Het bericht over het voornemen van het college tot verkoop van vastgoed heeft de raadsleden overvallen. De financiële noodzaak tot verkoop wordt in zijn algemeenheid onderkend, maar financiële noodzaak rechtvaardigt niet alles. De synagoge ligt nog eens extra gevoelig. De synagoge is niet zomaar een oud monumentaal gebouw. Het gebouw is, in het licht van de geschiedenis, nog meer ‘heilige grond’ dan een ander gebouw met voormalige religieuze functie. Overgang in private handen zou heel misschien een kans kunnen zijn, maar dat hangt wel af van de toekomstige functie. Horeca of woningbouw botst pertinent met de bijzondere historie van het gebouw. Het spreekt ook niet voor zich dat er zomaar een joods historisch museum in komt, zoals in de Portugese synagoge in Amsterdam. Toch biedt de site https://www.grootstemuseum.nl/nl/over-het-grootste-museum/ wel zicht op mogelijkheden, zoals in Enschedé. Maar dan zijn er geldschieters nodig en een organisatie die de kar gaat trekken.Per definitie geldt dat het gebouw de bestemming heeft van ‘synagoge’. Ook kan de gemeente voorwaarden stellen, zoals het toelaten van bezichtigingen. Die voorwaarden moet de gemeente dan niet alleen opleggen aan de eerste koper, maar ook voor de toekomst.

Laatste bericht is dat het college de synagoge van de website met de lijst van verhandelbaar vastgoed zal halen.

In november zal het onderwerp vastgoed aan de orde komen tijdens een beeldvormende avond. Dan zullen wij ingaan op randvoorwaarden, bijvoorbeeld dat verkoop het perspectief op verwezenlijking van toekomstige plannen niet in de weg mag staan, dus geen onomkeerbare gevolgen mag hebben (bijvoorbeeld wat betreft de Kaai).