Hoe ziet het leven er op dit moment uit voor Amsterdammers? Wat is anders, wat gaat door? Waar maak je je zorgen over? We vroegen het aan Fa­tin Bou­a­li, Ni­co­li­ne van de Tor­re, Wijbe Langeveld, GroenLinks-leden van Stadsdeelcommissie Amsterdam Noord.

Voor iedereen ziet het leven in de stad er van de ene op de andere dag anders uit. Nu het ineens niet meer kan, besef je hoe waardevol het is dat je even bij iemand langs kunt gaan, bijeenkomsten hebt waar je samen bijpraat. Om toch een beetje op de hoogte te blijven van elkaar, nodigen we de komende tijd mensen van GroenLinks Amsterdam uit om te vertellen waar zij op dit moment mee bezig zijn.

 

Hoe gaat het? Met jullie en met de mensen in jullie stadsdeel?

Fatin heeft helaas meerdere familieleden verloren in deze coronacrisis, maar naar omstandigheden gaat het redelijk. Het geeft moed om te zien dat in Noord mooie projecten ontstaan waar mensen elkaar opzoeken en hulp geboden wordt. In het stadsdeel merken we vooral via Facebook dat er een heleboel projecten worden opgestart in de verschillende wijken. Amsterdam Noord is op veel plekken echt een dorp waar mensen voor elkaar willen zorgen. Wel zijn er natuurlijk de zorgen over eenzaamheid, armoede en kwetsbare kinderen.

Sommige van die problemen worden tijdelijk onzichtbaar, omdat iedereen binnen moet blijven. Er zijn ook mensen die van de radar verdwijnen. Daarom moeten we alert blijven. Wij moeten als stadsdeel ervoor zorgen dat zij niet de dupe worden van deze crisis.

Wij doen intussen als stadsdeelcommissie vanuit huis en vergaderen digitaal. Het commissiewerk is heel lastig van een afstand. Laatst hadden we een vergadering waarin we elkaar alleen konden horen en niet zien. Dat is lastig debatteren.

 

Welke vragen of signalen krijgen jullie binnen?

We zien dat mensen naar duidelijkheid zoeken. Mensen zitten zonder inkomen en weten niet of ze in aanmerking komen voor een uitkering. Dat hele proces brengt veel stress en onzekerheid met zich mee.

Over het al gemeen hebben mensen zich vrij goed aan de regels gehouden. Er waren wel wat groepjes jongeren die ‘s avonds willen voetballen en hangen. Stadsdeel, jongerenwerk en politie pakken dit aan. Jongeren en pubers hebben soms niet zo veel thuis en zijn in de leeftijd van het ontdekken en zich afzetten tegen volwassenen. Horeca en andere bedrijven hebben een logischerwijs moeilijk. Zij proberen met afhaal nog wat geld te verdienen.

Projecten worden stilgelegd, zoals dagbestedingen in buurthuizen en daardoor groeit de eenzaamheid bij een grote groep mensen. Wij horen en zien dat mensen die toch al moeilijk te bereiken waren en hulp nodig hebben, zich nog verder terugtrekken. Dat zijn mensen die al voor de coronacrisis stress hadden over bijvoorbeeld eenzaamheid, financiën of hun gezondheid. In deze tijd zie je hoe belangrijk het is om wijkteams te hebben die echt naar de mensen toe gaan. Wij zien dat veel hulpverleners een stapje extra zetten. In Tuindorp Oostzaan gingen bijvoorbeeld de wijkagenten met folders huis-aan-huis om mensen te wijzen op hulp.

 

Welke initiatieven zien jullie ontstaan in Noord?

Er ontstaan veel hulptrajecten online zoals Corona Buurthulp Amsterdam Noord. Mensen doen boodschappen voor elkaar. Buren hielden een inzameling om producten voor de voedselbank te kopen. Ook verkoopt een restaurant soep waarvan de opbrengst naar de voedselbank gaat. Maar ook simpele dingen: mensen die via het raam koffie met elkaar drinken. Muziek wordt gedraaid overdag en mensen zoeken elkaar meer op.