Met deze beleidsregel wil de gemeente Doetinchem een duurzame ontwikkeling bevorderen van niet-grondgebonden veehouderijbedrijven (in de volksmond: intensieve veehouderijbedrijven).

Deze ontwikkeling is op dit moment niet mogelijk vanwege de provinciale Omgevingsverordening. Daarin is bepaald dat uitbreiding van niet-grondgebonden veehouderijbedrijven alleen mogelijk is als de gemeente een beleidsregel ‘plussenbeleid’heeft vastgesteld. Ofwel, een uitbreiding die op basis van een goede ruimtelijke ordening mogelijk is, is alleen toegestaan als ook een extra investering gedaan wordt ter verbetering van de ruimtelijke kwaliteit van de omgeving. Dit kan door het nemen van maatregelen met effecten voor het landschap en/of de ruimtelijke kwaliteit, milieugevolgen en/of dierenwelzijn.

Met de beleidsregels “Plussenbeleid Doetinchem 2019”geeft de gemeente invulling aan deze formele verplichting.

De beleidsregel Plussenbeleid is in januari van dit jaar door de raad vastgesteld. Zienswijzen van Milieuwerkgroep Oude Ijsselstreek en van LTO hebben geresulteerd in enkele aanpassingen van deze beleidsregel, die tijdens de raadsvergadering van 29 mei wederom is goedgekeurd en aangenomen.

 

GroenLinks is niet gelukkig met de achterliggende gedachte van het provinciale plussenbeleid. We zien deze maatregelen als een verkapte economische impuls de intensieve veehouderij nog verder in het zadel te hijsen. Een ontwikkeling die ons toch al zo verschraalde landschap nog verder naar de vernieling helpt.

Dit kortetermijndenken mbt de landbouw heeft tot gevolg dat onze kleinkinderen straks letterlijk in de shit zitten.

Op gemeentelijk niveau proberen we te redden wat er te redden valt door de verplichte investering aan te scherpen naar een wat hoger bedrag dan de provincie als minimum aangeeft en waarom wij afgelopen januari vóór stemden. De mogelijkheid om bij uitzondering toch te mogen afwijken van de Doetinchemse norm wanneer er sprake is van een grote ruimtelijke kwaliteitswinst - volgens dit door selectief geïmplementeerde zienswijzen aangepaste beleidskader -, is voor ons een doorn in het oog. Wie bepaalt dat? En hoe? Wij verwachten aldus een hoge mate van transparantie in deze.

We zullen voor stemmen omdat we geen keuze hebben. We zijn door de provincie al voor een voldongen feit geplaatst. Hier zijn geen winnaars, slechts verliezers.

Echter, het licht gloort aan de horizon! Zeer recentelijk is het nieuwe Coalitieakkoord van onze provincie met de aansprekende titel “Samen voor Gelderland” afgerond. Een akkoord dat behoorlijk ambitieus is op het gebied van natuur en landbouw. GroenLinks Gelderland heeft hier dan ook flink de hand in gehad. Ik citeer: “We zijn blij dat de Gelderse landbouw-, natuur en milieuorganisaties, waaronder de Gelderse Natuur en Milieufederatie, LTO Noord en de agrarische collectieven, een Actieplan Natuurinclusieve landbouw Gelderland tot stand hebben gebracht, waar zij samen de schouders onder willen zetten. Het Actieplan biedt toekomstperspectief voor de landbouw en zet in op kringlooplandbouw met een toename van natuur- en landschapswaarden op het platteland.” En: “Ook pilots met specifieke innovaties zoals voedselbossen, natte landbouw, permacultuur en nieuwe teelt in het kader van de eiwittransitie komen in aanmerking. Naast financiële steun zorgen we voor experimenteerruimte, ook in wet- en regelgeving. We ondersteunen lerende netwerken zoals Vruchtbare Kringloop, dialoogplatforms en overige samenwerkingsverbanden in de provincie.” En ook: “Het verder sluiten van de nutriëntenkringloop kan bijvoorbeeld in het initiatief van de kunstmestvrije Achterhoek.”

Ten aanzien van het Plussenbeleid staat in het Coalitieakkoord het volgende: “Rond intensieve veehouderij is veel maatschappelijke discussie, die zich toespitst op gezondheidsrisico’s voor omwonenden, aantasting van het landschap, risico’s van stalbranden en dierenwelzijn. We houden vast aan het Plussenbeleid waarbij toename in kwantiteit nooit ten koste kan gaan van kwaliteit. We bevorderen stallen waarbij dierenwelzijn en veiligheid voor de dieren voorop staan. We bevorderen de toename van grondgebonden landbouw en weidegang van dieren. We onderzoeken in overleg met alle belanghebbende partijen of we met een nieuwe ronde van landinrichting via grondruil een impuls kunnen geven aan een duurzame omslag in de landbouw, in combinatie met het versterken van doorlopende landschapsstructuren en watergangen.”

Als akkoorden nu eens wérkelijk omgezet gaan worden in beleid, dan lijkt het erop dat er verschuivingen gaan plaatsvinden binnen de agrarische sector. Het is volgens GroenLinks ook hard nodig dat wij als samenleving mogen bewegen naar een einde van alle natuur- en milieuonvriendelijke vormen van landbouw.