Op dinsdag 1 november 2011 maakten wij dit probleem al kenbaar in de gemeenteraad van Almelo. Verwarde mensen (het nieuwe woord) werden in 2011 nog steevast hufters of aso’s genoemd die zorgden voor veel overlast. De politie kreeg (zo lezen we) in de eerste helft van dit jaar 47.632 meldingen van incidenten waarbij mensen met verward gedrag waren betrokken. Dat is 8% meer dan de eerste helft van vorig jaar. Daarmee zet de groei van het aantal incidenten met verwarde mensen volgens de politie door. In heel 2018 ging het om 90.605 meldingen, ruim 30.000 meer vergeleken met vijf jaar geleden.

Aangezien veel mensen met verward gedrag die met de politie in aanraking komen niet of nauwelijks overlast geven, crimineel of gevaarlijk zijn is dit geen politietaak. Het gaat vaak volgens de politie om kwetsbare mensen die hulp nodig hebben. Maar klopt dit wel? Wordt de term verward persoon niet te snel gebruikt? Toch zou de politie wat zorgvuldiger moeten zijn met mensen verward te noemen. Of iemand daadwerkelijk verward is kan niet door de politie worden vastgesteld. Dat oordeel is aan medici of gedragswetenschappers. De politie constateert alleen afwijkend gedrag en beoordeelt aan de hand van de ernst van dit gedrag of aanhouden noodzakelijk is.

Het lijkt intussen een modewoord geworden te zijn. Waar in het verleden nog werd gesproken over personen die verslaafd, crimineel of agressief waren, worden deze personen nu allen aangeduid als personen met verward gedrag. Veel mensen waar we het nu over hebben zijn criminelen, verlaafden of mensen die zorgen voor geluidsoverlast of overlast door verwaarlozing van de woning. Dat is heel wat anders dan mensen met verward gedrag.

Om dit te onderscheiden zou het beste zijn om naast de wijkagent ook een wijkhulpverlener voor verwarde personen aan te stellen. Die kunnen dan constateren of mensen grip op hun leven dreigen te verliezen, waarbij het risico aanwezig is dat zij zichzelf of anderen schade berokkenen. Het gaat om mensen met vaak verschillende aandoeningen of beperkingen in combinatie met verschillende levensproblemen. De politie krijgt steeds meer een zorgtaak, die eigenlijk bij de hulpverlening zou moeten liggen.

Bericht Partij Vrij Almelo op 8 juli 2014

We hebben het steeds maar weer ontkend dat er echte asocialen bestaan. Het beleid hiervoor komt niet echt van de grond. De corporaties kunnen er over meepraten. Nachtelijke excessen, intimidatie en geweld zijn aan de orde van de dag. Zijn de middelen om extreem lastige huurders aan te pakken wel toereikend?

De recente melding die bij de Partij Vrij Almelo voor de zoveelste keer binnenkwam getuigd dat er weinig wordt gedaan om de gemoederen te bedaren. De familie die bij de vete betrokken is zijn al heel lang goede bekenden van de politie……..en van de woningcorporatie. Bemiddeling of een waarschuwing wil vaak wel helpen maar wat als een probleem hardnekkig is? Heel vaak durven klagers niet met naam en toenaam aangifte te doen, want de kans is aanwezig dat de overlastveroorzaker verhaal komt halen. Heel vaak krijgen de corporaties de dossiers niet rond. Zonder een juridisch medewerker red je het niet meer. Als het lukt om met ondertekende verklaringen van omwonenden de gang naar de rechter te maken, ben je minimaal een jaar verder. Nu is het zo dat meer omwonenden gedwongen gaan verhuizen door overlastsituaties dan veroorzakers.

Mensen buiten de samenleving plaatsen, dat doen wij niet graag in Nederland. Minderheden moeten integreren, cliënten moeten externaliseren. Maar wat doen we in situaties waarin alle politiek correcte opties zijn uitgeput? En waarin mensen in feite zichzelf buiten de samenleving plaatsen?

We hebben het hier over extreme burenoverlast: mensen die hun buren terroriseren en daar niet mee willen ophouden. Alles is al geprobeerd:  praten, bemiddelen, melden bij een meldpunt, dreigen met huisuitzetting. Niets helpt, de afspraken worden niet nagekomen, de terreur gaat door. Dus dan maar huisuitzetting. Maar waar naar toe?

Iedereen in de buurt wil hen kwijt maar bijna niemand wil zijn vingers branden aan een oplossing. Toch lijkt er een oplossing te zijn die stand lijkt te houden. En die zowel de buren en de asocialen een zucht van verlichting doet slaken.

Bij zo’n heikel onderwerp gaat altijd veel energie zitten in het zoeken naar de juiste benaming. “Hufterhutten en “aso-containers zijn niet echt benamingen die bijdragen aan de maatschappelijke acceptatie. In Denemarken heten ze rare huizen voor “rare leefwijzen”. Dat klinkt zo gek nog niet. Men kan daar lawaai maken, rotzooi rond de woning zetten, een bouwvallig schuurtje timmeren en de boel verwaarlozen. Dat betekent dan wel dat je net als hinderlijke bedrijven buiten woongebieden wordt gehuisvest. Kleine woonlocaties op afstand van mogelijke omwonenden.

Kortom het zou allemaal kunnen, ook hier in Almelo en wel binnen de huidige beleidskaders. Nu alleen nog de medewerking van de gemeente, woningcorporaties en opvanginstellingen die het daadwerkelijk gaan beproeven.

Harry de Olde