Moeten bestaande woningen straks verplicht van het aardgas af, en tegen welke prijs? De ruis daarover is aangezwollen tot de democratische achilleshiel van het beleid.

Het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) constateerde deze week dat de legitimiteit van het beleid om wijken van het gas af te sluiten onder vuur ligt. Woningeigenaren reageren ‘fel’ op het idee dat ze mogelijk verplicht maatregelen moeten nemen voor de ‘gastransitie’. Onzekerheid over de kosten en twijfels over het nut spelen een rol. Maar ook uitgesproken voorstanders willen duidelijkheid, waaraan het ontbreekt.

De eerste mijlpaal, zoveel is bekend, ligt bij het verduurzamen van 1,5 miljoen woningen in de komende tien jaar. De uitvoering wordt overgelaten aan gemeenten, die regionale energiestrategieën en een wijkgerichte aanpak moeten ontwikkelen. Dit is opgenomen in het Klimaatakkoord. Dat de lokale overheden hiermee instemmen is overigens nog geen gelopen race, maakten ze eerder duidelijk.

Wordt het akkoord goedgekeurd, dan heeft het Rijk instrumenten in handen om af te dwingen dat gemeenten er uitvoering aan geven. Het decentrale bestuur krijgt op zijn beurt juridische mogelijkheden om inwoners van het gas af te sluiten, ook onwillige. Maar hoe dit bestuurlijke wapengekletter precies zal neerdalen, is allesbehalve helder.