In de 30e begrotingswijziging 2015 werd voorgesteld om een bedrag van 375.000 Euro vrij te maken voor de vervroegde uittreding van drie medewerkers van de gemeente Elburg. Het gaat de VVD te ver om een dergelijke begrotingswijziging voor kennisgeving aan te nemen. Daarom is dit onderwerp op verzoek van de VVD opgewaardeerd tot debatonderwerp.

https://elburg.vvd.nl/nieuws/10341/vvd-elburg-stelt-vragen-over-ontslagvergoeding-ambtenaren

 

 

Vanzelfsprekend heeft de VVD respect voor de privacy van de betrokken medewerkers, maar dat houdt niet in dat er geen debat over dit onderwerp mogelijk moet zijn. Hoewel de VVD vindt dat de raad zich niet hoort te mengen in de bedrijfsvoering op het gemeentekantoor, vinden we het te ver gaan om zonder debat een dergelijk bedrag uit te geven.

 

De VVD heeft er moeite mee dat de Elburger belastingbetaler op moet draaien voor deze extra uitgaven. Ook in Elburg zijn er voldoende belastingbetalende inwoners die hun AOW-datum zagen naderen, maar die enige tijd geleden hoorden dat ze toch nog even een tijdje door moeten werken.

 

De VVD vindt het daarom onverkoopbaar om drie medewerkers van het ambtenarenkorps vaarwel te zeggen onder medeneming van bijna vier ton aan belastinggeld. Zeker gezien de Belastingverordeningen 2016, waarin het College voorstelt om de onroerendezaakbelasting met 2% te laten stijgen.  Dat is 0,43% méér dan is afgesproken met het Rijk, want vanuit Den Haag is gesteld dat de OZB met maximaal 1,57% mag stijgen.

 

De VVD heeft daarom een aantal vragen gesteld aan portefeuillehouder burgemeester De Lange. Hierin werd gevraagd of het te rijmen is dat de vervroegde uittreding van medewerkers gefaciliteerd moet worden met een bedrag van 375.000 Euro dat moet worden opgehoest door de Elburger belastingbetaler.

 

Daarnaast constateert de VVD dat personeelszaken op het gemeentekantoor ernstig tekort is geschoten, nu de raad, en daarmee de belastingbetaler, met deze bijna 4 ton kostende begrotingswijziging wordt geconfronteerd. Mede daarom is gevraagd om een extern onderzoek toe te zeggen, om zo een herhaling in de toekomst te voorkomen.

 

Verder was de VVD benieuwd in hoeverre er al toezeggingen aan de betrokken medewerkers waren gedaan, of dat er nog kansen bestonden om dit voornemen terug te draaien. Met andere woorden, of het debat zin had of dat de raad voor een voldongen feit geplaatst werd.

 

De beantwoording van deze vragen heeft niet geleid tot een gewijzigd standpunt van de VVD die daarom samen met de eveneens kritische CDA-fractie in een hoofdelijke stemming tegen het voorstel heeft gestemd.