voorstellen te komen vanuit de organisatie om dit probleem op te lossen binnen nu en een X aantal jaar. Een soort van taakstelling voor de GGD als organisatie in zijn geheel? Misschien zou de portefeuillehouder hierop willen reageren? GR - de Bevelanden Voorzitter we zijn het eens met de positieve voorgestelde zienswijze over de betreffende begrotingswijziging. Eerder genomen beslissingen worden nu verwerkt. Wat ons betreft had dit in de basis ook als hamerstuk afgedaan kunnen worden. Toch nog enkele vragen naar aanleiding hiervan, welke verband houdt met de recente aankondiging over de samenwerking van de Bevelandse gemeenten binnen GR de Bevelanden als het gaat om het werven en selecteren van personeel. Is deze activiteit begroot, past deze binnen de huidige formatie of komt hiervoor een nieuwe begrotingswijziging op termijn?Meer inhoudelijk nog op dit punt. De CDA fractie heeft hier onder andere vragen over gesteld in de begrotingsraad, of dit niet gezamenlijk opgepakt zou kunnen worden. Goed dat deze samenwerking is gezocht. De Bevelandse gemeenten vissen tenslotte, als het gaat over het vinden van goed personeel, allemaal in de zelfde vijver. Hoe moeten we deze samenwerking nu precies zien. Wordt er nu wat meer gecoördineerd gevist? (Dezelfde vacature teksten gebruiken, zelfde soorten van gesprekken gevoerd) Of wordt er ook echt op de inhoud gekeken naar de invulling van de taken over de gemeenten heen? Met andere woorden kan door deze samenwerking iemand die wordt aangetrokken werken voor meerdere gemeenten? Bijdrage Suzanne van Avermaete Wet verplichte GGZ Besluit de door de Rijksoverheid voor de ambulantisering van de GGZ en de Wvggz beschikbaar gestelde bedragen in te zetten t.b.v. de implementatie van de Wvggz. En de niet bestede middelen in 2019 via resultaatbestemming in te zetten voor het tekort in 2020. De resterende tekorten zullen, conform de afspraak, worden opgevangen binnen het geheel van het programma Sociaal Domein. De Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) geldt vanaf 1 januari 2020. Deze wet regelt de rechten van mensen die te maken hebben met verplichte zorg in de ggz. Een belangrijke verandering is dat verplichte zorg straks ook buiten een ggz-instelling verleend kan worden, bijvoorbeeld op een polikliniek of zelfs thuis. Wij zijn over deze wet als raadsleden 2 weken geleden geïnformeerd. Domeinen Zorg en Veiligheid komen dichter bij elkaar en vullen elkaar aan door een integrale aanpak, met het veiligheidshuis als netwerksamenwerkingsverband, voor personen met verward gedrag, waarbij vaak sprake is van complexe problematiek. Het doel van de samenwerking is het terugdringen van overlast, huiselijk geweld en criminaliteit.De kracht is het dadergericht, gebiedsgericht en probleemgericht werken. Het doel van de samenwerking is het terugdringen van overlast, huiselijk geweld en criminaliteit.De kracht is het dadergericht, gebiedsgericht en probleemgericht werken. Ook staan landelijk de veiligheidshuizen met elkaar in verbinding t.b.v. de kennisdeling en inzicht in deze cliënten groep. Tevens is er de toegang tot het automatiseringssysteem Khonrad door verschillende partijen voor registratie van meldingen voor de verplichte zorg en dat juichen we toe. Samenwerking, informatie uitwisseling en communicatie zijn de sleutelbegrippen. Het doel is om de betrokken personen voor langere periode te begeleiden naar structurele oplossingen en terugval of herhaling te voorkomen.Hiermee zijn cliënten en samenleving gebaat.

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.