Inmiddels is bekend hoeveel extra opvangplekken vanuit de Spreidingswet voor de Nederlandse gemeenten geraamd zijn. De fracties van CDA en VVD willen dat, nu de overlegfase aangebroken is, de Amersfoortse gemeenteraad goed in het zadel gezet wordt. Woordvoerders Jan de van der Schueren (CDA) en Marleen van den Nieuwendijk (VVD): “We moeten goed nadenken over het Amersfoortse bod in het kader van de Spreidingswet. Bij goed nadenken hoort de juiste informatie. Dus dat is de eerste stap.” Daarom hebben wij gezamenlijk schriftelijke vragen gesteld. We willen weten wat de huidige stand van zaken rond opvang in Amersfoort is, hoe het college te werk wil gaan bij de diverse zaken die komen kijken bij de uitvoering van de Spreidingswet en bij de afstemming en samenwerking met andere gemeenten. Toelichting: Per 1 februari 2024 is de Wet ‘gemeentelijke taak mogelijk maken asielopvangvoorzieningen’ van kracht, kortom: de Spreidingswet. Eens in de twee jaar vóór 1 februari stelt het kabinet o.b.v. de verwachte instroom een raming op voor het aantal benodigde opvangplekken voor de twee jaren vanaf 1 januari in het jaar daaropvolgend. Dit keer dus voor 2025 en 2026. De verdeelsleutel voor provincies is o.b.v. het inwoneraantal en de SES-WOA-score (sociaaleconomische status, welvaart-, opleiding- en arbeidsscore) op gemeenteniveau, niet o.b.v. het aantal reeds gerealiseerde plekken. De provincie Utrecht heeft een indicatie gekregen van 8.207 extra opvangplekken (Amersfoort 961). Voor 1 november 2024 moet de Provinciale Regietafel bij de staatssecretaris aangeven welke gemeenten de plekken gaan realiseren. De staatssecretaris oordeelt of er op basis van dit plan voldoende opvangplekken beschikbaar komen (zo niet, dan kan hij gemeenten aanwijzen om de nog resterende plekken te realiseren). Dit zogenoemde verdeelbesluit moet de staatssecretaris voor 31 december 2024 nemen. Vervolgens moeten deze gemeenten binnen 6 maanden de opvangplekken realiseren. Als de provinciale opgave niet gehaald wordt, kan het kabinet uiteindelijk overgaan tot het aanwijzen van een locatie. Daarbij wordt gekeken naar de inzet van de gemeente in het verleden, beschikbaar vastgoed en of er al veel Oekraïners of dak- en thuislozen worden opgevangen. De Amersfoortse CDA en VVD fracties willen weten wat de huidige stand van zaken rond opvang is, hoe het college te werk wil gaan bij de diverse zaken die komen kijken bij de uitvoering van de Spreidingswet en bij de afstemming en samenwerking met andere gemeenten. Daarom stellen de fracties gezamenlijk schriftelijke vragen over dit onderwerp. Het college wordt verzocht de volgende vragen schriftelijk te beantwoorden: Om inzicht te krijgen in opvang in brede zin in Amersfoort stellen wij allereerst vragen over aantallen, locaties en kosten. 1. Kunt u aangeven, met een verdeling naar het land van oorsprong en een verdeling over gezinnen, alleenstaande volwassenen en alleenstaande minderjarigen, hoeveel a. vluchtelingen momenteel in de gemeente Amersfoort verblijven? b. asielzoekers momenteel in de gemeente Amersfoort verblijven? c. statushouders momenteel in de gemeente Amersfoort verblijven? 2. Kunt u aangeven waar de mensen zoals genoemd bij vraag 1 verblijven? Verdeeld in aantallen over gastgezinnen, zelfstandige woningen, AZC, tijdelijke locaties, etcetera? 3. Amersfoort vangt ook Oekraïners op in de tijdelijke opvang. Hoeveel daarvan zijn oorlogsvluchteling en hoeveel arbeidsmigrant1 ? 4. Welke huidige locaties binnen Amersfoort zijn naar de definities in de Spreidingswet te bestempelen als duurzaam en welke als bijzonder? 5. Wat zijn de gemiddelde jaarlijkse kosten per persoon per soort opvang (uit vraag 2) voor de gemeente die niet door het Rijk worden vergoed? Wij denken hierbij onder andere aan kosten voor (taal)onderwijs, sociale voorzieningen en alle andere soorten kosten die voor rekening van de gemeente komen. 6. Extra opvang leidt tot extra vraag naar de genoemde voorzieningen. Wat betekent dit voor de capaciteit en budgetten mede gezien in het licht van het ravijnjaar? Met de bekendmaking van de indicatieve opgave is in de huidige eerste cyclus van de Spreidingswet de ramingsfase afgerond en is de overlegfase aangebroken. Dit betreft de fase die zal resulteren in een provinciebod, de optelsom van wat de gemeenten bieden. Hierover gaan de volgende vragen. 7. Begin februari van dit jaar zijn de 26 Utrechtse gemeenten bij elkaar gekomen in het kader van de overlegfase. Is er verslag gemaakt van deze bijeenkomst en kunt u dat delen met de gemeenteraad? Zo niet, wat is er besproken tijdens dat overleg en welke afspraken/actiepunten zijn gemaakt? Wat is de tijdlijn van provinciale overleggen in de overlegfase? 8. Iedere gemeente heeft door de Spreidingswet een verantwoordelijkheid om opvang te bieden, ook gemeenten die tot nu toe minder, weinig of niets hebben geboden. Uit berichtgeving in de media blijkt dat er in elk geval is afgesproken dat Utrechtse gemeenten elkaar zullen aanspreken als ze onvoldoende actie ondernemen. Amersfoort staat bekend als gastvrije gemeente. Borgt deze afspraak volgens het college voldoende dat ook andere gemeenten hun fair share leveren? 9. Op welke manier en momenten zal het college de gemeenteraad informeren en betrekken bij de totstandkoming van het Amersfoortse bod aan de provincie? Welke rol heeft de gemeenteraad voordat het Amersfoortse bod definitief wordt? 1 En dus geen oorlogsvluchteling zijn, zie voor nadere uitleg dit artikel. 10. Hoe gaat het college de inwoners van Amersfoort en de organisaties die zich inzetten voor de opvang betrekken bij de totstandkoming van het Amersfoortse bod? 11. De Spreidingswet maakt het mogelijk om met andere gemeenten onderling afspraken te maken over hoe de opvang eruit komt te zien. De ene gemeente bouwt bijvoorbeeld woningen voor statushouders en de andere heeft een opvanglocatie. Heeft het college al ideeën over mogelijke samenwerking met andere gemeenten? De bonusregelingen uit de Spreidingswet geven bonussen bij duurzame opvang boven de aantallen van de gemeentelijke indicatie (1000 tot 2000 euro per plek), bij bijzondere opvangplekken binnen de gemeente (2000 euro per plek) en bij alles boven de 75% van de provinciale indicatie (1500 euro per meerplek2 ). Deze bonussen zijn vrij te besteden, daarbij wordt het feit dat extra (bijzondere) plekken ook extra leunen op bepaalde domeinen in een gemeente dus buiten beschouwing gelaten. Op dit moment hebben wij de volgende vraag over de bonusregelingen: 12. Stel dat het Amersfoortse bod tot bonussen leidt, besteedt het college deze dan aan opvang gerelateerde kosten? En hoe wordt de gemeenteraad betrokken bij die keuze? Tot slot hebben wij nog de volgende overige vragen. 13. Kunt u aangeven hoeveel vastgoed (uitgedrukt in aantal opvangplekken) in de gemeente Amersfoort geschikt of geschikt te maken is voor opvang? 14. Amersfoort vangt nu veel dak- en thuislozen op, ook voor de regio. Hoeveel dak- en thuislozen worden er momenteel in Amersfoort opgevangen? Wat is de verdeling naar gemeente van herkomst3 ? Wat zijn de gemiddelde gemeentelijke kosten per jaar per persoon voor deze opvang, waaronder ook kosten voor sociale voorzieningen en alle andere soorten kosten die voor rekening van de gemeente komen? Jan de van der Schueren (CDA) en Marleen van den Nieuwendijk (VVD)