Dit is de woordvoering van fractievoorzitter Geert Kamminga, zoals uitgesproken in de Algemene Beschouwingen van 3 juli 2019.

Het was een druk, soms zelf hectisch politiek jaar: Verkiezingen, een formatie en de start van een nieuw college. D66 maakt onderdeel uit van dit nieuwe college en dat is terug te zien in het collegeakkoord. Er staan belangrijke ambities in als het gaat om duurzaamheid, leefbaarheid en bereikbaarheid. En nu, zo vlak voor het reces, sluiten we dit politieke jaar af met de algemene politieke beschouwingen.

Ik zal eerlijk zijn, tijdens het voorbereiden van deze beschouwing dwaalden mijn gedachten soms al even af naar de vakantie die voor de deur staat. Over twee weken vertrek ik naar de Italiaanse Alpen om daar de Stelvio, de Gavia en de Mortirolo te beklimmen op de fiets. Kijkers van de Giro D’Italia zullen deze namen misschien herkennen. En hoewel velen zich mogelijk niet kunnen voorstellen dat het leuk is om 2 uur zwoegend en zwetend een berg op te fietsen moet ik bekennen dat ik me na een druk politiek jaar me eigenlijk geen betere ontspanning kan voorstellen.

Ik weet niet hoe het u vergaat maar ik heb de wat onhebbelijke neiging om, als ik aan vakantie denk, ook meteen weer aan het einde van die vakantie te denken. En zo realiseerde ik me ook dat als  ik terugkom in Groningen, de Keiweek voor de deur staat. Bijna 10.000 nieuwe studenten uit binnen- en buitenland komen kennismaken met onze provincie. Een groot aantal van hen zal direct verliefd worden en nooit meer vertrekken. Hun eerste indruk zal vooral op de stad gericht zijn. Misschien zullen ze zich verbazen over het ontbreken van sluitingstijden, over de enorme hoeveelheid fietsen en over de eierballen uit de muur.

Maar als de introductieperiode voorbij is en de studenten zich hier settelen, wat voor provincie treffen ze dan aan? En misschien een belangrijke vraag voor ons: als zij klaar zijn met studeren, wat ongeveer samenvalt met het einde van deze collegeperiode, in wat voor provincie kunnen zij dan blijven wonen, werken, leven?

Wat d66 betreft is dat een provincie die vooroploopt in de aanpak van de klimaatcrisis. Vooroplopen bekent dan dat Groningen de provincie is die haar inwoners het beste ondersteunt om de energietransitie te realiseren. Bijvoorbeeld door nieuwe vormen van inspraak en door middel van een energiebespaarlening: een lening die mensen helpt om maatregelen te treffen in hun eigen woning, de woning te isoleren en zelf energie op te wekken. Deze lening is er juist ook voor mensen met een kleinere beurs.

Afgelopen woensdag kregen we al een toezegging van GS dat hiervoor expliciet de mogelijkheden in beeld worden gebracht. Vooroplopen betekent ook dat we hier in Groningen de waterstofeconomie ontwikkelen. Minister Wiebes schreef het afgelopen week nog in een brief aan de Tweede Kamer: het Noorden als Europees centrum voor waterstof, voor nieuw economisch perspectief. Het Noorden als inspirerend voorbeeld van samenwerken aan een betere nieuwe wereld.

Vooroplopen betekent ook dat hier, in Groningen, wetenschappers, bedrijven en inwoners ontdekkingen en innovaties doen die nodig zijn om de klimaatcrisis het hoofd te bieden. Dat gebeurt nu al, bijvoorbeeld in de Energy Academy en op EnTranCe op de Zernike-campus. In allerlei innovatieve samenwerkingsverbanden werken onderzoekers uit de hele wereld aan het oplossen van deze crisis. Zij werken aan innovaties die de transitie verder brengen en waar Groningers hun geld mee verdienen of gaan verdienen.

Als het aan D66 ligt is dat ook een provincie die leefbaar is. En dat begint met een einde maken aan de aardbevingen. Ik heb het nog niet zo lang geleden hier al gezegd en ik herhaal dat hier: Als het de komende vier jaar niet lukt om de veiligheid terug te brengen met een goedlopende versterkingsoperatie, als het niet lukt om een menselijke, ruimhartige schadeafhandeling te realiseren, als het niet lukt om het vertrouwen van de gedupeerden terug te winnen, dan zullen we over vier jaar spreken van vier verloren jaren. We kunnen ons dat niet veroorloven.

D66 wil er samen met iedereen die mee wil doen er alles aan doen om dit dossier op te lossen. Het is dan ook goed dat minister Wiebes zoekt naar de mogelijkheden om naar 12 miljard kuub te gaan. Dat moet lukken. En daarna moet het zo snel mogelijk naar nul.

D66 wil dat Groningers er zeker van zijn dat hun huizen veilig zijn. Dat ze weten waar ze aan toe zijn en duidelijkheid krijgen over de versterking. De minister van BZK kan en moet daar het verschil maken,En ik zal haar daar ook op aanspreken als dat nodig is. D66 vraagt met vele anderen al geruime tijd om een ruimhartige schaderegeling. Met de uitvoering van het Generaal Pardon deze week,krijgt een grote groep Groningers het heft weer in eigen handen. Eindelijk.

Nu is het zaak dat de ingenieurs zich als de wiedeweerga bezig gaan houden met langslepende complexe gevallen. We zijn er nog lang niet, maar we maken stappen. Laten we dat gezamenlijk blijven doen.

Voor D66 draait leefbaarheid ook om bereikbaarheid. Makkelijk en zonder hindernissen bij je school en werk kunnen komen. Daar investeert deze coalitie dan ook in. Er wordt geïnvesteerd in duurzame laadpunten voor auto en e-bike, in openbaar vervoer van deur tot deur, in hubs waar verschillende vormen van vervoer samen komen: slimme overstapmogelijkheden op groen vervoer, gecombineerd met pakketpost en oplaadmogelijkheden. En er wordt bijna 30 miljoen geïnvesteerd in fietspaden.

Ons vervoerssysteem zal er over tien jaar heel anders uitzien dan nu. Over twintig jaar is het wellicht onherkenbaar veranderd. Onze vraag aan het College is of ze een duurzame mobiliteitsstrategie wil opstellen voor de provincie Groningen met een doorkijk naar 2030 en met daarin alle eerder genoemde projecten en ontwikkelingen.

Wat we in ieder geval weten is dat het Hoofdstation van Groningen een centraal punt zal blijven in dat mobiliteitssysteem. Daarvoor wordt het station de komende jaren grondig verbouwd. Eén van de mooiste stations van Nederland wordt nog mooier. Door de prima lopende economie valt de aanbesteding van het stationsproject duurder uit. Uitstel van het project is geen optie voor D66. De extra kosten worden nu uit de spoorlijn Groningen-Bremen gehaald en hoewel we deze beslissing begrijpen, willen we wel de ambitie voor de snelle spoorverbinding naar Bremen fier overeind houden. Deze verbinding is een ontbrekende schakel in het Europese spoornetwerk en kan de regionale economie stimuleren. Met een motie in 2012 zetten we die ambitie op de kaart. Vandaag dient D66 samen met veel andere partijen in dit huis een motie in die dit benadrukt.

Even terug naar die nieuwe Groningers die in de zomer allemaal naar onze provincie komen. Terwijl dit college aan de slag gaat, zullen al die nieuwe Groningers, en dat zijn er natuurlijk veel meer dan alleen die studenten, onze provincie leren kennen door stages en werk bij onze bedrijven, door festivals en evenementen, door bezoeken aan de Groninger musea, kerken en natuur, door de ommelanden te verkennen met de fiets of de trein, en ze zullen het vast niet altijd doorhebben, maar dat wordt mede mogelijk gemaakt door de provincie.

Wat D66 betreft is het perspectief dat wij alle inwoners van Groningen bieden groen, leefbaar en bereikbaar. Dat zijn voor ons ook de maatstaven waarop wij de verrichtingen van dit college zullen beoordelen. Er ligt veel werk op hun te wachten en wij kijken vol verwachting uit naar hun invulling van dat werk.