Vier op de tien werknemers in het openbaar bestuur en veiligheid hebben op het werk te maken met ongewenst gedrag van burgers. Daarbij gaat het om seksuele aandacht, intimidatie, lichamelijk geweld of pesten.

Medewerkers in de sectoren zorg en welzijn ervaren van alle beroepsklassen naar verhouding het vaakst ongewenst gedrag van klanten of patiënten: ruim één op de twee. Werknemers met een ict-beroep melden met 7 procent het minst vaak dat ze hiermee geconfronteerd worden. Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) op basis van de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA), uitgevoerd door het CBS en TNO.

Intimidatie

De meest voorkomende vorm van ongewenst gedrag op het werk door externen is intimidatie: één op de vijf werknemers krijgt daarmee te maken. Daarnaast wordt ongeveer 6 procent slachtoffer van ongewenste seksuele aandacht, geweld, of pesten. Intimidatie is volgens het CBS binnen alle beroepsklassen de meest voorkomende vorm van ongewenst gedrag, maar tussen deze beroepsklassen bestaan wel grote verschillen in de mate waarin het door werknemers wordt ervaren.

Sociaal werkers

Maatschappelijk werkers hebben met 54 procent het vaakst te maken met intimidatie door klanten of patiënten, gevolgd door gespecialiseerd verpleegkundigen (51 procent) en artsen (50 procent). Werknemers van politie en brandweer hebben het vaakst te maken met lichamelijk geweld op hun werk, veroorzaakt door externen: 47 procent. Ook bij sociaal werkers komt die vorm van ongewenst gedrag met 33 procent relatief veel voor.

Politie pesten

Pesten komt met 25 procent het vaakst voor bij politie en brandweer, gevolgd door beveiligingspersoneel met 20 procent. Ook docenten van algemene vakken in het middelbaar onderwijs worden relatief vaak gepest (17 procent).