Afgelopen week hebben meerdere statenfracties de woonfabriek van Van Wijnen in Heerenveen bezocht. In de fabriek worden woningen kant en klaar gemaakt. Het wordt uiteindelijk een bouwpakket waar alle electra, vloerverwarming en afvoeren al inzitten. Een kwestie van in elkaar zetten en borgen en binnen een dag staat er een woning. Het werd hier pijnlijk duidelijk waarom sociale huur, met name de goedkoopste woningen,  door projectontwikkelaars vrijwel niet meer meegenomen worden in de bouwplannen.

De ochtend begon met een presentatie. Van Wijnen had bij de Hypotheker uitgerekend wat tegenwoordig betaalbaar kopen is. Starterswoningen gaan tot €440.000,- Huizen die, neergezet als huurwoning, hoog in de particuliere sector komen, omdat de productiekosten hoog liggen.

Niet veel later kwam de sociale huurwoning langs. Bijna €175.000,- als je hem koopt, wat op €720,- huur per maand sociale huur komt. Een woning die gehuurd kan worden bij een inkomen boven de €30.000,- 

Hier ligt dus de opgave voor de politiek. Het bouwen van sociale huurwoningen is overgenomen door projectontwikkelaars. Er zit vrijwel geen winstmarge op, waardoor de bouw niet aantrekkelijk is. Sociale huurwoningen worden verhuurd binnen passend toewijzen. Heb je als gezin weinig inkomen, dan ben je veroordeeld tot een appartement. Heb je als alleenstaande een inkomen rond 80% van het modaal inkomen, dan kan je een eengezinswoning huren.

Het maakte pijnlijk duidelijk dat een gemeentelijk woningbouwbedrijf, voor zowel bouw als verhuur hard nodig is!

Wel willen we de complimenten aan Van Wijnen geven. Een manier van woningen ontwikkelen die energieneutraal zijn en geproduceerd worden met een zo klein mogelijke voetprint.