Op 19 december is het sportbedrijf van de gemeente Enschede veroordeeld voor milieuvervuiling door rubberkorrels die buiten kunstgrasvelden van een voetbalvereniging terecht zijn gekomen. De officier van justitie heeft in zijn formele pleidooi verklaard dat dit een startzaak is en dat er nog meer zaken zullen volgen. Deze uitspraak kan ook gevolgen hebben voor Arnhem. Raadsleden Patrick van Iperen (D66) en Nico Wiggers (AOP) vragen opheldering.

Op 19 december jl. heeft de rechtbank van Rotterdam uitspraak gedaan in een aangespannen zaak tegen het sportbedrijf van de gemeente Enschede. Het sportbedrijf van de gemeente Enschede is veroordeeld voor milieuvervuiling door rubberkorrels die buiten de kunstgrasvelden van een voetbalvereniging terecht zijn gekomen. De uitspraak in deze zaak kan ook gevolgen hebben voor andere gemeenten. Het proces wordt landelijk ook gezien als een proefproces.

Zorgplicht

De beheerder van de velden is verantwoordelijk voor het opruimen van de korrels en het schoonhouden buiten de velden. De gemeente heeft een zorgplicht om te voorkomen dat verontreiniging plaatsvindt en dat wanneer er sprake is van verontreiniging de gevolgen daarvan worden beperkt of ongedaan worden gemaakt.

Omdat de uitspraak ook gevolgen kan hebben voor de gemeente Arnhem vroegen Van Iperen en Wiggers of Arnhem al aan de zorgplicht voldoet, en of het beleid wordt getoetst aan de brancherichtlijn en het document ‘Zorgplicht milieu kunstgrasvelden’. En zo niet dat de gemeente beleid op gaat stellen om de zorgplicht in te vullen.