In een motie riep D66 het college afgelopen raadsvergadering op om bij de handhaving in de bijstand rekening te houden met de situatie van mensen. Zo moeten ambtenaren in begrijpelijke taal communiceren en toegerust zijn op het omgaan met mensen met trauma’s of geestelijke beperkingen.

D66 vindt dat elke Delftenaar moet kunnen rekenen op een eerlijke en waardige behandeling door de gemeente, ook als zij in de bijstand zitten. De afgelopen tijd bereikten ons te veel signalen dat dat fout ging. Mensen voelden zich geïntimideerd, of hadden de indruk dat er niet te praten viel met medewerkers van de gemeente.

Wie in de bijstand zit, moet zich aan regels houden. Daarover zijn we het allemaal eens. De gemeente moet ook controleren of mensen zich aan die regels houden. Die controle moet alleen wel redelijke proporties hebben, en het onderscheid tussen fraude en nalatigheid moet erkend worden.

De motie die wij (samen met enkele partijen uit coalitie én oppositie) indienden, verplicht de wethouder om de informatievoorziening voor Delftenaren in de bijstand te verbeteren, zodat fraude minder snel per ongeluk voorkomt. Daarnaast worden er waarborgen ingebouwd om te voorkomen dat mensen zich geïntimideerd voelen.