Nieuwe landelijke regelgeving moet lokale willekeur in het toekennen van geweldsmiddelen aan buitengewone opsporingsambtenaren (boa's) stoppen. Dat zijn boa-bonden, de politie en minister Grapperhaus overeengekomen. Boa-bonden spreken van een doorbraak, maar ‘alles staat of valt met de uitwerking van de afspraken’. Daar worden ook de gemeenten bij betrokken.

Die afspraken moeten in het najaar zijn uitgewerkt. Boa-bonden gaan er dus vanuit dat de uitwerking er bij Oudjaar is. Dat is de intentie. Of dat ook zal gebeuren is nog maar de vraag, want het opstellen van deze verklaring alleen al kende een lange aanloop. Op 10 september was er al overeenstemming over de oplossingsrichting, nadat boa’s, in totaal 23.500, verscheidene malen het werk hadden neergelegd en actie hadden gevoerd uit woede en frustratie over het gebrek aan verdedigingsmiddelen als zij zich staande moesten houden in een dreigende of geweldssituatie.

Belangrijke politieke hobbel genomen

Op 23 september bevestigde minister Grapperhaus dat hij nog achter de overeengekomen oplossing stond, nadat de bonden een ambtelijke notitie erover hadden afgeschoten. Vervolgens is besloten om met een gezamenlijke verklaring te komen. Daar waren weer drie weken voor nodig en dan moet de uitwerking nog volgen en de gemeenten daar, als werkgevers van de boa’s, ook nog hun zegje over doen. ‘Een belangrijke politieke hobbel is genomen’, aldus Ruud Kuin van de BOA Bond. ‘We hadden een terecht principieel punt en dit is een hele goede oplossing.’ Handhavende boa’s kunnen straks worden uitgerust met pepperspray en wapenstok met verdedigingsinstructie.