door Menno Provoost

In veel gemeenten in Nederland stijgen de kosten voor afvalverwerking. Dat komt onder meer door gestegen kosten voor het verwerken van gft-afval, een hogere belasting op het verbranden van restafval en lagere prijzen voor gerecycled papier en textiel.

Voor de inwoners van Rivierenland stijgt het vaste tarief volgend jaar van 169 naar 211 euro. Het variabele tarief per dertig liter restafval gaat van 1 euro naar 1,20 euro. Stijgingen van respectievelijk 25 en 20 procent.

Doordat mensen beter gaan scheiden komt een gemiddeld huishouden volgens Avri uit op een aanslag van 253 euro, 34 euro meer dan in 2019. In december moet het algemeen bestuur van Avri de tarieven nog definitief vaststellen.

Het ophalen en verwerken van het afval in Rivierenland kost in 2019 circa 26 miljoen euro. Dat is ruim 8 ton meer dan verwacht. Dit wordt voor een belangrijk deel veroorzaakt door de kosten voor het verwerken van gft-afval. Dat komt doordat er in Nederland steeds meer gft-afval is en de verwerkingscapaciteit nauwelijks is toegenomen. Ook is er meer restafval opgehaald dan verwacht omdat een nieuw systeem met ondergrondse containers later is ingevoerd.

Van de kosten wordt zo'n 20 miljoen betaald uit de opbrengst van de afvalstoffenheffing. De grondstoffen die uit het afval komen leveren 5,8 miljoen euro op. Dit is wat lager dan gedacht, met name vanwege de lage papierprijs.

In 2019 hebben de acht gemeenten die Avri besturen een nieuw systeem ingevoerd waarbij de meeste inwoners hun restafval naar een ondergrondse container moeten brengen. Daarbij zijn de kosten voor de inwoners volgens het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO) al flink gestegen, met ruim 20 procent.

Per gemeente kan dit wat verschillen. Het is afhankelijk van hoeveel afval er gemiddeld weggegooid wordt en soms zijn er extra heffingen. Zo betalen Tielenaren een tientje extra voor het ophalen van zwerfafval.

In Tiel betalen de inwoners dan ook het meeste aan afvalstoffenheffing. Een gemiddeld eenpersoonshuishouden is volgens het COELO dit jaar 217 euro kwijt, een meerpersoonshuishouden 255 euro. In Buren betalen de inwoners het minste in de regio: 204 euro voor een eenpersoonshuishouden, 240 euro voor een gezin.

Gemiddeld betalen mensen die alleen wonen dit jaar 22 procent meer dan in 2018. Voor de meerpersoonshuishoudens valt de rekening 20 procent hoger uit.

In 2018 steeg de afvalstoffenheffing volgens het centrum met ruim 5 procent, in 2017 tussen de 10 en 12 procent. In de jaren daarvoor werd de rekening voor het afval ophalen in Rivierenland fors lager. De regio zit nog altijd wat onder het gemiddelde tarief voor een meerpersoonshuishouden in Nederland (263 euro), maar dit wordt snel ingelopen. De gemiddelde stijging ten opzichte van 2018 is dit jaar landelijk 5,7 procent.